Waarom bleven gereformeerden zo lang pro-apartheid?

null Beeld reuters
Beeld reuters

Een deel van de Nederlandse gereformeerde kerken bleef de apartheid decennialang verdedigen. Waarom?

Robin de Wever

Het is een ongemakkelijke waarheid uit de geschiedenis van de gereformeerde kerken: hun theologie vormde een belangrijke bouwsteen van de apartheidsideologie. Veel Afrikaners geloofden dat ze een Eed des Verbonds hadden afgesloten, waardoor God hen naar heerschappij zou leiden.

Het gedachtegoed van de Nederlandse theoloog Abraham Kuyper speelde daarin een belangrijke rol. Zijn idee dat God bepaalde maatschappelijke terreinen had aangewezen waar de overheid niets te vertellen had (de zogeheten soevereiniteit in eigen kring), bleef goed hangen bij de vele Zuid-Afrikaanse theologen die in Nederland studeerden. De staat moest zich verre houden van de familie, het onderwijs en de werkvloer.

Ook rassenscheiding leek bijbels te rechtvaardigen. God had er in het verhaal van de toren van Babel immers voor gekozen om alle volken te scheiden. Die scheiding, zo meenden de Afrikaners, moest in stand worden gehouden. De Nederduits Gereformeerde Kerk (NGK) voerde rassenscheiding in en richtte aparte kerken op voor zwarten en 'kleurlingen'. De dochterkerken stonden onder voogdij van de blanken, die door God naar Afrika waren gestuurd om de niet-blanken 'op te voeden'.

Gereformeerden voelden verbondenheid met Afrikaners
Nederlandse protestanten gaven niet altijd tegengas. De Nederlands-Hervormde Kerk (in 2004 opgegaan in de Protestantse Kerk in Nederland) kwam al vrij snel met kritiek, maar de meer orthodoxe genootschappen voelden lange tijd een sterke verbondenheid met de Afrikaners. Vijf jaar geleden constateerde theologe Erica Meijers in een proefschrift dat de reformatorische vleugel van de hervormden - de Gereformeerde Bond - 'bijna tot het einde' de apartheid had verdedigd.

'De gedachte van de scheppingsordeningen leefde hier, net als in de Gereformeerde Kerken, nog sterk', vertelde Meijers destijds aan het Reformatorisch Dagblad.

1968: De broer (m) van toenmalig premier John Vorster ontmoet in Lunteren vertegenwoordigers van de Gereformeerde Kerken en de Gereformeerd Oeucumenische Synode. Beeld anp
1968: De broer (m) van toenmalig premier John Vorster ontmoet in Lunteren vertegenwoordigers van de Gereformeerde Kerken en de Gereformeerd Oeucumenische Synode.Beeld anp

'Ook voelden velen in de Gereformeerde Bond zich aangetrokken door de eenheid van volk, geloof, staat en kerk, die in Nederland tot het verleden behoorde, maar in Zuid-Afrika nog bestond. Later hebben ze toegegeven dat ze fout zaten.'

Hetzelfde gold voor de Christelijke Gereformeerde Kerken en de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt (een iets minder orthodox genootschap). Tegelijk waren er veel gereformeerden die niets moesten hebben van de apartheidsideologie. Vooral lichtere stromingen, zoals de 'synodaal gereformeerden' waren sceptisch.

PKN-scriba (secretaris) Arjan Plaisier zei in 2008 in het Historisch Nieuwsblad dat het apartheidsverleden 'niet iets is om trots op te zijn'. De kerk draagt daarvoor een 'morele verantwoordelijkheid'. Zo geeft de PKN regelmatig geldsteun aan de zwarte kerken die zich in de jaren '90 hebben afgescheiden van de Zuid-Afrikaanse moederkerk. De blanke kerk beleed in 1997 schuld.

Onderscheid tussen goed en kwaad was niet zo duidelijk
In de Nederlandse gereformeerde kerken bleef het na de afschaffing van de apartheid stil. De Gereformeerde Bond had in de jaren '70 al 'racisme' veroordeeld, maar verbond daar verder geen consequenties aan. Waarom waren ze eigenlijk niet al veel eerder op hun schreden teruggekeerd?

Jan van der Graaf, die jarenlang algemeen secretaris was bij de Gereformeerde Bond, stelde maandagmiddag op Radio 1 dat het onderscheid tussen goed en kwaad lang niet zo duidelijk was als we nu denken. Achteraf weten we dat Mandela te vertrouwen was, vertelde hij in EO-programma Dit is de Dag. Maar destijds was dat niet zo duidelijk.

Racisme was volgens Van der Graaf niet het enige kwaad. Ook de dreiging van marxisme hing in de lucht. 'Wij waren er niet van overtuigd dat degenen die het regime omver wilden werpen, recht zouden doen. Mandela had zo lang geleden onder het apartheidsregime. Toch streefde hij naar verzoening. Uiteindelijk opende hij ons de ogen.'

Van der Graaf stond niet alleen in zijn scepsis. Ook buiten gereformeerde kringen werd Mandela lange tijd met argusogen bekeken. Als Van der Graaf nu terugdenkt aan de apartheid, krijgt hij 'het toch een beetje warm'. 'Maar met de slavernij ging het ook zo. Later belijd je schuld.'

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden