Van Concertgebouw via Philharmonie naar Phil

Het mooie Haarlemsche Concertgebouw stamt uit 1873, en is dus 150 jaar oud. De herensociëteit was de thuisbasis van de Haarlemsche Orkest Vereniging, later het Noordhollands Philharmonisch Orkest. De concertzaal kreeg in 1922 extra aanzien met de komst van een orgel van de beroemde Franse orgelbouwer Aristide Cavaillé-Coll, dat afkomstig was uit het Paleis voor Volksvlijt in Amsterdam.

Het orgel is er nog steeds, al is het aan het begin van deze eeuw gerestaureerd en zoveel mogelijk teruggebracht naar de oorspronkelijk staat. In diezelfde periode werd het Concertgebouw zelf ook grondig gerenoveerd en uitgebreid. Het heette voortaan Philharmonie Haarlem. De Philharmonie werd in 2005 glanzend opgeleverd, maar amper tien jaar later werd het huisorkest, na eerst te zijn gefuseerd, alsnog opgeheven. Daar stond het gebouw, zonder vaste bespeler. Het Nederlands Philharmonisch Orkest uit Amsterdam sprong in het gat en concerteert er nu af en toe.

Ruim vijftien jaar later krijgt het gebouw alweer een nieuwe naam. Sinds afgelopen vrijdag heet het eenvoudigweg Phil. Modern, en het bekt lekker. ‘We gaan vanavond naar Phil’. Phil wil een eigentijds muziekhuis zijn. De vertrouwde klassieke programmering wordt uitgebreid met de genres pop, global, soul en jazz. Naast de zitconcerten, wil men in de grote zaal ook staconcerten organiseren voor 1600 bezoekers. En dat allemaal onder de pijpen van dat befaamde orgel, waarop grootheden als Widor, Vierne en Saint-Saëns nog gespeeld hebben. Nu moet het naar Phils pijpen dansen.