Waarom Japan op walvissen bleef jagen
Zeg je Japan, dan zeg je walvisvangst. Allemaal voor wetenschappelijke doeleinden, hielden de Japanners ons jarenlang voor. Maar heel duidelijk was dat wetenschappelijke doel niet, oordeelde het Internationaal Gerechtshof vandaag. Er volgde een verbod. Maar de vraag blijft: als die jacht op walvissen niet voor de wetenschap was, voor wat dan wel?
Japanners vinden walvisvlees gewoon ontzettend lekker, zou je denken. Maar zo simpel is het antwoord niet. Japan mag dan een eeuwenlange cultuur kennen van het nuttigen van dit proteïnerijke zeezoogdierenvlees, de laatste jaren verliest het aan populariteit. "Het is een luxeproduct geworden", legt NOS-correspondent Kjeld Duits uit bij Radio 1.
Walvisvlees is vooral nog bij bejaarden populair, legde Trouw-correspondent Wouter van Cleef vorig jaar uit. "De smaak doet hen terugdenken aan de arme naoorlogse jaren, toen walvis een hoofdbron van eiwit was."
Veel Japanners groeiden met het product op. Ze kregen het voorgeschoteld op school, maar op hun huidige menu ontbreekt het vaak, weet Duits. De vraag naar walvisvlees neemt al jaren af. De vangst moet zelfs gesubsidieerd worden door de overheid, schreef New Scientist vier jaar geleden al.
Dat de Japanners toch stug doorzetten met de vangst heeft alles te maken hun culturele identiteit, schrijft Anthony Fensom in The Diplomat. Het is een traditie van 9000 jaar die ze graag voortzetten. Japanners zetten zich daarom af tegen de volgens hen bijna racistische toon van Westerse tegenstanders als de Australische regering - die Japan voor het gerecht sleepte- en dierenrechtenorganisatie Sea Shepherd.
David McNeill, correspondent in Japan, stipt een ander punt aan. Het land is op het gebied van internationaal beleid het braafste jongetje in de klas. Het zit zelfs onder de plak, meent McNeill. De walvisvangst is niets anders dan het opsteken van een middelvinger naar de wereld, zegt de journalist. "Japan krijgt nooit de kans om stoom af te blazen. Maar met het vangen van walvissen kan dat wel. In sommige opzichten werkt druk van buitenaf juist motiverend."
Misschien draait het wel helemaal niet om de walvissen, speculeert Bryan Walsh in Time Magazine. Japanners willen hun recht op zeezoogdieren behouden, om een andere gevoelige kwestie te maskeren. Eén waar ze echt om geven: de jacht op blauwvintonijnen. Deze vissoort wordt bedreigt door overbevissing, maar is in Japan een populaire sushivulling. Zeker tachtig procent van de Japanners nuttigt weleens een blauwvintonijn. "Zolang alle aandacht op de walvissen is gericht, zijn de blauwvintonijnen geen onderwerp van gesprek", schrijft Walsh.
Ondanks alle kritiek blijven Japanners eigenzinnig. "Als andere mensen geen walvisvlees willen eten, is dat prima. Maar ik vind dat ze ons moeten toestaan om te doen waar we zelf zin in hebben", mopperde een Japanse chefkok tegen Walsh. Die eigenzinnigheid zullen de Japanners voorlopig moeten laten varen, want het verbod van het Internationaal Gerechtshof gaat per direct in.