OpinieDemocratie
Nederland zal juridisch struikelen over een partijverbod voor Forum voor Democratie
Nederland moet de ondemocratische uitingen van Forum voor Democratie op andere manieren bestrijden. Het Europees Hof zal namelijk een stokje steken voor een partijverbod, betoogt Bastiaen Huijnen, rechtenstudent aan de Universiteit Utrecht.
Sinds de radicale afslag van Forum voor Democratie laten politici en opiniemakers zich steeds vaker horen over de wenselijkheid van een verbod op deze partij. De toespraak van Sigrid Kaag, vorige maand, waarin zij oproept tot verzet tegen extreemrechts en aan de politiek vraagt om haast te maken met de juridische mogelijkheid van een partijverbod, illustreert deze ontwikkeling.
Hoewel de discussie rondom de wenselijkheid van dit verbod van politieke aard is, is een partijverbod zelf een juridische ingreep. Zo’n ingreep kan alleen als het wettelijk mogelijk is. Deze mogelijkheid wordt momenteel ingrijpend ingeperkt door het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). Ondanks de maatschappelijke roep voor het opdoeken van de partij van Thierry Baudet, lijkt de juridische haalbaarheid daardoor uit te blijven.
Momenteel wordt de discussie over de haalbaarheid van een partijverbod voornamelijk binnen het nationale juridische kader gevoerd. De Wet op de politieke partijen, die nu in consultatie is, zal een specifieke wettelijke grondslag kunnen bieden voor partijverboden. Zo’n uiterste maatregel moet echter ook voldoen aan internationale regelgeving, waaronder het EVRM.
Dit verdrag stelt strikte eisen aan partijverboden. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg, dat oordeelt of een staat het verdrag schendt, heeft in zijn bestaan maar liefst veertien van de zeventien partijverboden die zijn voorgelegd, onrechtmatig bevonden. Hoewel FvD zich ironisch genoeg keert tegen het EVRM, zou ook deze partij bij een verbod in beroep kunnen gaan bij het Hof.
Reële dreiging
Als we eerdere uitspraken van het Hof bekijken, lijkt een partijverbod onhaalbaar. FvD heeft weliswaar uitingen gedaan die in strijd met het EVRM bevonden kunnen worden, maar een partij mag van het Hof alleen verboden worden als zij een reële dreiging vormt voor de democratie. Voor de beoordeling hiervan hecht het Hof veel waarde aan het maatschappelijke draagvlak van een partij. Bij FvD is dit momenteel relatief laag: de partij heeft slechts vijf zetels in de Tweede Kamer en in de peilingen staat ze nog maar op drie zetels.
Ondanks deze geringe electorale steun zou de partij buiten het debat geplaatst kunnen worden door haar rechtvaardigingen van geweld. Het Hof gebruikte deze grondslag echter alleen in situaties waarin terroristisch geweld wijdverbreid was. Het huidige Nederlandse extreemrechtse geluid is weliswaar aanvallend, maar daadwerkelijke slachtoffers zijn uitgebleven. Op grond van het huidige opereren van FvD is het niet reëel dat het Hof voldoende dreiging zou zien in deze partij om een verbod goed te keuren.
De strikte toetsing komt voort uit het belang dat de rechters in Straatsburg hechten aan politieke partijen. Zij vertolken de diverse meningen binnen een samenleving in het politieke debat en creëren daarmee pluralisme. Dat merkt het Hof aan als een fundamenteel onderdeel van de democratie.
Wachten tot de nood hoger is
Er valt echter gegronde kritiek te leveren op de strikte invulling van het Hof. Doordat een partijverbod alleen mogelijk is als de democratie onder druk staat, kan gemakkelijk té lang worden gewacht: de democratie zou al om zeep geholpen kunnen worden voordat een partijverbod plaats kan vinden.
Zou een partij daarom niet al verboden moeten kunnen worden op grond van ondemocratische uitingen zonder dreiging? Zou de consequente intimidatie van journalisten en medepolitici op zichzelf niet voldoende moeten zijn voor een juridische ingreep? Het Hof zegt van niet.
Het is kortom zeer waarschijnlijk dat het EVRM een stokje zou steken voor een FvD-partijverbod. Het Hof laat Nederland, al dan niet wenselijk, wachten tot de nood hoger is. Ik roep Nederland dan ook op om de partij op andere manieren te bestrijden, niet vanuit wenselijkheid, maar vanuit noodzaak.
Lees ook:
Een partijverbod, moet je dat wel willen? Met die vraag worstelt de politiek al meer dan honderd jaar
Het kabinet komt met een wetsvoorstel om politieke partijen te verbieden. Waarom nu? En wat kunnen we leren van het verleden?
Baudet het spreekrecht ontnemen, dát is pas uitholling van de democratie
In onze democratie is een cruciale rol weggelegd voor de volksvertegenwoordiger. Zo iemand de mond snoeren voor enkel het schenden van een huishoudelijk reglement? Dat is nogal wat, vindt Joop van Holsteyn, verbonden aan het Instituut Politieke Wetenschap van de Universiteit Leiden.