ReportageOnderwijs

Op het mbo is Duits populair

ROC-studenten Nadia Wijkens (links) en Isa Hannink moesten erg wennen aan de andere omgangsvormen in Duitsland.  Beeld Koen Verheijden
ROC-studenten Nadia Wijkens (links) en Isa Hannink moesten erg wennen aan de andere omgangsvormen in Duitsland.Beeld Koen Verheijden

Het Duits op het mbo is bezig aan een opmars, want de Duitse arbeidsmarkt biedt kansen, zo weten ze op het ROC van Twente. Het vormt een contrast met de rest van het onderwijs, waar de taal juist verliest aan populariteit.

Janne Chaudron

Het is het cultuurverschil tussen de Nederlandse en Duitse gezondheidszorg waar mbo-studenten Isa Hannink (19) en Nadia Wijkens (20) zich over blijven verbazen. Nadia: “De Duitse zorg pakt dingen sneller op en stuurt je na een operatie minder snel weg. Terwijl je in Nederland nadat je bevallen bent direct naar huis wordt gestuurd.”

Isa: “Ja, alsof je even boodschappen hebt gehaald bij de Albert Heijn.” Daar direct achteraan: “Maar artsen zijn hier in Duitsland wel heel hoog.”

De twee mbo-studenten wijzen op een poster aan de muur van het ziekenhuis in Gronau, net over de grens met Enschede, waar ze stage lopen. Daar staat met pasfoto’s de hiërarchie uitgelegd: van Chefarzt (hoofdarts), via afdelingsarts van de orthopedische chirurgie, naar afdelingsarts van de Endoprothese, naar Ober­arzt, naar artsen in opleiding, naar de afdelingshoofden van de verpleegkundigen, naar verpleegkundigen, Schulerin (stagiairs) en praktikanten (middelbare scholieren). Al die termen; het duizelt de studenten. Maar volgens de persvoorlichter in het ziekenhuis is dit noodzakelijk zodat in noodsituaties iedereen precies weet waar hij of zij verantwoordelijk voor is.

Op het ROC van Twente waar Isa en Nadia de opleiding verpleegkunde volgen, zijn ze van tevoren gewaarschuwd voor de cultuurverschillen en de hiërarchie in Duitse ziekenhuizen. Duitsland is fysiek dichtbij, maar mentaal niet, merken de studenten. Ze sommen in de patiëntenkamer van de kraamafdeling in het ziekenhuis Gronau de verschillen op. Soms vallen die positief uit, soms negatief. Isa: “Hier lig je met z’n drieën op de kamer, er zijn geen gordijnen. Als iemand niet kan lopen moet-ie op de po, terwijl iemand anders ernaast zit te eten.” De studente voelt zich er ongemakkelijk bij. Nadia: “Ik moet wel zeggen: het viel alles bij elkaar wel mee met de hiërarchie. Gisteren heb ik met een dokter geouwehoerd. Spass gemacht”, vertaalt ze voor de persvoorlichter en de stagebegeleider.

Duits spreken gaat haar steeds beter af, maar het was wel wennen. “In de zomervakantie had ik spijt en dacht ik: waarom doe ik dit? Maar het valt me mee”, zegt Isa.

Arbeidsmarkt

De Duitse taal bloeit op het mbo, zeker in de oostelijke grensregio. Dat heeft voor een belangrijk deel te maken met de arbeidsmarkt: in het oosten van het land wordt er intensief ­samengewerkt op het gebied van logistiek, handel en commercie met het buurland, en in de Duitse gezondheidszorg is het personeelstekort mogelijk nog groter dan in Nederland. In Münster is er zelfs een oud ziekenhuis verbouwd voor huisvesting van verpleegkundig personeel uit Italië en Spanje, zegt John van der Vegt, voorzitter van het ROC van Twente.

null Beeld Koen Verheijden
Beeld Koen Verheijden

Zijn school heeft net de knoop doorgehakt om appartementen in Münster te huren zodat studenten die daar stage lopen in het verpleeg­huis een plek hebben om te wonen. Op en neer reizen is te ver. “Ze huren de appartementen vervolgens van ons”, verduidelijkt Van der Vegt. Behalve in zieken- en verpleeghuizen ­lopen de mbo-studenten stage in de kinder­opvang, logistiek, detailhandel en de bouw.

Het spreken van Duits is volgens Van der Vegt een vereiste, zeker in zijn regio. “In het centrum van Enschede hoor je soms vaker Duits dan Nederlands.”

Tot grote tevredenheid van het Duitsland Instituut Amsterdam (Dia) is het Duits binnen het mbo bezig aan een opmars. Synke Hotje van het Dia: “We zien een positieve ontwikkeling met het aantal stageplekken en het Goethe-certificaat dat onlangs is geïntroduceerd in het beroepsonderwijs. Kortom: er gebeurt veel op ROC’s.” Dat Goethe-certificaat, uitgegeven door het Goethe-Institut, is een nieuwe manier om de mbo’ers vertrouwd te maken met het Duits. “Zo’n certificaat is niet verplicht, het is iets extra’s. Maar het kan heel handig zijn als jij bijvoorbeeld wilt werken bij een groot logistiek bedrijf”, legt Van der Vegt uit.

