Zijn we klaar voor de toekomst van de drone?
Liefhebbers kunnen hun geluk niet op tijdens Amsterdam Drone Week, maar niet alle foefjes lijken geschikt voor het Nederlandse luchtruim.
In het midden van de zaal staat de vliegende auto. Het voertuig van fabrikant Airbus blinkt in een zee van licht. Het is een Canta-achtig autootje met daarbovenop een drone: vier elektrisch aangedreven propellers, samen ruim 5 meter breed, moeten het tweepersoonsvoertuig ooit laten vliegen. Met de nadruk op ooit, want zover is het nog lang niet.
Bij de eerste editie van de Amsterdam Drone Week in de Rai gaat het om de zin en onzin van drones. Wetgeving voor de onbemande vliegtuigjes is zo streng dat bemande vluchten in een vliegende auto hooguit een stip op de horizon zijn, maar daarom niet minder interessant.
En dus is de crème de la crème uit de wereld van de vliegmachines in de hoofdstad bijeen om de allernieuwste foefjes te laten zien. Van snelle drones om mee te racen tot voertuigen voor Defensie en drones die onkruid tussen gewassen kunnen wegplukken.
Regulatie
Maar de kanttekening die bij elke nieuwe drone geplaatst wordt, gaat over regulatie. Mensen vrezen een fietspadeffect, waar scooters, brommers, bakfietsen, steps, scootmobiels en gewone fietsen door elkaar zoeven. Een luchtruim vol met vliegtuigen, helikopters én talloze soorten drones: dat wil niemand.
Dat weet ook Patrick Ky, voorzitter van het Europese agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart EASA. “De techniek laat zien dat de mogelijkheden met drones steeds talrijker worden. De vraag is vooral: zijn wij als mensen al klaar om ze boven onze hoofden te accepteren?”
Pakket- en pizzabezorgers zien er namelijk wel brood in: razendsnelle levering met gebruik van het relatief lege luchtruim. Ook taxibedrijf Uber houdt de ontwikkelingen zijdelings in de gaten. “Maar als je hoort hoeveel geluid één zo’n drone nu maakt, dan weet je dat niemand er daar veel van boven zich in de lucht wil hebben”, zegt Ky. Een demonstratievlucht in de speciale ‘arena’, met netten er om heen, levert het bewijs. Het zoemende geluid overstemt menig gesprek.
Ook veiligheid speelt een belangrijke rol. Een neerstortende drone kan pijnlijke schade aanrichten. Bij luchthavens of kerncentrales wordt het zoemende voertuigje sowieso met argusogen gadegeslagen. Nederland heeft eigen regelgeving: op veel plekken, zoals boven de bebouwde kom, mogen drones niet komen.
EASA wil volgend jaar aanvullende wetgeving instellen om een verdere lappendeken van regeltjes per lidstaat te voorkomen. Drones mogen dan maximaal 120 meter hoog vliegen (in Nederland is dat al het geval). Komt het voertuig buiten het zicht dan moet de piloot eerst een risicoanalyse bij de autoriteiten indienen. Ook wil EASA drones uitrusten met een chip die ervoor zorgt dat verboden luchtruim niet wordt betreden.
‘Met bril op is het alsof je zelf vliegt’
Didier Neefe
Liefhebber
“Al vanaf mijn zevende vlieg ik met modelvliegtuigen bij onze club in Waddinxveen”, zegt Didier Neefe (21). In zijn handen heeft hij een kleine drone, amper 30 centimeter groot. “Ik heb mijn modelvliegtuigen niet ingewisseld, maar deze drone is wel een gave hobby.”
Het ding kostte Neefe zo’n 170 euro. “Als prof ben je er dan niet. Inclusief zender, bril en accu’s zit je zo aan de 1500 euro.” De bril is voor het vliegen buiten het gezichtsveld, legt de liefhebber uit. “Het is alsof je dan zelf vliegt, ik word er helemaal rustig van en kan zo mijn hoofd leegmaken.”
Professioneel racen doet Neefe nog niet. Zijn blik gaat naar de racebaan in Amsterdam: “Misschien in de toekomst, als ik een goede drone koop. De mijne is sterker en dus zwaarder, zodat hij bij een crash niet meteen breekt. Maar daardoor is hij ook slomer.”
‘Onze drone bestuur je met je brein’
Blom Kraakman
Student
“Bij ons is de drone het middel, en niet het doel”, zegt Blom Kraakman (21). Ze studeert psychobiologie aan de UvA en staat bij een grote stand met diverse universiteiten. Zo hebben haar buren uit Wageningen een drone voor boeren ontwikkeld.
Ook bij Kraakman hangt een drone, maar het gaat om de muts: die pikt signalen uit het brein op en bestuurt daarmee een voertuig. “Met mijn groep hebben we deze techniek getest. In het brein zitten cellen die naar links of rechts sturen en die we met de muts naar een computer in de drone verzenden. Deze techniek kan zo weer toegepast worden voor verlamde mensen in een rolstoel, dat gebeurt al in Nijmegen”, zegt Kraakman.
Ze voelt zich prima in een zaal vol drone-liefhebbende mannen. “Ik denk dat iedereen drones leuk kan vinden. Alleen, het voertuig wordt geprofileerd als iets voor jongens. Dat is denk ik onterecht, drones zijn juist heel cool.”
‘Deze drone detecteert grote ellende’
Boris Langendoen
Deskundige
“Ons bedrijf Delft Dynamics is een uit de hand gelopen afstudeeropdracht van vier studenten vliegtuigbouw aan de TU Delft”, zegt Boris Langendoen naast een drone met het formaat van een grote roofvogel. “We begonnen in 2005 met een helikopter, het woord drone bestond niet eens.” De heli werd ingeruild voor een drone, beschikbaar in diverse varianten. Zo kan één giftige gassen detecteren. “Denk aan een ramp met een rookwolk vol ellende waar je als mens niet bij in de buurt wilt komen. Deze drone kan dat wel, meet waar de giftige gassen het sterkst zijn en vult in de lucht een aantal buisjes waarvan de inhoud aan de grond onderzocht kan worden.”
Dat er restricties zijn, merkt Langendoen ook: “Vooral bij onze drone die met een vangnet andere ongewenste voertuigen uit de lucht kan pakken. Handig bij een luchthaven, maar letterlijk gezien schiet je op een ander voertuig. Het ontwerp ligt er en werkt, maar qua regelgeving mag het nog niet.”
Lees ook:
Maaltijdbezorging per drone neemt een vlucht - maar hoe zit het met de veiligheid?
China experimenteert met maaltijdbezorging per drone. Klanten zijn enthousiast. Maar de autoriteiten zijn huiverig vliegroutes voor drones toe te kennen.