zij van de wetenschap / Is zo’n visje echt gezond?

Eet gevarieerd, met veel groente, fruit en volkorenproducten. Neem regelmatig vis, en kies magere zuivel- en vleesvarianten. Beperk de consumptie van verzadigd vet, zout en suiker. Wees matig met alcohol. Beweeg iedere dag voldoende...

door Sander Becker

Zo luiden in een notendop de conclusies van het 370 pagina’s tellende rapport ’Richtlijnen goede voeding 2006’, dat de Gezondheidsraad deze week uitbracht. Het vorige rapport stamde nog uit 1986, en wetenschappelijke inzichten veranderen, dus het was hoog tijd voor een nieuwe versie.

Maar wat is er zo nieuw aan de adviezen? Veel groenten, fruit en vis, weinig vet, zout en suiker... dat horen we toch al jaren? „De oplettende consument had het inderdaad allemaal al in de krant kunnen lezen”, beaamt prof. dr. Daan Kromhout, vice-voorzitter van de Gezondheidsraad en verantwoordelijk voor het rapport. Dat komt doordat de raad de afgelopen jaren al diverse deelrapporten had uitgebracht over het verband tussen voeding en chronische ziekten. Het huidige rapport is een bundeling daarvan, aangevuld met literatuurstudies.

Maar zelfs ten opzichte van 1986 zijn de veranderingen bescheiden, op een paar grotere verschuivingen na. Zo werd er twintig jaar geleden vooral gehamerd op het gevaar van vet in het algemeen, terwijl de nadruk nu ligt op geharde vetten. Verder is een enkele rotsvaste overtuiging uit 1986 geruisloos verlaten. Destijds werd bijvoorbeeld dringend gewaarschuwd voor cholesterol, in het bijzonder voor eieren. „Daar waren we toen fobisch voor”, herinnert Kromhout zich. Inmiddels is gebleken dat cholesterol in de voeding de gezondheid minder schaadt dan gedacht. De vermaning dat we hooguit drie eieren per week mogen eten, is daarom komen te vervallen – al gaat het te ver om, zoals één krant deed, te suggereren dat we voortaan rustig élke dag een ei kunnen eten.

Voortschrijdend inzicht heet dat. Het speelt een opvallend grote rol in de voedingswetenschap, meer dan in andere takken van het biomedisch onderzoek. Dit komt doordat het erg moeilijk is om met zekerheid aan te tonen welke effecten voeding heeft. Veel gevolgen openbaren zich immers pas als mensen een voedingspatroon tientallen jaren volgen. Bovendien eten mensen niet één ding, maar van alles door elkaar; zie dan nog maar eens uit te pluizen welk ingrediënt bij welk effect hoort. Dat alles maakt het lastig om voedingsadviezen van een goede wetenschappelijke onderbouwing te voorzien.

De samenstellers van het rapport zijn zich daar terdege van bewust. Ze hebben de ’bewijskracht’ daarom ingedeeld in drie categorieën: een verband tussen voedingsmiddel X en gezondheidseffect Y is óf onbewezen, óf waarschijnlijk, óf overtuigend. „De meeste verbanden zijn van die tweede categorie”, licht Kromhout toe. „Echte zekerheid hebben we alleen over het feit dat suiker cariës veroorzaakt. Daarna moet je heel lang zoeken in het rapport om nog zo’n sterke relatie te vinden.”

Concreet bestaat er momenteel onder meer twijfel over het bekende visje. Twee studies uit de jaren 80 en 90 hadden laten zien dat mensen na een hartinfarct minder kans hadden op een tweede infarct wanneer ze veel vis of visvetzuren aten. Maar een recentere studie, uit 2003, komt tot precies de omgekeerde conclusie: vis lijkt het risico juist te vergroten. Op zich vallen bij dat laatste onderzoek allerlei kanttekeningen te plaatsen, nuanceert Kromhout, maar de zenuwen zijn toch behoorlijk toegeslagen: zou het hele visverhaal niet kloppen? „Voorlopig houden we het visadvies aan”, zegt Kromhout, die zelf een langlopend onderzoek is begonnen om er meer duidelijkheid over te krijgen. „Maar het zou goed kunnen dat we er over vijf of tien jaar anders over denken.”

De onzekerheid komt ook naar voren in de alcoholvoorschriften. Die verschillen van land tot land, terwijl de wetenschap hetzelfde is. De Gezondheidsraad adviseert om niet meer dan één (vrouwen) of twee (mannen) glazen per dag te drinken. De Franse overheid telt daar één glaasje bij op, en de Britse vindt zelfs 2 à 3 (vrouwen) en 3 à 4 (mannen) nog verantwoord...

In de praktijk blijkt overigens dat slechts 1,8 procent van de mensen de voedingsadviezen volledig opvolgt. En ondanks alle nadruk op groenten en fruit zijn we daar de laatste jaren juist steeds minder van gaan eten. Wordt Kromhout daar niet moedeloos van? „Het is jammer, maar ik lig er niet van wakker. Ik vind het leuk werk om zo nauwkeurig mogelijk aan te geven wat volgens de huidige stand van de wetenschap het ideale voedingspatroon is. Consumenten zijn vervolgens vrij om met die kennis te doen wat ze willen.”

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden