OpinieCommentaar
Het is te hopen dat de formatie niet zo lang gaat duren als in België
Nederland kan zich opmaken voor een langdurige kabinetsformatie. Het Kamerdebat woensdag over het verslag van informateur Herman Tjeenk Willink maakte duidelijk dat de (inmiddels) achttien fracties in de Kamer nog nauwelijks bezig zijn met formeren.
Het debat was onbevredigend, omdat er zo weinig vordering te zien was, ondanks de dappere poging van de informateur. De enige concrete stap kwam van D66-leider Sigrid Kaag die samen met VVD-leider Mark Rutte een motie indiende waarin Ser-voorzitter Mariëtte Hamer de nieuwe informateur werd. Hamer mag gaan inventariseren wat er in het regeerakkoord zou moeten staan. Maar zelfs deze kleine vervolgstap werd door PVV en Forum afgekeurd.
Wie had gehoopt dat het debat over de inhoud zou gaan, kwam bedrogen uit. De Kamer had kunnen discussiëren over die nieuwe bestuursstijl waarvan ze de mond vol heeft. Of hoe het vertrouwen moet worden hersteld tussen overheid en burger. In plaats daarvan stond Rutte 154 minuten in de Kamer achter het katheder een spervuur van vragen te beantwoorden. Zijn officiële spreektijd was 4 minuten. Een aantal oppositiepartijen acteert inmiddels als een grammofoonplaat, die in de groef ‘Rutte moet weg’ blijft steken. Maar dat doet de VVD-leider niet, verwijzend naar zijn verkiezingsoverwinning.
Chique of niet, het is een feit
Die keuze kan als weinig chique of niet terecht worden bestempeld. Vooralsnog is het een politiek feit waarmee de andere partijen het hebben te doen. Rutte kreeg van de informateur het advies om goed na te denken of hij wel de aangewezen man is om weer minister-president te worden. Die raad ging Rutte opvolgen. Hij zou met ‘radicale’ ideeën komen voor een nieuwe bestuurscultuur. Dat bleken iets te grote woorden voor de ideeën die hij bij Nieuwsuur presenteerde. Maar ook andere partijen kwamen nauwelijks met voorstellen. Als er zo weinig concrete ideeën over vernieuwing bestaan, dan is het beter de verwachtingen bij te stellen.
PVV-leider Wilders verweet de D66-leider ‘achterkamertjespolitiek’, omdat ze had gegeten met Rutte. Maar Kaag zei terecht dat je zelfs ‘met je ergste vijanden’ terug in gesprek moet, vanwege het landsbelang. Of Rutte zijn nieuwe kabinet krijgt, is nu afhankelijk geworden van D66. Kaag is bezig een mogelijke coalitie te smeden. Zij praat geregeld met PvdA en GroenLinks. Maar het is te vroeg om te concluderen dat er een coalitie van VVD, D66, CDA, PvdA en GroenLinks komt. Deze partijen hebben grote inhoudelijke meningsverschillen. Bovendien zijn CDA, PvdA en GroenLinks intern verdeeld over regeren met Rutte.
Deze formatie loopt over een wiebelig koord. Te hopen valt dat het geen Belgische formatiestijl wordt, waar in 2010 door politiek onwillige partijen pas na 541 dagen een coalitie kwam.
Het commentaar is de mening van Trouw, verwoord door leden van de hoofdredactie en senior redacteuren.