Waar blijft het standbeeld voor Nora Barnacle?

Dublin viert vandaag de negentigste verjaardag van Bloomsday, donderdag 16 juni 1904. Het is de dag waarop 'Ulysses' speelt, de monumentale roman van James Joyce. De minister van Financiën (!) opent vandaag in de Ierse hoofdstad een cultureel centrum dat geheel aan Joyce is gewijd. Prachtig, prachtig! Maar waar blijft het standbeeld voor Nora Barnacle, de muze van Joyce?

HANNEKE WIJGH

Op de avond van dinsdag 14 juni 1904 wachtte de 22-jarige James Joyce op Merrion Square tevergeefs op Nora Barnacle, een roodharige schoonheid uit Galway, die hij vier dagen eerder had ontmoet. Ze kwam niet. Mogelijk kreeg ze geen vrijaf in het hotel waar ze werkte.

Twee dagen later, op donderdag 16 juni 1904, stond Joyce andermaal op Merrion Square, een veel gebruikte afspraakplek voor jonge geliefden in Dublin. Dit keer kwam Nora Barnacle wèl opdagen. Ze wandelden naar Ringsend, een verlaten gebied in de buurt van de havens. Tot Joyce's niet geringe verbazing knoopte Nora zijn broek los en maakte een man van hem, zoals Joyce later met enige trots vertelde.

De datum van 16 juni 1904 is zo belangrijk omdat 'Ulysses', de roman die Joyce vele jaren later schreef, zich geheel op die dag afspeelt. Of hij Nora daarmee heeft willen eren, heeft Joyce nooit bevestigt. Dergelijke vragen waren hem te intiem. Maar voor Richard Ellmann, de biograaf van Joyce, staat het vast dat Joyce welbewust de dag van hun eerste, echte afspraak heeft gekozen als 'het meest welsprekende eerbetoon aan Nora'.

Wie was Nora Barnacle? Was zij inderdaad het ongeletterde kamermeisje, iemand die geen boeken las en zeker niet de boeken van Joyce? Heel bekend immers is haar uitspraak: “Ik weet niet of mijn echtgenoot een genie is of niet, maar hij heeft zeker smerige gedachten.” Het is aan Brenda Maddox, haar biografe, te danken dat er inmiddels een heel ander beeld is ontstaan van het roodharige kamermeisje uit Galway. Zij was de muze van Joyce. Zonder haar steun en onvoorwaardelijke trouw had hij nooit 'Ulysses' kunnen schrijven, al ontkende Nora Barnacle dat zij model zou hebben gestaan voor Molly Bloom, de overspelige echtgenoot van Leopold Bloom, een van de hoofdfiguren uit de roman. “Molly Bloom was veel dikker.”

Nora Barnacle was twintig toen ze met Joyce op 8 oktober 1904 op de nachtboot stapte naar Londen. Zij had tegen niemand verteld dat ze uit Ierland vertrok, ook niet aan haar familie. Die zou nooit hebben goedgekeurd dat ze ongehuwd met een man ging samenleven. Nora wist dat Joyce nooit officieel met haar zou trouwen, omdat hij tegen het huwelijk was. (Later, in 1931, zijn ze wel getrouwd, om de nalatenschap veilig te stellen.) Maar hij had haar nodig. Met haar Ierse temperament, haar onafhankelijke geest en haar praktische aard was zij de sterkste van de twee, zoals Joyce met enige trots aan zijn vrienden vertelde: “De persoonlijkheid van mijn vrouw is absoluut bestand tegen welke invloed van mij dan ook.”

De eerste jaren woonde het paar in Triëst, waar Joyce een baan had gevonden als leraar op een taleninstituut. In Italië werden ook hun twee kinderen geboren, Giorgio in 1905 en Lucia in 1907. Financieel was het een moeilijke tijd, ze leenden links en rechts van vrienden of deden een beroep op de wederzijdse familie, maar het was nooit genoeg. Pas toen de gefortuneerde feministe Henriët Shaw Weaver zich over het gezin ontfermde waren de grootste zorgen voorbij. Zij stelde Joyce in staat om te schrijven, eerst aan 'Ulysses', later aan 'Finnegans Wake'.

Echt gemakkelijk was Nora's leven niet, ondanks de schijnbare luxe waaraan het gezin vooral in de Parijse jaren gewend was geraakt. In 1922 verscheen 'Ulysses', weliswaar in een kleine oplage, maar het werd algemeen als een meesterwerk erkend.

Zevendendertig jaar hebben Nora Barnacle en James Joyce met elkaar opgetrokken. Wat hen bond was eenzelfde gevoel voor humor. Een vriend vertelde later dat Joyce in gezelschap een gesprek met Nora kon beginnen, waarna iedereen werd buiten gesloten. “Zij hadden een soort plagerij onder elkaar op een heel intiem niveau.”

Maar ook op zijn literaire werk was Nora's invloed groot. Hoewel ze altijd ontkende dat zij model had gestaan voor Molly Bloom, wijzen heel wat kenmerken op het tegendeel. Vooral op stilistisch gebied is er een grote verwantschap tussen de manier van uitdrukken van Nora en die van Molly Bloom. Wie Nora's brieven leest, vooral die uit het begin van hun relatie, herkent direct de stijl waarin de lange monoloog van Molly Bloom is geschreven: zonder een enkele hoofdletter of leesteken. Als één lange gedachtenstroom.

Als een echte Ierse hield Nora van praten. Zij had een warme, melodieuze stem en sprak met een onmiskenbaar Galway's accent. Bovendien was ze gewend om de dingen bij de naam te noemen, ook op seksueel gebied. Haar openhartigheid en haar gebrek aan gêne moeten Joyce ontzettend hebben getrokken, omdat hij zelf ook erg geêteresseerd was in de werking van de in- en uitgangen van de mens. Blijkens de in 1966 gepubliceerde brieven van James Joyce hield hij er een sterk erotisch gerichte fantasie er op na, met veel sado-masochistische getinte voorstellingen.

Joyce overleed op 13 januari 1941 in Zürich. Nora is tot haar dood, op 10 april 1951, in die plaats blijven wonen, om 'Jim' niet in de steek te laten. Hoewel ze later veel last had van gewrichtsontsteking, ging ze nog regelmatig naar zijn graf op Flüntern. Haar gevoel voor humor bleef tot aan het einde aanwezig. Tegen een journalist liet ze zich ontvallen dat Joyce het prettig vond om hier begraven te liggen. “Het is dichtbij de dierentuin. Hij kan de leeuwen horen brullen.”

Hoewel niemand anno 1994 de invloed van Nora op Joyce ontkent, is nog nergens een standbeeld voor haar opgericht. In Dublin, noch in Galway. Wel hebben Sheila en Mary Gallagher in 1987 het geboortehuis van Nora in Galway opgekocht. Zonder steun van de overheid hebben zij van het pand een museum gemaakt, waar vooral privéfoto's van Nora en James te zien zijn. Geld voor publiciteit hebben de twee zussen echter niet. Wellicht maakt de Ierse minister van Financiën vandaag ook een gul gebaar richting Galway?

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden