Váren naar de Oost is opnieuw mogelijk

DEN HAAG, HOOFDDORP - De gloriedagen van de Oranje, de Sibajak, de Johan van Oldenbarnevelt en de inmiddels vergane Willem Ruys zijn voorgoed voorbij, maar de romantiek van het varen naar de oost lijkt te herleven.

DICK RINGLEVER

Na de eerste afvaart uit Amsterdam, begin februari, volgt er vrijwel zeker nòg één en mogelijk wordt het zelfs een lijndienst naar wat toen nog Indië heette. Weliswaar met aanmerkelijk minder afvaarten dan de dienstregeling in de jaren voor en na de oorlog vermeldde, maar toch: wie naar de oriënt wil, kan voor het eerst sinds 1958 ook weer via de historische route over zee naar Tandjong Priok.

Gok

Emmy Nijman van de Stichting Overzeese Contacten (SOC) geeft het toe: het was een gok, een schip charteren en dan maar afwachten of je vijfhonderd bedden vol krijgt. Maar veel sneller dan verwacht bleek de passagierslijst zich te vullen.

“We zijn nu al bezig met een tweede reis in 1996 en we houden er rekening mee die tenminste eenmaal per jaar te kunnen herhalen. We denken dat de tijd daar rijp voor is.”

Mede-organisator Willem Drechsel verbaast zich over die belangstelling minder dan de SOC-directeur. “Vergeet niet dat er in het verleden honderdduizenden naar Indië zijn gevaren; velen van hen zullen die nostalgische reis nog eens over willen doen.”

Dat blijkt ook te kloppen: oud-Indiëgangers - ambtenaren, ex-werknemers van bedrijven die destijds in Indië actief waren, maar ook ex-KNIL-militairen en militairen die tijdens de politionele acties voor hun nummer naar Indië moesten - blijken in de meerderheid.

Al zijn er, naar zeggen van Nijman, ook mensen bij die nooit eerder in Indonesië zijn geweest. “Die zien de 63-dagen durende zeereis meer als een onbekend avontuur. Vergeet ook de mensen met vliegangst niet. Die konden nooit naar Indonesië, omdat ze niet durfden.”

Zowel op de heen- als de terugreis worden zoveel mogelijk havens aangedaan, waar vroeger door de schepen van de Rotterdamse Lloyd de Maatschappij Nederland werd gebunkerd. Namen als Port Saïd, Colombo, Singapore en Medan komen dus ook op het reisschema voor. In Indonesië staan stops van enkele dagen in Noord-Sumatra, Jakarta (met een ontvangst op de Nederlandse ambassade), Semarang, Surabaja en Bali op het programma.

Jubilea

SOC - aanvankelijk opgezet als een club van Hollandse families, die sociaal werk verrichtten in Indonesië, maar uitgegroeid tot een op Indonesië gespecialiseerde reisorganisatie - besloot tot het experiment omdat daar twee historische aanleidingen voor waren.

Volgend jaar is het 400 jaar geleden dat Houtman en De Keijzer met een kleine vloot van de Compagnie van Verre - voorloper van de Verenigde Oostindische Compagnie - na een jaar varen als eerste Nederlanders voet aan wal zetten bij Banten op Java, op zoek naar specerijen.

En in 1995 is het ook vijftig jaar geleden dat president Soekarno de onafhankelijkheid proclameerde, een jubileum dat in Indonesië op grote schaal wordt gevierd. “Vooral dàt vonden we een mooie aanleiding voor een zo grootschalig experiment”, zegt Nijman.

Een van de begeleiders op de reis is Willem Drechsel, voor zijn pensionering onder meer directeur van de universiteit van Amsterdam en onder het pseudoniem Willem Drossaard later bekend geraakt door zijn reisboeken, voornamelijk over het Verre Oosten.

Voor de in voormalig Indië geboren Hollandse leraarszoon wordt het behalve een weerzien, ook een werkobject. De reisbeschrijving moet het laatste hoofdstuk worden van zijn nieuwste boek 'Varen naar de Oost', waarin hij in de historie van de Indië-vaarten duikt.

Vakantie

Een deel van die historie heeft hij overigens zelf nog beleefd. Al in 1925 maakte hij zijn eerste reis van Batavia naar Nederland, op de Baloram. Daarna volgden er, steeds na zes jaar, nog drie.

“Dat was in die tijd het vaste schema. Zes jaar Indië, een half jaar vakantie in Holland. Dat gold voor alle Indië-gangers, of je nu ambtenaar of militair was.”

Hij herinnert zich de reizen als 'onvoorstelbaar luxe', vooral in de eerste klas. “Je had toen nog het drie klassen-systeem. De hoge ambtenaren en militairen en de bedrijfsdirecteuren op het eerste klas-dek, de lagere rangen en de onderofficieren tweede klas, de soldaten en het personeel in het derde klas. En het was streng verboden je op een ander dan je eigen dek te begeven.”

Stoomschepen

Drechsel heeft nog net de glorietijd van de Indië-vaarten meegemaakt. “Al vanaf 1871 werd er met passagiers op Indië gevaren. Dat waren toen nog zeil-stoomschepen, die ook vracht vervoerden. Na 1900 kwamen er grotere stoomschepen van zo'n 10 000 ton in de vaart. De Jan Pieterszoon Coen, de Johan de Witt en de Sibajak waren tussen 1914 en 1930 bekende namen.”

“Mailschepen heetten ze, omdat er ook post meeging. In Batavia stonden ze ook bekend als de Hollandse boot, waar elke week reikhalzend naar werd uitgekeken.”

“Maar de echt roemruchte tijden braken pas aan na 1930. Met grote namen als de 20 000 tonners Johan van Oldenbarvelt, de Marnix van Sint Aldegonde, de Baloram, die door hun snelheid de reisduur van 4,5 naar 3,5 week terugbrachten. En de Oranje natuurlijk. Nog net voor de oorlog kon hij in 1939 in de vaart. De op stapel staande Willem Ruys haalde het net niet en kon pas na de oorlog worden afgebouwd.”

Profijtelijker

Met weemoed heeft menig Indië-ganger ze successievelijk allemaal zien verdwijnen. Tijdens de politionele acties hebben ze nog enkele jaren dienst gedaan als troepentransportschepen. Maar na de onafhankelijkheid van Indonesië in 1949 liep het passagiersvervoer tussen Nederland en Indonesië snel terug. Dat, gevoegd bij de snel toenemende concurrentie van het vliegtuig, betekende in 1958 het einde van de diensten. Cruises bleken voor de rederijen profijtelijker.

Of de voor de reis gecharterde Ocean Majesty, het nieuwe vlaggeship van de Griekse rederij Majestic Cruises, nog een vleugje sfeer van toen zal weten terug te brengen, moet blijken.

De oud-Indiëgangers, die bedragen van negen tot bijna vijftien mille voor een retour neertelden, hopen het. Maar Emmy Nijman waarschuwt. “Een nostalgische toer? Misschien, maar wij zien het meer als een kennismaking met het nieuwe Indonesië. En vooral óók als een overwintering op zee.”

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden