ColumnNelleke Noordervliet
Het klonk alsof mijn kleindochter me raad gaf
In een gesprek met mijn kleindochter (bijna 16) vroeg ik haar wat voor haar een belangrijk richtsnoer in het leven was. ‘Oma’, zei ze, ‘balance is key!’ Het Engels dat haar generatie zo ruimhartig gebruikt, vulde ze aan met een Nederlands equivalent ervan. ‘Combineren kun je leren.’ Voor haar is het van belang het evenwicht te zoeken. Niet te snel oordelen, vele meningen de ruimte geven. Met iedereen om kunnen gaan. Maar jezelf niet verliezen. Het klonk alsof ze mij raad gaf. Of ze die levenshouding zal (kunnen) volhouden, weet ik vanzelfsprekend niet, maar het lijkt me een goede start. Ze zal het evenwicht nodig hebben als ze uit de veilige omgeving van thuis en school de wijde wereld in gaat en voor zichzelf zal moeten zorgen. Mijn kleindochter is nogal autonoom en standvastig, dus ik heb daar wel vertrouwen in.
Aan de universiteit waar ze misschien terecht zal komen, wordt door sommige groeperingen met nogal wat nadruk ‘een veilige omgeving’ geëist. Krijgen ze die niet, dan wordt universiteit of faculteit of docent aangeklaagd. ‘Een veilige omgeving’ betekent dat ze niet wensen te worden geconfronteerd met opinies of feiten die hen tegen de borst stuiten. Alleen al een gesprek over onderwerpen die hen onzeker maken of waar ze anders over denken dan hun docent of een andere gesprekspartner, roept woede en angst in hen op. Ze voelen zich bedreigd en werpen de verdedigingswal van cancelling op. Uit vrees voor het ‘geweld’ van een andere mening snoeren ze met geweld die andere mening de mond. En afficheren zichzelf als slachtoffer.
Het verschijnsel kwam uit de VS aanwaaien, waar het overigens zulke absurde proporties heeft aangenomen dat zelfs de allerbraafste Disneyfilms niet meer aan kinderen mogen worden vertoond. Dat boeken worden verboden. De wereld moet veilig en heel blijven binnen de kaders van een strenge morele wet, een orthodoxie. Rechts, links, maakt niet uit. Alsof het daar veilig is. Ik ken geen bedreigender omgeving voor het welbevinden van een mens dan een orthodox geloof.
De wereld en het leven bieden geen ‘safe spaces’. Dat is sinds het begin van de mensheid een hard gegeven. ‘Thuis’ is het veiligste begrip dat we kennen. En als ‘thuis’ niet veilig is - zoals veel kinderen helaas moeten ondervinden - is dat een wond voor de rest van het leven. Het ‘thuis’ dat je creëert met een klein aantal anderen is de enige veilige basis van waaruit een mens door het leven reist.
Ik ga mijzelf na. Ja, thuis bij mijn ouders was het veilig. Ze hielden van me. Was er onenigheid dan vochten ze de ruzie niet uit waar de kinderen bij waren. Buiten het huis was de wereld anders. Daar voelde ik me als schuchter kind minder veilig, niet altijd welkom. Dat de kattenkoppen en de stoere jongens hun eigen gevecht met de onveiligheid ‘buiten’ leverden kon ik als kind niet weten.
In de loop van mijn leven heb ik mij buiten mijn eigen heel kleine kring nooit ergens veilig gevoeld. Nog steeds niet. En dat is maar goed ook! Want leven is leren omgaan met de intrinsieke onkenbaarheid en onveiligheid van de wereld, de samenleving, de ‘ander’. Het gebod tot naastenliefde is niets anders dan een reddingsvest, net als spreekwoorden die bezweren dat we de ander niet moeten aandoen wat we zelf niet willen ondergaan. Niemand wil gepest worden, dus pest zelf ook niet. Uit de staat van de wereld valt op te maken dat die oproep over het algemeen slecht wordt gehoord.
Voor de mondige jonge mensen aan universiteiten is het duidelijk dat ze nog veel moeten leren. Daarvoor komen ze ook naar die instelling. Ze moeten leren dat er verschillende visies zijn, dat wetenschap zich bezighoudt met het onderzoeken van de validiteit van verschillende visies, dat ze in hun leven meer baat hebben bij het open en nieuwsgierig tegemoet treden van andere visies en het opschorten van een oordeel. Dat ze er baat bij hebben niet alleen de ander maar ook zichzelf kritisch te bekijken. Stel de ander geen eisen die je niet aan jezelf zou stellen. Geef ruimte maar bewaak je grenzen. Balance is key!
Nelleke Noordervliet (Rotterdam, 1945) schreef meerdere romans, novelles en theaterstukken. In 2018 won ze de Constantijn Huygens-prijs voor haar gehele oeuvre. In haar column in Trouw bespiegelt ze tweewekelijks op de actualiteit. Lees ze hier terug.