Waarom heet pindakaas niet pindaboter?
Helaas pindakaas voor de kaasfanaat: in pindakaas zit geen grammetje goudgele Hollandse trots. Waarom heet het populaire broodbeleg dan pindakaas? In Amerika heet het gewoon peanut butter, in Duitsland is het te koop als Erdnussbutter en in Frankrijk heet het beurre de cacahuète. Allemaal boter dus, geen kaas.
Waarom is het in het Nederlands geen pindaboter? Dat heeft, volgens fabrikant Unilever, alles te maken met de Boterwet uit 1889, die voorschreef waaraan Nederlandse boter moest voldoen.
Die Boterwet was nodig, want voor die tijd werd er flink gesjoemeld met het zuivelproduct. Tegenwoordig zouden we het voedselmanipulatie noemen: boter die stiekem niet van melk maar van rundvet werd gemaakt, vermengd met niet al te koosjere ingrediënten.
Zuivelproducenten klaagden over de nepboter, die volgens hen slecht voor de volksgezondheid was. Er ontspon zich een discussie over wat echte boter was, en de rundvetboter werd verketterd. Volgens de Boterwet kon alleen roomboter doorgaan voor boter en de net-niet-boter moest het doen met het woordje margarine.
Toen in 1948 het eerste potje pindakaas werd verkocht in Nederland, mocht het geen pindaboter heten omdat er geen boter in zat. Kaas was een goed alternatief, want het woord leverkaas was ook in gebruik.
Pindakaas zou in Suriname zijn bedacht. Daar werd het gegeten als een blokvormige massa gestampte pinda's, waar plakken vanaf werden gesneden, net als bij kaas.
Vooralsnog claimt John Harvey Kellogg de uitvinding van het smeersel. De Amerikaan die ook cornflakes uitvond, maakte luttele jaren na de botermanipulatie een duurzaam statement met zijn peanut butter. Het overschot aan pinda's waar de VS in die tijd mee in de maag zaten, verdween in talloze potjes pindakaas.
undefined