Zelf vermogen opbouwen
Een terugtredende overheid heeft er de afgelopen jaren voor gezorgd dat pensioentekorten en AOW- of WAO-hiaten als zwaarden van Damocles boven onze hoofden hangen. Vermogensopbouw om te voorkomen dat men straks op een houtje moet bijten, is bijna een noodzakelijkheid.
Wie zin en tijd heeft kan dat zelf regelen. In Personal Finance-handboeken van de Consumentenbond (www.consumentenbond.nl) en het Nibud (www.nibud.nl) zijn vragenlijsten opgenomen waarmee een profiel ('Wie ben ik als belegger?') en een beleggingshorizon ('Wat is mijn doel?') kunnen worden samengesteld. De uitkomst correspondeert met een modelportefeuille. Zo kan de risicomijdende belegger met een lange-termijndoelstelling zijn geld onderbrengen in een combinatie van spaartegoeden, obligaties en een klein percentage traditionele aandelenfondsen. Dat is gemakkelijk zelf toe te passen; professionele vermogensbeheerders gaan op identieke wijze te werk.
Wie geen tijd en zin heeft, en de verantwoordelijkheid (gedeeltelijk) uit handen wil geven, kan terecht bij een private banker of financieel planner. Een onafhankelijke adviseur heeft er geen direct voordeel bij als de klant bepaalde producten aanschaft, en werkt meestal volgens een uurtarief of een totaalbedrag (een fee, kies in dat geval voor een all-in fee waarbij ook de transactiekosten zijn meegenomen).
Wie in zee gaat met een zelfstandig financieel planner: let op aansluiting bij de Federatie Financiële Planners (030-6898914, www.ffp.nl). Het blijft nodig de tarieven te vergelijken, want vastgestelde tarieven kent deze branche niet, maar in geval van klachten kan men terecht bij de beroepsvereniging.
Als de adviseur bij een bank werkt kan men met klachten terecht bij de geschillencommissie Bankzaken (tel. 070-310 53 10). Het private banking-tarief bij een bank bestaat meestal uit gestaffelde beheerskosten die bestaan uit een vaste vergoeding of een percentage (0,25 procent-2,50 procent) van het vermogen. Soms is een deel van de vergoeding gekoppeld aan het rendement, de zogenaamde performance fee.
Er zijn ook kleinere banken die zich in vermogensbeheer hebben gespecialiseerd zoals Staalbankiers (Achmea), MeesPierson (Fortis) of Stroeve Effectenbank (Rabobank). Niet iedereen kan hier terecht! Men hanteert ondergrenzen van 75000 euro (Stroeve Effectenbank) tot een miljoen euro (MeesPierson) vrij belegbaar vermogen. MeesPierson rekent daarvoor jaarlijkse beheerskosten van 0,75 procent met een minimum van 7500 euro. Bij Stroeve Effectenbank kan men terecht met een kleiner vermogen, maar veel stelt vermogensbeheer in deze orde van grootte niet voor. Er is keuze uit een 100 procent obligatieportefeuille (jaarlijkse fee 1,5 procent) of een 100 procent aandelenportefeuille (fee 2,45 procent). Pas vanaf 300000 euro vrij belegbaar vermogen worden de mogelijkheden ruimer.