null

OpinieDemocratie

Een beetje meer Duitsland zou goed zijn voor de Europese Unie

De Europese Unie kan de afstand tot de burger verkleinen door elementen uit het Duitse kiesstelsel over te nemen. Dat schrijft Robin van Leijen, expert op het gebied van Europese public affairs.

Robin van Leijen

Ik heb een boodschap voor ­Kamerleden en Europarlementariërs in de aanloop van het debat over de staat van de Europese Unie, morgen. De EU moet meer Duits worden!

En dan heb ik het niet over Lederhosen, Bratwust of het aannemen van het Duits als de officiële taal van de EU. Nee, de EU zou het Duitse kiesmodel moeten invoeren. Dat kiessysteem is namelijk een uitstekende manier om de EU dichter bij de burger te brengen en de Europese politiek een nieuw elan te geven.

Europese politiek is eigenlijk ­helemaal niet Europees. Zij wordt immers beleefd door de lens van ­27 afzonderlijke lidstaten. Europese besluiten kunnen door de lidstaten totaal verschillend uitgelegd worden zonder dat de burgers zich hier bewust van zijn. Er is geen Europese politieke opinie, geen Europese ­politieke belevingswereld en er is geen Europese demos. Om het over Europese media maar niet te hebben.

Stem van het volk

Voor Europese politiek heb je ­Europese leiders nodig. Maar die kunnen nooit boven komen drijven. Tijdens de vorige verkiezingen hoopte de leider van de grootste partij in het Europees Parlement, Manfred Weber, voorzitter van de Europese Commissie te worden. Hij werd ­echter bruusk opzijgeschoven door de lidstaten. Weber kon zich niet ­beroepen op de stem van het volk: de meerderheid van de Europese ­kiezers heeft niet eens op Weber kúnnen stemmen. Alleen Duitse kiezers konden dat. De Nederlandse Eurocommissaris Frans Timmermans zal het straks hetzelfde vergaan.

Onze parlementen kunnen die rol ook niet vervullen. Nationale parlementen hebben hun handen vol aan nationale ontwikkelingen en zijn niet of veel te laat betrokken bij ontwikkelingen op het Europese niveau. Het Europees Parlement is een wetgevingsmachine, maar zou eigenlijk dé politieke arena moeten zijn waarin het volk vertegenwoordigd wordt. De werkelijkheid is echter dat de kiezer bij de vorige Europese verkiezingen in 2019 maar op 26 van de 751 Europarlementariërs kon stemmen.

Al langer hoor je een roep om transnationale kieslijsten: een lijst met kandidaten over heel Europa. Dit is de natte droom van elke Europese federalist, maar tegelijkertijd willen ook genoeg kiezers juist kiezen voor een kandidaat die dichtbij hun staat, de problemen van de regio kent en juist hiervoor strijdt. Geef de Zeeuw daarom ook de kans om op een Zeeuw te stemmen, de Beier op een Beier en de Parijzenaar op een ­Parijzenaar.

Twee stemmen

Gelukkig kan het allebei. In het federale Duitsland kent men een combinatie van een lijststelsel en een districtenstelsel. Je hebt twee stemmen. Een stem voor de natio­nale lijst én een stem voor de kandidaat uit je district. Op die manier krijgen kiezers politieke leiders met een electoraal mandaat, maar ook politici met regionale betrokkenheid. Vertaald naar het Europese niveau: Politici met een grensoverschrijdend verhaal dat aansluit bij een grote groep burgers én politici die juist verankerd zijn in lokale gemeenschappen.

Er worden in Europa besluiten ­genomen die een heel continent aangaan. Vaak met gigantische gevolgen. Denk aan het hervormen van de energiemarkt, het verduur­zamen van de EU of het reguleren van internetplatforms; besluiten die burgers in alle facetten van hun leven zullen raken. Het is onhoudbaar om dit soort besluiten te blijven ­maken zonder de betrokkenheid van de Europese kiezer.

Het Europees Parlement stelde vorig jaar voor om naast de reguliere zetels ook 28 transnationale zetels beschikbaar te maken. Dit is een stap in de goede richting.

De lidstaten zien het voorstel van het Europees Parlement echter niet zitten. Laten onze pro-Europese volksvertegenwoordigers het daarbij zitten? Hopelijk ­horen we het morgen.

Lees ook:

Europese burgers: Eén enkel land mag plannen niet meer blokkeren

De Conferentie voor de Toekomst van Europa, een ingewikkelde operatie van een jaar aan vergaderingen met burgers, maatschappelijke organisaties en ook Brusselse ambtenaren en politici, is het min of meer eens over de richting die het op moet. Het moet sneller en beter, is de conclusie, en dat laatste betekent: meer gezamenlijk.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden