Zwitserse belastingroute van Ahold wekt argwaan
De vakbond FNV heeft onderzoek laten doen naar de belastingbetaling door supermarktconcern Ahold Delhaize. Het bedrijf zou te weinig afdragen in Nederland en de VS.
Heeft supermarktconcern Ahold Delhaize een lucratieve belastingroute lopen via Zwitserland? Het heeft er alle schijn van, zegt vakbond FNV. De bond eist openheid van het bedrijf uit Zaandam over merknamen die het concern in Zwitserland heeft geregistreerd. De bekendste daarvan is Etos, de naam van de drogisterijketen van Ahold.
FNV liet een onderzoek uitvoeren door de Stichting Onderzoek Multinationale Ondernemingen (Somo) naar het belastinggedrag van Ahold. Daaruit blijkt dat de grootgrutter zo’n 350 merknamen en patenten heeft ondergebracht in dochterbedrijf Ahold Licensing Sárl, dat is gevestigd in het Zwitserse kanton Zug. Daar ligt het belastingtarief een stuk lager dan in Nederland en de Verenigde Staten, waar het concern de meeste omzet haalt.
In Zwitserland zijn met name Amerikaanse merknamen geregistreerd, zoals Giant, Martin’s, Stop & Shop, Peapod en Nature’s Promise. Ahold Delhaize haalde vorig jaar 62 procent van zijn omzet uit de Verenigde Staten.
Incomplete informatie
Ahold Delhaize wil niet ingaan op vragen over de Zwitserse dochter, die volgens Somo in 1989 werd opgericht en 35 werknemers heeft. “De gegevens en conclusies in het rapport van Somo laten wij volledig voor hun rekening. Het rapport is gebaseerd op incomplete informatie en informatie die uit context is gehaald”, zo stelt het concern als algemene reactie.
Het bedrijf wil niet zeggen wat er niet klopt of uit context is gehaald. Voor FNV is duidelijk dat het bedrijf puur om fiscale redenen in Zwitserland is gevestigd. Somo-onderzoeker Vincent Kiezebrink noemt dat ‘zeer aannemelijk’. “Het is de enige verklaring die voor ons overblijft. Maar zonder verdere gegevens van de Zwitserse dochters kunnen we het niet aantonen.” In Zwitserland hebben bedrijven een zeer beperkte rapportageplicht, waardoor die gegevens niet zomaar openbaar te verkrijgen zijn. “En Ahold zelf komt ook niet met een alternatieve verklaring”, zegt Kiezebrink.
Verantwoordelijkheid
Het voordeel van de Zwitserse route voor Ahold zit hem in de afdracht van zogeheten royalty’s die winkels in Nederland en de Verenigde Staten moeten betalen voor het ‘gebruik’ van de merknamen. Dat drukt de winst, waardoor het bedrijf minder belasting betaalt. De inkomsten in Zwitserland worden belast tegen een veel lager tarief dan in Nederland (25 procent) of de Verenigde Staten (tot 35 procent), zo observeren de onderzoekers van Somo. Het kanton Zug kent een vennootschapstarief van 14,6 procent, maar bedrijven betalen volgens Somo vaak minder na afspraken met de Zwitserse belastingdienst.
“Op deze wijze loopt Nederland geld mis voor publieke voorzieningen”, zegt Tuur Elzinga van FNV. “Ahold maakt wel gebruik van onze infrastructuur en ons goed opgeleide personeel. Bij brand komt de brandweer die we met z’n allen betalen. Wij verwachten dat Ahold hieraan bijdraagt door in Nederland belasting te betalen, net als mkb’ers en burgers.”
Een woordvoerder van Ahold Delhaize stelt dat in 2016 316 miljoen euro winstbelasting is afgedragen. Inclusief btw, loon-, vastgoed- en verpakkingsbelasting komt het concern zelfs tot meer dan 3 miljard euro wereldwijd. “We nemen dus onze verantwoordelijkheid op dit vlak.”
Onder de loep
FNV wil de komende tijd het belastinggedrag van meer Nederlandse bedrijven onder de loep laten nemen. Uit eerder onderzoek van Somo bleek al dat de gemiddelde lastendruk voor Nederlandse AEX-bedrijven een stuk lager is dan dat je op basis van het tarief van 25 procent zou mogen verwachten. Bij Ahold ging het in de periode 2005-2014 om een effectief belastingtarief van 17 procent, zo rekent FNV voor. “Dat betekent dat Ahold over de laatste 10 jaar ongeveer 700 miljoen euro minder belasting heeft betaald dan hun eerlijke deel”, stelt de vakbond.
Op de eigen website erkent het bedrijf dat het ‘moet bijdragen aan de gemeenschappen waarin we actief zijn’. Tegelijkertijd heeft het een ‘verantwoordelijkheid aan de aandeelhouders om de belastingkosten onder controle te houden’.