Ziel van de Zeeuw
Bij de perikelen om de Westerschelde gaat het volgens mij niet om Zeeland, maar om Zeeuws-Vlaanderen. Dat Zeeuwse eilanders de Ramp in 1953 aanhalen als argument tegen het ontpolderen van de Hedwigepolder is niet meer dan politiek spel en spelen op sentiment. In heel Zeeuws-Vlaanderen zijn namelijk tijdens de Ramp niet meer dan tien slachtoffers gevallen. Natuurlijk zijn tien er tien teveel en natuurlijk speelt de Ramp ook daar een rol; ik woonde als kind in Axel toentertijd en ook ik slaap nog steeds niet lekker als het stormt eind januari, zelfs hier in de Achterhoek. De Ramp is wezenlijk iets van de eilanden.
De tegenstanders van de ontpoldering van de Hedwigepolder gaat het niet om de angst voor het water; het gaat hen om het verlies van have en goed, ook terecht. De tegenstand heeft te maken met de oude Belgische wens invloed te hebben in het aangrenzende Zeeuwse Vlaanderen. Nog steeds geld wat ds. Pattist uit Aardenburg in 1919 zei: ”De Zeeuwsvlamingen hadden liever de Belgen als goede buur dan als lastige huisgenoot.”