Langs de rafelranden van Europa

Zonder strategie in broeinest Mali

Man in de Sahara. Veel migranten trekken via de woestijn richting Noord-Afrika. Foto midden: Nederlandse militairen in Gao. Beeld AFP
Man in de Sahara. Veel migranten trekken via de woestijn richting Noord-Afrika. Foto midden: Nederlandse militairen in Gao.Beeld AFP

Aan de noordzijde van de Sahara staan voor Europa grote belangen op het spel. Daarom mag Mali niet in handen vallen van extremisten, constateert Jonathan Holslag in deel 18 van zijn reisserie langs de rafelranden van Europa.

Jonathan Holslag

Volgens de historicus Henri Pirenne vormt niet de Middellandse Zee de zuidelijke grens van Europa, maar de Sahara. De Europese veiligheid hangt zo bezien af van ons vermogen bij te dragen aan de stabiliteit en welvaart van de staten van Egypte tot Marokko, en ervoor te zorgen dat de Sahara als het ware een barrière van zand, hitte en droogte blijft ten aanzien van het broeierige zuiden van Afrika. Het valt amper te vatten hoe mensen door deze immense zandzee kunnen reizen, bedenk ik me als na het azuur van de Middellandse Zee een strakke lijn oker opdoemt en het vervolgens urenlang van schraal, naar schraler, naar schraalst gaat. Na de kust van Algerije volgen kale rotsformaties en pas daarna strekt zich de Sahara uit. Die is zo onmetelijk dat het militair vliegtuig waarmee ik reis, de overtocht niet zonder twee tussenlandingen kan maken.

En toch: de laatste jaren blijkt die barrière poreuzer geworden. Meer en meer wordt de Sahara een doorvoerplaats van vluchtelingen, migranten, georganiseerde misdaad en terrorisme. Zowel Islamitische Staat als al-Qaida wint er terrein. De Sahara en de zuidelijkere savanne van de Sahel zijn ook een internationaal strijdperk. Zo zie ik hoe door het zanderige heuvellandschap van Algerije een raster van sporen is getrokken. Hier zoeken grote westerse en Chinese energiebedrijven naar olie en gas. Naast de slaperige luchthaven van Niamey, de hoofdstad van Niger, staan imposante grijze transportvliegtuigen van het Franse, Duitse en Amerikaanse leger. Vlak na onze landing stijgt een onbemand vliegtuig op. Bij aankomst in Bamako, de hoofdstad van Mali, hangen overal grote panelen met foto's van de Turkse president Erdogan die hier op bezoek was. De brug over de weidse Niger-Rivier werd gebouwd door China.

Zandwal en prikkeldraad

Ik reis naar Mali om in te schatten wat werkelijk het belang van deze regio voor Europa is. Er zijn nu duizenden Europese militairen gelegerd: Franse, Duitse, maar ook Nederlandse en Belgische. Nederlanders voeren in het kader van een VN-operatie patrouilles uit, tot diep in de woestijn, terwijl Belgische militairen NH-90-helikopters luchtsteun bieden. Wat doen zij daar? Wat staat er op het spel? Ik leg mijn oor te luisteren in het hoofdkwartier van de VN in Bamako, een gigantische basis omgeven door een metershoge zandwal en prikkeldraad. Overal staan witgeschilderde pantserwagens en containers, en alles ligt onder een dikke laag rood stof, onvoorstelbaar veel stof.

"De uitdaging is tweeërlei", legt een kolonel uit in een vergaderruimte die niet meer is dan een container met plastic stoelen en een projectiescherm. Hij wijst naar een kaart. Het grondgebied van Mali heeft de vorm van een zandloper. Aan de ene kant van de vernauwing, in het zuiden, heeft de overheid het nog voor het zeggen, maar aan de andere kant, in het noorden, maken vooral rebellen en terroristen de dienst uit. "Als we niets doen, dan dreigt het hele zuiden ook onder de voet gelopen te worden en dan is het gedaan met Mali als staat. Maar dat is niet alles. Als Mali valt, zal het geweld onvermijdelijk overslaan naar andere landen, zoals Senegal, Ivoorkust, Niger en Algerije. Dan wordt de hele Sahel een brandhaard en dat zal zich laten voelen tot bij ons. Het wordt een vrijhaven voor extremisten, terroristen en smokkelaars."

Het had niet veel gescheeld of de rebellen stonden in Bamako. In 2011 werd het vuurtje aangestoken in Libië. Dat land deelt met Mali een gigantisch grensgebied dat bewoond wordt door clans van de Toeareg. De dood van de Libische sterke man, Muammar Kadafi, moedigde de Toearegs aan om de wapens op te nemen. Binnen een half jaar controleerden ze de helft van Mali en riepen ze de onafhankelijke staat Azawad uit. De Toearegs werden gesteund door enkele duizenden strijders van al-Qaida en IS. "Terwijl de Toearegs tevreden waren met de controle van het noorden, wilden de extremisten de hele staat veroveren en er de sharia opleggen. Zonder de Franse interventie in 2013 was het ze onvermijdelijk gelukt", gaat de kolonel verder. "De Fransen drongen de extremisten terug. Maar nu, vijf jaar later, is de situatie weer even slecht als toen. De extremisten zijn veerkrachtig, rekruteren vlot onder de jongeren en delen met bermbommen of verrassingsaanvallen op motorfietsen dodelijke speldeprikken uit."

Parijs

Vaak wordt er met de vinger naar het Westen gewezen. De problemen in Mali zouden uit de hand gelopen zijn na de interventie in Libië en de daaropvolgende val van Kadafi. Toen zijn veel Libische wapens in Mali beland en kregen oorlogsheren vrij spel. "Wil het Westen wel stabiliteit in Mali?", vraagt de journalist Sambou Diarra zich af. "Is het niet vreemd dat Frankrijk nauwe banden onderhoudt met strijders voor een onafhankelijk Noord-Mali, de Mouvement national de libération de l'Azawad (MNLA) en ogenschijnlijk niet wil dat de Malinese regering de controle terugkrijgt over de belangrijkste uitvalsbasis van de MNLA, de noordelijke stad Kidal? Is het toevallig dat er zich net rondom Kidal belangrijke voorraden uranium zouden bevinden en dat er naar goud wordt gezocht?" Ook een hoge magistraat opperde dat vooral Frankrijk er een dubbele agenda op na zou houden. "Hoe kan het dat Frankrijk hier duizenden militairen heeft om op terroristen te jagen, terwijl het die terroristen zich steevast laat terugtrekken in de woestijn? Ik denk niet dat Parijs een sterke Malinese staat wilt, want dan zal het zijn zin niet meer krijgen."

Tekst loopt door onder de foto

null Beeld ANP
Beeld ANP

Is die achterdocht terecht? Is het inderdaad zo dat hoewel Europa militair in Mali aanwezig is, het geweld in Mali juist het gevolg is van Europese inmenging? Wat vaststaat, is dat de situatie in Mali en in de hele regio verslechterde nadat de Fransen het voortouw namen in de militaire interventie in Libië, maar dat ze geen plan hadden om dat land na de val van Kadafi te stabiliseren, laat staan de gevolgen voor buurlanden zoals Mali te beperken. Het argument dat Europa, met Frankrijk op kop, vooral uit is op de Malinese grondstoffen, is veel minder overtuigend. Het Franse bedrijf Areva is voor de bevoorrading van uranium afhankelijk van het naburige Niger en heeft daarom vooral baat bij stabiliteit in Mali. Dat de Franse militaire operatie-Bharkane islamitische terroristen en andere gewapende groepen soms moet laten gaan, heeft alles te maken met de onvoorstelbare uitgestrektheid van het land.

Een en ander wordt me duidelijk na een oncomfortabele reis in een oud, rammelig Antonov-vliegtuigje naar de savannestad Gao, een belangrijke militaire uitvalsbasis. Hier zijn duizenden soldaten van de Verenigde Naties gelegerd, naast een basis van de Fransen, die onafhankelijk doch onder VN-mandaat opereren. In zijn prefab-kantoor legt de VN-bevelhebber van de sector, een generaal uit Bangladesh, uit hoe moeilijk het is om hier te opereren. Een groot deel van zijn VN-troepen is gewoon niet goed getraind of uitgerust. Pantserwagens blijken bijvoorbeeld niet echt gepantserd en vormen een gemakkelijk doelwit. Er is te weinig luchtsteun en patrouilles moeten zoveel mogelijk binnen het bereik van de helikopters blijven, dat wil zeggen enkele honderden kilometers. "Ik heb een sector voor mijn rekening die twee keer groter is dan mijn land en heb een tekort aan alles", zucht de generaal.

Hoewel de meeste troepen uit Afrikaanse en Aziatische landen afkomstig zijn, hangt alles af van de Europese slagkracht. Het zijn de Fransen die de leiding nemen in de strijd tegen bijvoorbeeld terroristen, maar ook Nederland zit met zijn militairen voorop en het zijn de Belgische transporthelikopters die operaties buiten de steden mogelijk maken. Het blijft onvoldoende. Gewapende groepen maken steeds meer gebruik van explosieven om het wegtransport aan te vallen en trekken zich na aanvallen snel terug om zich te verschuilen in oases, bergen of dorpen. Het is niet zo dat de Fransen en militairen uit andere landen terroristen laten ontsnappen, maar vooral dat het bijzonder lastig is ze te pakken te krijgen.

Gebrek aan strategie

Als de buitenlandse mogendheden iets te verwijten valt, dan is het niet zozeer een hebzuchtige strategie, gericht op het veiligstellen van grondstoffen, maar het gebrek aan een strategie. Het lijkt alsof Europa vaag beseft dat het belangen heeft in deze regio, dat het zich geen nieuw machtsvacuüm in dit gebied kan veroorloven, maar dat het er hoegenaamd geen idee van heeft hoe het stabiliteit kan brengen. Het hele engagement van Europa is één grote tegenstrijdigheid. De militaire aanwezigheid is opgevoerd en dat was nodig. De goed uitgeruste Europese militairen hebben ervoor gezorgd dat Mali geen nieuw islamitisch kalifaat is. Maar de rest volgt niet. Europa besteedt bijvoorbeeld slechts 400 miljoen euro aan ontwikkelingssamenwerking, terwijl het jaarlijks een miljard euro verdient uit de handel met Mali. De totale Europese investeringen in het land bedragen nog geen 200 miljoen.

Ook de militairen zelf wijzen op dat probleem. Het is is dweilen met de kraan open zolang er geen coördinatie is tussen veiligheid, economie en politiek, vinden ze. Het hotel in Bamako waar ik dineer, is nochtans goed bezet met expats, personeel vooral van de Verenigde Naties. Maar in alle gesprekken valt het op hoe moeilijk het was voor de internationale gemeenschap om samen te werken aan een toekomststrategie. De coördinatie tussen de VN-operatie en de Fransen loopt lastig, maar ook binnen de VN tussen het politieke departement van de operatie, de militaire component, de politiecomponent, enzovoort.

Tekst loopt door onder de foto

Vrouwen met jerrycans om water mee te vervoeren in de Malinese hoofdstad Bamako. Beeld Getty Images
Vrouwen met jerrycans om water mee te vervoeren in de Malinese hoofdstad Bamako.Beeld Getty Images

Soms lijkt de VN-missie vooral één gigantische logistieke operatie. Het bevoorraden van de VN-posten kost een enorme inspanning. De VN hebben er eigen lijnvluchten en vaak moeten colonnes van soms honderden witgeschilderde vrachtwagens containers met proviand, reserveonderdelen en andere voorraad van de hoofdstad naar het noorden brengen, over een traject van soms duizend kilometer stofwegen. Die colonnes moeten begeleid worden door helikopters en verkenners die op zoek gaan naar bermbommen. "Er blijven te weinig middelen over om de strijd aan te binden", stelde de generaal uit Bangladesh, "daardoor kunnen we ons soms niet ver buiten de basis begeven."

Op de vlucht

Zonder economische stabiliteit is het bestrijden van terreur in Mali onbegonnen werk. De hoofdstad Bamako baadt permanent in smog en stank die opstijgt uit de troebele Niger. Over de schrale velden rondom de stad ligt vuilnis als was het zaaigoed. Het gemiddelde inkomen bedraagt hier 1,50 euro per dag. Bamako groeit elk jaar met zo'n honderdduizend mensen, vooral boeren op de vlucht voor geweld en droogte. Net zoals in vele andere delen van Afrika, wordt Mali geteisterd door klimaatverandering: langere periodes van verschroeiende droogte afgewisseld met hevige neerslag. Zonder betere landbouwtechnieken zou dat kunnen betekenen dat de landbouwproductie de komende jaren gemiddeld met een procent afneemt, dat terwijl de bevolking jaarlijks met drie procent groeit.

null Beeld Louman & Friso
Beeld Louman & Friso

Deels is de ontbering de verantwoordelijkheid van de Malinezen zelf, of althans van de elite, die zich de grondstoffen toe-eigent en akkoorden bedisselt met buitenlandse partners zonder de opbrengsten te investeren in bijvoorbeeld onderwijs en infrastructuur. Mali is een belangrijke goudproducent. In de dertiende eeuw floreerde er zelfs een Malinees keizerrijk dankzij de goudvoorraden en de rijke keizer, Musa, noemde zich 'de heer van de mijnschacht'. Maar investeerde de keizer nog in universiteiten, in bibliotheken en in infrastructuur, dan is dat vandaag nauwelijks het geval. Het goudgeld vloeit vooral naar banken in Zwitserland en Parijs. Ook in de landbouw is dat zo. Kleine boeren worden onteigend voor grote katoentelers. Waar de opbrengsten blijven, weet niemand.

Hoe pervers is het, bedenk ik me als ik een groep boeren onder de verschroeiende zon zie zwoegen: aan de ene kant zijn we er als de dood voor dat Mali een doorvoerplaats voor migranten, terrorisme en georganiseerde misdaad wordt. Maar hoeveel boeren zouden hier worden onteigend, hoeveel water zou er hier worden opgepompt en hoeveel land worden opgeofferd opdat wij in de winkels goedkoop spulletjes kunnen uitzoeken en onze jeugd er tegenwoordig niet voor terugdeinst die spulletjes na enkele keren dragen weg te gooien. Wat een roekeloosheid thuis, terwijl onze militairen hier risico's lopen om erger te voorkomen.

De namen van de kolonel, de generaal en de magistraat zijn bij de redactie bekend.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden