Reportage
Vluchtelingen wanhopig door het nietsdoen
Het leven in kamp Moria op Lesbos is zwaar. De omstandigheden zijn slecht, de vooruitzichten onzeker.
Het hek aan de zijkant van vluchtelingenkamp Moria gaat even open. Acht mannen van hulporganisatie International Rescue Committee sjouwen matrassen naar binnen. Ze leggen ze in de gloednieuwe containers die in een hoek van het kamp op het Griekse eiland Lesbos zijn neergezet. Gefinancierd door de Europese Unie, staat erop, onder de bekende blauwe vlag met gele sterren.
"Het is schokkend dat er eerst drie doden voor nodig waren om dat voor elkaar te krijgen", zegt Louise Roland-Gosselin van Artsen zonder Grenzen (AzG), een paar kilometer verderop bij de geïmproviseerde kliniek van de organisatie.
In de laatste week van januari kwamen een Pakistaan, een Syriër en een Egyptenaar om het leven. De autopsie is nog niet afgerond, maar het lijkt erop dat giftige rook de oorzaak is. Ze hadden net als vele anderen in Moria een vuurtje gemaakt in hun tentje om warm te blijven bij temperaturen rond het vriespunt. "Die doden komen op het conto van de EU en Griekenland. Zij zijn verantwoordelijk", zegt Roland-Gosselin fel.
In Moria verblijven naar schatting zo'n 3500 vluchtelingen, in afwachting van de uitspraak in hun asielprocedure. In een ander kamp en in appartementen van hotels zitten er nog eens duizend. Sommigen al meer dan tien maanden. Op de eilanden Chios, Samos, Kos en Leros is de situatie vergelijkbaar.
Kleumende vluchtelingen
Sinds de EU in maart vorig jaar met Turkije afsprak dat vluchtelingen in principe terug moeten naar dat land, mogen ze niet meer doorreizen naar het vasteland, tenzij er een kans is dat ze toch asiel in de EU kunnen krijgen. Dat geldt vooral voor kwetsbare groepen als zwangere vrouwen en alleenreizende minderjarigen.
Doordat er nog vrijwel dagelijks enkele tientallen vluchtelingen per boot aankomen, zit de opvang overvol. Probleem is dat de lokale bevolking en toeristenbranche inmiddels vinden dat ze wel genoeg gedaan hebben. Opvang in nieuwe kampen of hotels stuit op verzet.
Het gevolg is dat vluchtelingen weer in tentjes terechtkomen. Pas toen daar in januari een dikke laag sneeuw op viel en beelden van kleumende vluchtelingen naar buiten kwamen, werd begonnen met de uitbreiding van Moria en Kara Tepe, een kleiner kamp op Lesbos. Voor drie migranten kwam dat dus te laat.
Hulporganisaties zien intussen de gevolgen van het feit dat vluchtelingen soms al bijna een jaar in slechte omstandigheden verblijven, zonder enig idee wat hun te wachten staat. "Sommigen hebben al een oorlogstrauma als ze hier komen, of zijn gemarteld. Daar komen dan nog eens het gemis van familie, veiligheid, en het verlies van hoop bij", legt Roland-Gosselin uit.
Vrijwel dagelijks zijn er geval- len van zelfverwonding of poging tot zelfmoord. De grote sociale controle en het gebrek aan privacy in Moria zorgen voor enige remming.
Tekst loopt door onder afbeelding.
Chronische ziekten
Een ander probleem vormen seksueel geweld en chronische ziekten als diabetes of epilepsie. "Die kunnen wij niet behandelen. Daarvoor werken we samen met het plaatselijke ziekenhuisje, maar dat is daar helemaal niet op ingericht, zeker niet na de bezuinigingen door de economische crisis in Griekenland. Vanmorgen ging ik er met iemand heen die een oogarts nodig heeft. Hij mag in april terugkomen, om een afspraak te maken voor juni."
Bij de mobiele snackbars bij het toegangshek tot Moria bevestigen vluchtelingen dat het langdurige nietsdoen hen wanhopig maakt. Maar degenen die daar het meest last van hebben, zie je hier niet; die blijven immers binnen. Journalisten krijgen geen toegang tot Moria. Wel tot Kara Tepe, maar daar is het verboden met vluchtelingen te praten.
"Ik heb gegeten", zegt de 27-jarige Farid langzaam in het Grieks. "Nee, je gáát eten", zegt de Griekse serveerster, terwijl ze hem een broodje falafel voorschotelt. Farid: "Ah... Grieks is zo moeilijk!" Zeven maanden zit hij al in Moria. Hij was verpleger in een kliniek van het Syrische regeringsleger in Damascus. Na een poging tot kidnapping besloot hij te vluchten. Hij wil niet met zijn echte naam in de krant om zijn familie in Syrië te beschermen.
Farid neemt een hap en kijkt naar een papier voor zich met de vervoeging van enkele Griekse werkwoorden. "Ik leer hier Grieks en Engels", zegt hij. Hij gaat naar twee scholen en gebruikt een app op zijn telefoon.
Of hij de talen ooit nodig zal hebben, is onduidelijk. Zijn asielaanvraag is afgewezen, maar hij is in hoger beroep gegaan. "Het is altijd goed om andere talen te leren. Voor mij zijn ze ook een manier om bezig te blijven en niet te hoeven nadenken over mijn situatie hier."
De echte naam van Farid is bekend bij de redactie.