We komen bijna niet meer buiten
Ook al komen we graag buiten - we doen het bijna niet. De meerderheid van de Nederlanders blijft bijna 90 procent van de dag binnenshuis, driekwart komt zelfs zo nu en dan een hele dag de deur niet uit. Terwijl ook driekwart van de mensen aangeeft wél graag in de buitenlucht te zijn.
Dat komt naar voren uit onderzoek dat de Wageningen Universiteit in samenwerking met Staatsbosbeheer en buitensportbedrijf Bever uitvoerde. Ruim duizend Nederlanders werd naar hun buitengedrag gevraagd.
Wat blijkt: ruim de helft van de bevraagden noemt zichzelf een 'buitenmens', hoewel de meesten van hen weinig buiten komen. Dus wat betekent het dan nog een buitenmens te zijn? "Nederlanders associëren buitenlucht met 'gezond bezig zijn'", zegt hoofdonderzoeker Marjolein Kloek van Staatsbosbeheer.
Zij vroeg de geënquêteerden waar zij aan denken bij het begrip 'buiten'. De eerste termen die naar voren kwamen hebben te maken met landschap: groen, natuur en bos. Daarna volgden de activiteiten: wandelen, fietsen, kamperen. Binnen werd vooral geassocieerd met tv-kijken, computers, bankhangen, maar ook met bleek en ongezond zijn.
Beren op de weg
Dat we desondanks zoveel binnenzitten, komt door de reeks beren die we op de weg zien. "Met stip op nummer één voerden de ondervraagden het weer op", zegt Kloek. Nummer twee is 'tijdgebrek', op nummer drie staat 'luiheid' - veruit het eerlijkste antwoord. Want, vindt Kloek: "Als je écht graag naar buiten wil kleed je je toch gewoon op het weer en zorg je dat je tijd maakt?"
Ze plaatst wel een kanttekening bij het onderzoek. Dit werd uitgevoerd in februari en besloeg de drie maanden die daaraan vooraf gingen. "Als we de enquête in de zomer herhalen, zijn de uitkomsten anders." Alhoewel: vergelijkbare onderzoeken in buurlanden kwamen ook met deze hoge binnenzitcijfers. De resultaten lijken dus niet uitsluitend seizoensgebonden.
Of Nederlanders nu minder buiten komen dan vroeger is niet hard te maken, simpelweg omdat het buitengedrag van Nederlanders niet eerder is onderzocht. Maar Kloek noemt het wel aannemelijk: voor zowel werk als ontspanning besteden we steeds meer tijd achter de computer.
Gezondheid
Vooral jonge mensen, tussen de 18 en 24 jaar, zitten vaak hele dagen binnen. Kloek: "Het is nog gissen naar een concrete verklaring, maar waarschijnlijk liggen hun prioriteiten anders. Ze hechten meer waarde aan bijvoorbeeld sociale contacten dan aan buiten zijn."
Toch is het belangrijk dat we naar buiten blijven gaan, voor zowel onze fysieke als geestelijke gezondheid. Zonlicht, frisse lucht en beweging: een mens functioneert niet naar behoren zónder, bevestigen steeds meer onderzoeken. We weten dit wel, maar handelen we er niet naar. Kloek: "Misschien moeten we nóg meer nadruk leggen op hoe gezond het is om buiten te zijn."
Wat je vervolgens buiten doet maakt niet zo gek veel uit. "Het helpt al om met de fiets naar je werk te gaan, of in de pauze een ommetje te maken. Zelf woon ik aan het bos, vlakbij een kikkerpoel. Mijn dochter en ik gaan een paar keer per week kijken hoe het met de kikkers gaat. Dat hoeft echt niet lang te duren, maar geeft meteen veel energie."