Zo’n 4 tot 8 procent van alle mbo-studenten leert Duits. De groei zit volgens Wim Jellema, werkzaam voor de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven, vooral in de keuzevakken. Sinds drie jaar werkt het mbo daarmee. Daarvoor kregen de studenten nauwelijks Duits. De groei is terug te zien op het ROC van Twente waar op jaarbasis 690 studenten Duits volgen, meer dan de landelijke 4 procent, zegt Van der Vegt. Daarnaast hebben op het ROC van Van der Vegt nu zestien studenten een Goethe-certificaat gehaald, landelijk ligt dat aantal op 150.

Werkgelegenheid

Van der Vegt: “Ook vanuit collegebesturen hier in de omgeving wordt de samenwerking met Duitsland gestimuleerd. We zien Münster, Osnabrück en Enschede als één driehoek met veel werkgelegenheid.” Het is een van de redenen dat elf ROC’s langs de grens een samenwerking zijn gestart met Duitse beroepsscholen. In Nederlands-Duitse teams werken de studenten samen aan verschillende projecten, zoals het ontwerpen van meubels.

Kortom: de Duitse taal staat in de schijnwerpers op het mbo. Het vormt een contrast met de rest van het onderwijs in Nederland, ziet Hotje van het Duitsland Instituut. In de zomer luidde het instituut zelfs de noodklok omdat er te weinig aandacht werd besteed in het nieuwe curriculum, een herziening van het hele vakkenpakket voor het basis- en voortgezet onderwijs, aan de Duitse taal. Volgens Hotje is daar inmiddels wel iets aan gedaan en heeft het Duits een prominentere plek verworven in de nieuwste voorstellen voor de curriculumherziening die inmiddels zijn gepresenteerd.

Toch blijft Hotje zich zorgen maken over de ontwikkeling van het Duits. Niet zozeer op ­havo- en vwo-niveau, vooral op het vmbo mag er wel wat veranderen. “Daar kiezen maar heel weinig leerlingen voor het vak Duits.” Terwijl de taal juist daar belangrijk is vanwege de ­toenemende samenwerking met Duitsland op mbo-niveau. “Je krijgt dan de situatie dat er studenten op het mbo instromen die qua ­niveau van elkaar verschillen en dat is ­lastig.”

Als het aan Hotje ligt wordt het Duits op het vmbo verplicht gesteld in de grensregio, hoewel ze beseft dat dit politiek niet haalbaar is. “Scholen in de grensregio zijn aan zet. Zij kunnen met elkaar afspraken maken over de positie van het vak Duits. Want alle grote bedrijven in toerisme en logistiek werken in de grensregio met elkaar samen.”

Communiceren

In het verlengde daarvan zou het volgens Hotje goed zijn als er niet te veel gestuurd zou worden op leesvaardigheid. “Dat gebeurt nu wel op het vmbo. Het vormt 50 procent van het eindcijfer. Terwijl iemand die doorgaat naar het mbo juist wil kunnen communiceren met zijn handelspartner.”

Het is precies waar Sabine van Vugt, voorheen docent Duits op het ROC van Twente en momenteel verantwoordelijk voor internationalisering binnen de gezondheidszorg, vaak tegenaan liep. “Het niveau is heel basic als ze binnenkomen. Dus ik begon vaak met de opdracht zichzelf voor te stellen. En ik leerde ze de cultuurverschillen. In Duitse ziekenhuizen mag je absoluut geen ‘je’ zeggen. Je spreekt je collega’s ook alleen aan met de achternaam. Het zijn allemaal dingen waar ze aan moeten wennen.”

Isa beaamt dat volledig. “Als je hier geen Sie (u) zegt is dat echt een ding.” Nadia vult aan: “Ik moet echt iedere keer twee keer nadenken.”

“Wat dan wel weer leuk is” zegt Isa “is dat de uniformen hier in Duitsland een kleurtje hebben.” Ze wijst naar haar de roze streepje aan het uiteinde van haar mouwen. “Dat vind ik leuk, dat roze.” Nadia: “Het staat wat vrolijker.”

Willen ze uiteindelijk blijven? Isa denkt van niet. “In het ziekenhuis in Enschede heb je toch wat meer privacy.”

Maar Nadia is wel over te halen. Ze ziet de voordelen van wonen in Duitsland: grotere huizen en goedkopere auto’s.

Keuzedelen op het ROC

De populairste taal op het mbo blijft ­Engels, gevolgd door het Duits. Studenten, met name in de toerisme-sector, kiezen soms voor Frans of Spaans, maar deze talen blijven een niche. Lambert Teerling is de man die Duits op de agenda heeft gezet op het mbo. Volgens Teerling was het tot 2012 slecht gesteld met de taal. Teerling is al jaren adviseur voor beroepsopleidingen in de grensregio. Hij ontwikkelde samen met een werkgroep een keuzedeel Duits. “We hebben ervoor gezorgd dat veel opleidingen Duits zijn gaan aanbieden.” Maar inmiddels vreest Teerling en zijn team voor een concurrentiestrijd tussen alle verschillende keuzedelen die worden aangeboden op de ROC’s. Het zijn er inmiddels meer dan 600.

Lees ook:

‘Duits is niet sexy, wel belangrijk’

Duits moet weer een verplicht vak worden bij een aantal mbo-opleidingen. Dat schreef Euregio, het samenwerkingsverband van Duitse en Nederlandse gemeenten in het grensgebied, in een brief naar de Tweede Kamer. Minister van onderwijs Jet Bussemaker liet daarop weten dit niet te zullen doen. Karel Groen (46) is directeur van Eems Dollard Regio (EDR), één van de samenwerkingsverbanden.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden