null Beeld

CommentaarOliemaatschappijen

Een extra taks op enorme overwinst Shell is logisch

Redactie Trouw

De bekendmaking van de recordwinst van 42 miljard dollar die Shell over 2022 behaalde, oogstte in Nederland en het Verenigd Koninkrijk nogal wat verontwaardiging. De nog hogere recordwinst van Exxon (56 miljard) deed dat in de VS ook. Er vielen woorden als ‘obsceen’, ‘stuitend en ‘niet uit te leggen’. Of dat de juiste termen zijn? Als producten schaars zijn of worden, gaan de prijzen ervan omhoog. Niemand die dat vreemd vindt, niemand die daar doorgaans bezwaar tegen maakt.

Probleem in dit geval is dat die hoge winsten vooral te danken zijn aan de torenhoge gasprijzen en dat die winsten niet het gevolg zijn van excellent ondernemerschap maar van een machtswellustige dictator die een buurstaat de middeleeuwen in probeert te bombarderen. Gas is een eerste levensbehoefte: de hoge gasprijzen raken iedereen, veel mensen zijn door het dure gas en de dure stroom in de financiële problemen gekomen en overheden hebben van alles uit de kast moeten halen om te voorkomen dat de rijen voor de voedselbanken wel heel erg lang worden.

Haken en ogen

Tegen die achtergrond is het logisch dat landen overwegen om de extreem hoge winsten van de olie-industrie extra te belasten. Het Verenigd Koninkrijk deed dat al, meerdere EU-landen overwegen het. Er zitten wel haken en ogen aan zo’n taks. Wanneer is een winst hoog en wanneer extreem hoog? Hoe hoog moet die belasting zijn?

Maar in deze extreme omstandigheden, waarin een kleine groep – de olie- en gasconcerns en hun aandeelhouders – veel voordelen ondervindt van de hoge gasprijzen en de rest vooral de nadelen, is zo’n extra belasting logisch. Gewoon een kwestie van het wat eerlijker verdelen van het leed. Het gaat bovendien om een belasting over een deel van die extra hoge winsten en om een tijdelijke belasting. De maatschappijen houden genoeg overwinst over.

Daar komt nog wat bij. Het is de hoogste tijd dat bedrijven vergroenen. Oliemaatschappijen lopen in dat proces, vriendelijk gezegd, niet voorop, zeker de Amerikaanse niet. Ze doen er weinig of niets aan. Bij Shell ligt dat wat anders, al houdt het ook daar niet over. Een bedrijf dat ongeveer 1 à 3 miljard investeert in vergroening, een veelvoud daarvan spendeert aan fossiele investeringen en 26 miljard uitdeelt aan aandeelhouders, is geen toonbeeld van vergroening.

Daarbij gaat Shell van twee principes uit. Investeringen in vergroening moeten in principe net zo winstgevend zijn als die in olie en gas. En er wordt bij overheden op de deur geklopt voor subsidie als groene investeringen wel belangrijk, maar niet winstgevend zijn. Vergroening moet het bedrijf dus zo weinig mogelijk kosten. Zo’n leidraad zou voor overheden eens te meer een reden moeten zijn om belastingen op overwinsten in te voeren.

Het commentaar is de mening van Trouw, verwoord door leden van de hoofdredactie en senior redacteuren.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden