Vetzak over de vloer
Lionel Shriver heeft lastige onderwerpen nooit geschuwd. In haar nieuwe roman 'Big Brother' terroriseert een vetzuchtige man zijn familie
Het zal je maar gebeuren. Je gaat je broer, die je vier jaar niet hebt gezien, van het vliegveld afhalen. Maar in plaats van de aantrekkelijke, slanke man die je verwacht, schuifelt een dikke vetzak van meer dan 190 kilo door de aankomsthal op je af en drukt je aan zijn buitenproportionele borst. Hoe reageer je dan?
Als dit Pandora Halfdanarson, een succesvolle zakenvrouw uit Iowa, overkomt, doet ze alsof er niets aan de hand is. En wanneer ze thuiskomt met haar kolossale broer Edison probeert haar broodmagere man Fletcher hetzelfde te doen, net als haar twee puberende stiefkinderen. Maar lang houdt niemand dat vol. Wanneer Edison, die vanwege zijn vetzucht zijn baan als jazzpianist en al zijn verdere bezit heeft verloren, niet alleen alles heeft opgegeten wat hij aan eetbaars vinden kon (tot en met potten geleersuiker en flessen Indiase limoenen in het zuur aan toe), maar ook nog eens door Fletchers eigengemaakte lievelingsstoel zakt, kan Fletcher zich niet meer inhouden en scheldt Edison de huid vol. Vanaf dat moment gaat er van alles mis in huize Halfdanarson. En omdat dit alles zich afspeelt in de nieuwste roman van Lionel Shriver, die eerder de even aangrijpende als gruwelijke roman 'We moeten het even over Kevin hebben' schreef, gaat het niet maar zo'n beetje mis.
Hoewel Shrivers eigen broer aan obesitas is overleden, neemt ze in 'Big brother' bepaald geen blad voor de mond. Verwacht bij haar geen vergoelijkende uitspraken als 'Vetzucht is een ziekte' of eufemismen als 'een iets te zware bourgondiër'. Edison is een egocentrische, manipulatieve voedseljunk, die zich als een monsterachtige parasiet in het huis van zijn zus en zwager nestelt. Het dieptepunt van de logeerpartij wordt bereikt als Edison vanwege zijn overmatige schranspartijen de wc-pot laat overlopen.
Pandora, een geboren vredesstichter, neemt het op zich de onwelriekende sporen van haar broers ontregelde stofwisseling te verwijderen, wat Shriver op grafische wijze weergeeft, al lopen de zinnen niet altijd even vloeiend: "De hele vloer was bezaaid met drollen, die dreven op een laagje afvoerwater. Dus ging ik het toilet te lijf - wat een heel karwei was: het was verstopt geraakt met flink wat stront en papier. Nadat ik rubber handschoenen had aangeschoten, viste ik ronddrijvende drollen op en gooide ze in de pot, terwijl ik met tussenpozen doortrok. Het is verbazingwekkend hoe, als je onverstoorbaar optreedt, je je ook onverstoorbaar voelt; je zou denken dat ik, zoals ik normaal gesproken sokken bij elkaar raapte, dagelijks in de weer was om uitwerpselen te verzamelen."
Even onverstoorbaar neemt Pandora vervolgens het besluit om haar broer van een vroegtijdige dood te redden. Ze verhuist met Edison naar een ongemeubileerd appartement en koopt een mammoetvoorraad aan afslankdrankjes, met het doel haar broer binnen een jaar meer dan honderd kilo te laten afvallen. Ook zijzelf wil een groot aantal kilo's verliezen. Dat levert komische taferelen op - vooral hun toenemende afkeer van vast voedsel is vermakelijk - maar het geworstel stemt vooral melancholisch. Want Fletcher voelt zich begrijpelijkerwijze buitengesloten en wil scheiden, terwijl haar stiefzoon van huis weg loopt omdat hij te weinig aandacht krijgt. En als Edison na een jaar nog slechts 80,5 kilo weegt, staat het volgende probleem voor de deur: zal Edison zich in zijn eentje aan zijn nieuwe, gezonde leefwijze houden?
Het einde van deze knap geconstrueerde roman komt als een complete verrassing: alles blijkt anders te zijn gegaan dan ons vierhonderd bladzijden lang is voorgehouden. Vreemd genoeg maakt dat het verhaal niet minder geloofwaardig, maar juist realistischer. Bovendien verandert het niets aan de boodschap die Shriver met dit boek wil uitdragen.
"Vetzucht", zei ze onlangs in een interview, "is een complex probleem dat meer over onze samenleving zegt dan over een individuele obsessie met voedsel."
En hoewel Shriver in hetzelfde interview benadrukt dat 'Big Brother' geen autobiografische roman is, geeft dit verhaal over een verantwoordelijke zus en haar problematische broer wel degelijk de emoties weer die Shriver en haar broer gehad moeten hebben, zoals faalangst en het verlangen naar liefde, erkenning en aandacht. Dat Shriver die gevoelens in een verontrustende, maar steeds onderhoudende roman heeft weten vast te leggen, bewijst opnieuw haar grote vakmanschap.
Lionel Shriver: Big Brother. (Big Brother) Vertaald door Maarten Polman. Atlas Contact, Amsterdam; 414 blz. euro 21,95
Ze wordt vaak streng genoemd, en soms zelfs een beetje eng. Dat hangt waarschijnlijk meer samen met het soort boeken dat ze schrijft dan met haar persoonlijkheid, want de Amerikaans-Britse schrijfster Lionel Shriver (pseudoniem van Margaret Ann Shriver, 1957) richt zich het liefst op grote maatschappelijke onderwerpen. Dat levert ironisch getinte, 'zwarte' romans op als 'Dat was het dan'(2010) over het Amerikaanse gezondheidszorg, en 'De nieuwe republiek' (2013), waarin terrorisme en persoonsverheerlijking centraal staan. Bovendien schrijft Shriver graag over mensen die je niet bepaald aardig kunt vinden.
Actuele thema's
Het beste voorbeeld daarvan is de roman 'We moeten het even over Kevin hebben' (2010; verfilmd in 2011), waarin een moeder over haar psychopathische zoon vertelt, die niet alleen zijn zus en zijn vader, maar ook een aantal medescholieren heeft vermoord.
Ook in 'Big Brother' is de hoofdpersoon, een man die zijn gezondheid willens en wetens ten gronde richt, allesbehalve aangenaam. Daartegenover staat dat Shriver ik-personages - die ze graag het verhaal laat vertellen - vaak wel sympathiek zijn, en zich uitsloven om het een ander naar de zin te maken. Maar omdat zij daarin meestal te ver gaan, levert ook dat de ambivalente spanningen op die Shrivers werk zo karakteristiek en boeiend maken.
undefined