Aantal Pabo-aanmeldingen loopt terug, minister noemt het lerarentekort nu ‘ernstig’

In 2020 meldden zich nog bijna tienduizend mensen op de Pabo, die opleidt tot leerkracht in het primair onderwijs. Dat werd alom beschouwd als een lichtpuntje. Maar in 2018, het jaar waaraan Van Engelshoven nu refereert, waren het er nog geen achtduizend.

Van Engelshovens collega Arie Slob, belast met het basis- en voortgezet onderwijs, vulde aan dat de situatie rond het lerarentekort nu ‘ernstig’ is, maar dat het nog erger was geweest als er geen maatregelen waren genomen. “Heel bijzonder dat hij daar nog trots op is”, reageert Peter Althuizen van vakbond Leraren in Actie.

Dat sentiment wordt gedeeld bij andere bonden. Zij kaarten al jaren het probleem van het lerarentekort aan en signaleren dat er de afgelopen jaren veel te weinig is gedaan om het beroep aantrekkelijker te maken. De terugval in het aantal aanmeldingen bezien zij ook in dat licht.

“Het was bij ons wel echt een bommetje dat inviel”, zegt Thijs Roovers van lerarenbond AOb. “Het lerarentekort is al een extreem probleem en dat zal hierdoor alleen maar erger worden.”

Het demissionaire kabinet heeft onlangs wel 500 miljoen euro vrijgemaakt voor salarisverhoging in het primair onderwijs, maar die kwam te laat om de keuze van potentiële Pabostudenten dit jaar nog te beïnvloeden. Minister van Engelshoven wil nader onderzoek laten doen naar de oorzaken van de daling.

Lees ook:

SP opent meldpunt voor leraren die geen vast contract krijgen

De SP opent een meldpunt voor leraren die “tijdelijk contract op tijdelijk contract moeten stapelen” en bij hun school maar geen vaste aanstelling krijgen. Ondanks het grote tekort aan leerkrachten, “krijgen wij nog altijd verhalen te horen van docenten die niet een vast contract kunnen krijgen, terwijl ze niets liever willen”, zegt SP’er Peter Kwint.