Waarom Unilever toch niet gaat verhuizen
Plots komt het hoofdkantoor van Unilever toch niet naar Nederland. De multinational houdt twee hoofdkantoren, blijft Nederlands én Brits. Acht vragen en antwoorden over het debacle.
Wat? Unilever zou toch Nederlands worden met een hoofdkantoor in Rotterdam?
Klopt. Dat wilde de directie. Maar een aantal Britse aandeelhouders zag dat niet zitten. Aandeelhouders van het Nederlandse Unilever zouden op 25 oktober stemmen over het plan, de Britse aandeelhouders een dag later. De Unilever-top had minstens 75 procent van de Britse stemmen nodig om zijn plan door te voeren. Het zag er echter naar uit dat dat niet ging lukken. Dus trok de Unilever-leiding het voorstel in.
Is dat erg?
Voor de werkgelegenheid in Rotterdam en omstreken maakt het weinig uit. Voor het prestige van Rotterdam heel misschien iets. Voor Unilever-topman Paul Polman en president-commissaris Marijn Dekkers is het pijnlijk. Een gewichtig plan indienen en dan teruggefloten worden door je aandeelhouders? Au.
Waarom wilde Unilever ook alweer Nederlands worden?
Unilever ontstond in 1930 toen de Nederlandse Margarine Unie fuseerde met het Britse Lever Brothers. Sindsdien bestaat Unilever uit een Nederlands en een Brits deel – elk met eigen aandelen en eigen aandeelhoudersvergaderingen. Begin vorig jaar meldde Unilever dat het wilde nagaan of het zijn organisatie kon vereenvoudigen. Na een jaar studie kwam de conclusie: Unilever moest één Nederlands bedrijf worden met een hoofdkantoor in Rotterdam. Dat zou de slagkracht ten goede komen.
Meteen rees de vraag naar het waarom van die keuze. Had de afschaffing van de dividendbelasting in Nederland de doorslag gegeven? De naderende brexit? De Unilever-top ontkende in alle toonaarden: de keuze was op Nederland gevallen omdat het Nederlandse deel van Unilever wat meer waarde heeft dan het Britse en omdat er in het Nederlandse aandeel meer wordt gehandeld dan in het Britse. Geloofwaardig klonk die verklaring niet. Had Unilever echt een jaar studie nodig gehad om dat uit te vissen?
Beleggers vinden een eenvoudigere organisatie met meer slagkracht toch meestal mooi?
Ja. Die kern van het plan staat dan ook niet ter discussie.
Waarom dan dat gemopper van de Britse aandeelhouders?
Unilever hoort bij de honderd Britse bedrijven met de hoogste beurswaarde. Er zijn (een onbekend aantal) beleggingsfondsen die alleen in die honderd bedrijven mogen beleggen. Als Unilever Nederlands zou worden, moeten zij hun aandelen Unilever verkopen. Dat vonden zij niet leuk. Als er dan veel aandelen Unilever op de markt zouden komen, zou dat ook de prijs van het aandeel kunnen drukken.
Dan speelde er nog iets. Het kabinet-Rutte studeert op maatregelen om ongewenste overnames van Nederlandse bedrijven te bemoeilijken. Britse beleggers zijn allergisch voor dat soort maatregelen. Sommige van hen dachten dat Unilever voor Nederland had gekozen om beter beschermd te zijn tegen buitenlandse belagers. Unilever ontkende dat. Maar dat nam de vrees van de Britse beleggers niet weg.
Had Unilever zijn plan beter moeten verkopen?
De Unilever-top lag eerder onder vuur. In februari 2017 wees Polman een vijandig overnamebod van Kraft Heinz af. Toen al klonk van aandeelhouders en analisten kritiek: Unilever zou te weinig winst maken en zijn aandeelhouders te karig bedelen. Polman kwam zijn aandeelhouders daarop met een serie maatregelen tegemoet.
In mei verzette een deel van de Britse aandeelhouders zich tegen de hoogte van de beloning van de Unilever-top. Een opvallende actie,want Britse beleggers hebben meestal geen moeite met (toren)hoge beloning van bestuurders. Het verzet tegen de verhuisplannen begon deze zomer, toen de eerste grote belegger begon te sputteren. Daarna volgden er meer. Unilever heeft hen blijkbaar niet kunnen overtuigen.
En nu?
Unilever blijft vereenvoudiging van de organisatie een goed idee vinden en beraadt zich nu op de situatie. Mogelijk kiest het voor een andere oplossing. In min of meer vergelijkbare situaties koos Relx (voorheen: Reed Elsevier) dit jaar voor de Britse nationaliteit. Shell koos veertien jaar geleden voor de Britse nationaliteit en een Nederlands hoofdkantoor. Overigens kwam Polman gisteren met een opvallende verklaring voor de weerspannigheid van zijn Britse aandeelhouders: die zou deels zijn veroorzaakt door alle commotie over de afschaffing van de dividendbelasting in Nederland.
Is dat zo?
Toen Unilever voor Rotterdam koos, had dat volgens Unilever niets te maken met de afschaffing van de dividendbelasting. Een paar maanden geleden onthulde Unilever dat het een manier had gevonden om zijn Britse aandeelhouders te vrijwaren van het betalen van dividendbelasting – als die in Nederland toch niet zou worden afgeschaft. Voor de weerspannige Britse beleggers lijkt de dividendbelasting er weinig of niets toe te doen. Erg geloofwaardig klinkt Polmans verklaring niet.
En o ja: de twee geplande aandeelhoudersvergaderingen over de kwestie zijn afgelast.
Lees ook:
De 'heroverweging' van de dividendbelasting is een pijnlijke nederlaag voor Rutte
Wat de voltallige oppositie, coalitiepartners van de VVD, economen, hoogleraren, het Amerikaanse bedrijfsleven én de publieke opinie niet voor elkaar kregen, lukte Unilever in een halve dag. De afschaffing van de dividendbelasting lijkt van de baan, en dat is pijnlijk voor premier Rutte.