null Beeld
Beeld

OpinieRuimtelijke ordening

Jaag ondernemers niet weg, gun ze een plek in de stad

Maak van bedrijventerreinen niet lukraak nieuwe woonwijken. Er zit veel meer toekomst in ‘bedrijvige’ steden, voorziet Theo Föllings, voorzitter van de Stichting Kennisalliantie Bedrijventerreinen Nederland (SKBN).

Theo Föllings

Het zijn vraagstukken die in veel gemeenten spelen: kan er bedrijfsruimte ingeruild worden voor woningbouw? Zo spant het er deze maanden in Baarn om. Gaan ze in de Utrechtse gemeente op bedrijventerrein De Drie Eiken ruim honderd woningen bouwen om de woningnood te lenigen of is ruimte voor bedrijvigheid belangrijker?

Lokaal worden deze messen steeds vaker geslepen. Niet gek natuurlijk, want de opgaven worden steeds complexer en de ruimte steeds schaarser. De nadruk lijkt bij veel bestuurders op woningbouw, groen en energie te liggen. Nobele doelen, want de woningnood loopt alsmaar verder op en klimaatadaptatie is broodnodig.

In deze discussies lijkt steeds minder plaats te zijn voor ondernemers. Uit onderzoek in opdracht van de Stichting Kennisalliantie Bedrijventerreinen Nederland SKBN komt naar voren dat de afgelopen vijf jaar 46 vierkante kilometer aan bedrijventerreinen uit het straatbeeld verdween. Het verlies van die bedrijfsruimte manifesteert zich op circa 300 verschillende bedrijventerreinen. Twee derde hiervan betreft werkgebied binnen de stad.

Je zou dus kunnen zeggen dat ondernemers de stad uitgejaagd worden. Dat is onwenselijk, zeker als je bedenkt wat de meerwaarde is van die bedrijvigheid. Ondernemers zorgen namelijk voor werkgelegenheid dicht bij huis, innovatie, ontmoeting, inclusie en creativiteit. Juist in de overgang naar een slimme economie is dat van wezenlijk belang.

Terug naar het onderzoek: we zien in verschillende gevallen dat bedrijventerreinen in hun geheel worden omgeturnd tot woonwijk. In andere gevallen gaat het om de bouw van woningen tussen bedrijven. In gemengd stedelijk gebied lopen wonen, werken en recreëren kriskras door elkaar. Denk aan de mix van kinderopvang, kantoorruimte, horeca, natuur, sportvoorzieningen, onderwijs, lichte maakindustrie, mobiliteit, wonen en retail.

Denk aan woon-werkwijken

Stedelijke werkmilieus met die functies zie ik als zeer kansrijk. Want je kunt dan mooie combinaties maken. Denk aan efficiënte energie-uitwisseling tussen bedrijven en inwoners, aan minder transportbewegingen, aan kortere ketens in de voedselvoorziening en industrie, aan optimale inzet van groen. Denk aan een ‘woon-werkwijk’ waarin circulariteit in de praktijk gebracht wordt. De eerlijkheid gebiedt wel te zeggen dat functiemenging óók moeilijk is. Het stuit op weerstand, bijvoorbeeld bij die ondernemers in Baarn. Maar wil je wonen op bedrijventerreinen mogelijk maken, moet je ook de andere kant op durven kijken. Sta bedrijven toe om zich te vestigen in woongebieden. Ook dan is er weerstand, want bewoners klagen al snel over verstoring van woongenot, terwijl dat in de praktijk heel erg meevalt.

Zware industrie hoort thuis op het industrieterrein, en lichte bedrijvigheid – we gaan toe naar een schone economie – is helemaal niet zo vies als wordt verondersteld. Van die bedrijvigheid dicht bij huis profiteren woningeigenaren overigens ook: de waarde van gemengde gebieden is per vierkante meter hoger dan monofunctionele gebieden.

Juist vanwege de coronatijd, nu we veelal thuiswerken, is het ontwikkelen van nieuwe woon-werkwijken een interessante gedachte. Na corona twee of drie dagen thuiswerken, afgewisseld met ontmoeting en kruisbestuiving op kantoor dicht bij huis en andere voorzieningen, dat ziet de nieuwe generatie werknemers ongetwijfeld zitten.

Verdraagzaamheid is nodig

Hoe komen we tot die oplossingen? Het vraagt om lef van wethouders, om verdraagzaamheid van burgers en ondernemers, om ontwikkelaars en beleggers die hun nek durven uitsteken. Want eenvoudig is het allerminst. Maar dat wisten we al, mobiliteit in de stad, circulariteit, groen, woningbouw en het energievraagstuk bezorgen ons genoeg maatschappelijke kopzorgen.

Zeker is: lukraak woningen uit de grond stampen ten koste van bedrijvigheid helpt ons zéker niet. We hebben die nodig om de stad na corona er weer bovenop te helpen.

Lees ook:

Deze ondernemers maken geen ritjes naar de bouwmarkt. Hun Hof van Cartesius is circulair

Neem een ongebruikt stuk grond en maak er een levendig en circulair bedrijventerrein van. Zie daar het Hof van Cartesius, waar de buurt een moestuincursus volgt of een gebruikte deur haalt.

Een industrieterrein is misschien saai, maar wel heel belangrijk voor de economie

Industrieterreinen mogen dan het imago hebben dat ze saai zijn, ze zijn een belangrijke motor voor de Nederlandse economie. Het aantal ondernemingen dat er gevestigd is, blijft groeien.

Met de miljoenen van het Rijk zet Zaanstad 6000 woningen neer

21 gemeenten krijgen van het Rijk 290 miljoen euro voor 51.000 nieuwbouwwoningen. Zaanstad juicht, want het krijgt er nu versneld 6000 woningen bij.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden