Zwart-witfoto

Anniek van den Brand schrijft elke week over familie - en alles wat daarop lijkt. anniekvandenbrand@trouw.nl | @anniekvdbrand

ANNIEK VAN DEN BRAND

Ik had gehoopt dat ik iets zou herkennen - een oogopslag misschien, een lach, haar bouw. Maar op de zwart-witfoto van mijn overgrootmoeder Silvestrina Dalmijn, zie ik een donkere, strenge vrouw met een zuinige mond. Ze zit op een hoge, rechte stoel en haar figuur wordt verhuld door wijde, zwarte kleren - een stola en een stugge rok tot op de enkels. Haar hoofd gaat schuil onder een witte kap.

Er staan twee kleine kinderen bij haar. Een jongetje in een matrozenpakje, met diezelfde donkere kijk, en een meisje van een jaar of drie in een wit jurkje. Haar moeder - of haar oma, want is Silvestrina hier niet al te oud om haar moeder te zijn? - houdt haar vast bij haar pols; het meisje met de bruine ogen kijkt verschrikt de camera in.

Bij Silvestrina's voeten staan twee zwarte kartonnetjes met daarop in zwierig wit handschrift 'Dag lieve tante Marie' en 'Dag zuster Maria Roza'.

Silvestrina is mijn vaders oma, de moeder van mijn opa. Ik kreeg de foto onlangs toegespeeld via een ver familielid, een neef van mijn vader die ik nog nooit heb gezien. Voor het geval het mij mocht interesseren stuurde hij ook nog een foto mee van een weegschaal en contragewichten. Die had Silvestrina tot 1948 gebruikt, schreef hij, in haar winkeltje met 'koloniale waren en rookartikelen' in Sambeek. Toen had de onnauwkeurigheid van het ding haar zoon Karel - een broer van mijn opa - zó geërgerd, dat hij de oude weegschaal had vervangen voor een nauwkeurig exemplaar van het merk Berkel.

Ik kijk naar het plaatje met daarop die vrouw die op de bruiloft van mijn opa en oma moet zijn geweest, die mijn vader heeft gekend toen hij kind was, mijn ooms en tantes - zeventigers nu, tachtigers. Zij moet in mijn geboortedorp zijn geweest, in het café dat haar zoon, mijn opa runde, in zijn bakkerij en zijn kruidenierszaak. Zij heeft rondgelopen op dezelfde vierkante meters waar ik ben geboren en getogen en die ik thuis noem.

Kwam ze vaak? Mocht ze mijn oma, de vrouw van haar zoon? En waarom is dat belangrijk voor mij? Waarom probeert mijn hoofd een verhaal te maken, een leven te reconstrueren uit de weinige details die ik weet over deze vrouw?

Ik vraag het mijn zus die met vergelijkbare gretigheid een verband probeert te zien tussen ons, hier, nu, en die cryptische boodschappen uit het verleden.

We komen tot de conclusie dat we tegen beter weten in blijven hopen dat er op de wereld mensen rondlopen die ons begrijpen, vertrouwen en accepteren - volledig en vanzelfsprekend, waar ze ook wonen, wanneer ze ook leefden. En als ze ook maar een heel klein beetje op ons lijkt, dan hoopte zij dat ook.

undefined

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden