Voorwaardelijke straf in ontgroeningszaak
Het Openbaar Ministerie acht bewezen dat B. een student zwaar lichamelijk letsel toebracht, maar niet dat hij dat opzettelijk deed.
Het Openbaar Ministerie heeft een celstraf van 91 dagen, waarvan 90 voorwaardelijk, geëist in de zogenoemde Vindicat-zaak. Ook wil het OM dat Wouter B. een taakstraf verricht van 180 uur. De 24-jarige Wouter B. stond vandaag terecht voor zware mishandeling. In augustus 2016 zou hij tijdens een ontgroening op het hoofd zijn gaan staan van een aspirant-lid van de Groningse studentenvereniging Vindicat Atque Polit. Het toen negentienjarige slachtoffer heeft naar eigen zeggen nog steeds last van hoofdpijn en concentratieproblemen.
Het beeld dat zich tijdens de zitting ontvouwt is dat vernedering aan de orde van de dag is bij Vindicat. Aspirantleden kruipen door de modder met het hoofd onder water als hen dat wordt opgedragen. Hoort er allemaal bij, zegt Wouter B. tegen de rechter. En wie bij de Cock belandt, de Commissie Overdracht Corps Kennis, die weet dat-ie zich zorgen moet maken – de Cock is een soort morescommissie die iedereen aanpakt die zich ongepast heeft gedragen.
Mot
Een paar dagen voor de introductie had het slachtoffer mot gekregen met Wouter B. toen de twee aan elkaar werden voorgesteld. Wouter gaf hem twee tikjes op de wangen, vriendschappelijk, zegt hij zelf. Hij kende immers de oudere broer van de aankomende eerstejaars. De jongen tikte hem terug. Veel te vrijpostig, vond Wouter, voor zo’n jochie dat net van school komt. “Zo gedraag je je niet tegenover een ouderejaars.”
Tijdens de introductie, bij de Cock, werd de jongen vervolgens opgedragen op zijn buik op de grond te gaan liggen. Volgens getuigen was Wouter B. agressief en ‘fucked up’. Goed toneelspel, zegt die hierover, daarom was hij ook zo geschikt voor dit ‘erebaantje’.
Andere commissieleden schreeuwden tegen het slachtoffer: Waarom heb je Wouter geslagen? De jongen riep terug dat het dom was, dat het niet had gemoeten, en zei sorry.
Hersenoedeem
En toen, verklaart het slachtoffer, werd Wouter ‘angstaanjagend rustig’, plantte zijn voet op de slaap van de jongen en zette druk. In eerste instantie leek het mee te vallen, maar de volgende dag huilde het slachtoffer van de hoofdpijn, kon hij geen licht verdragen en voelde hij vocht uit zijn oor lopen. Uiteindelijk bleek hij hersenoedeem en een lichte schedelbasisfractuur te hebben.
De jongen deed zelf in eerste instantie geen aangifte; de zaak werd in behandeling genomen na een anonieme melding van geweld achter de deuren van Vindicat. Dat tekent volgens het OM het gesloten en intimiderende karakter van de vereniging. Later stapte het slachtoffer overigens wél naar de politie; ook de vereniging deed aangifte.
Ontkenning
Wouter ontkent een persoonlijk akkefietje. Volgens hem wordt iederéén zo hard aangepakt, is de ontgroening er juist om iedereen gelijk te trekken. Hij zegt zich niet te kunnen voorstellen dat zijn actie zulk heftig letsel heeft veroorzaakt. Het OM acht bewezen dat B. zijn slachtoffer zwaar lichamelijk letsel toebracht, maar niet dat hij dat opzettelijk deed. Wel had hij volgens het OM de gevolgen moeten inschatten. Zijn advocaat Tjalling van der Goot pleitte voor vrijspraak.
Deze week werd bekend dat Wouter B. eerder dit jaar betrokken was bij een geweldsincident in een zwembad in Groningen. Deze zaak werd evenwel gisteren niet behandeld. De rechter doet over twee weken uitspraak.