Twitter maakt politici authentiek
Er was een tijd dat Femke Halsema mij vanuit de televisie consequent verwijtend aankeek. Al het sociale onrecht dat op haar schouders rustte: mijn schuld. GroenLinks stemmen? Nee, dan liever op blote voeten door de hel.
Zo dacht ik erover voordat ik Halsema beter leerde kennen. Voordat ik wist dat ze kan relativeren, best grappig en attent kan zijn. GroenLinks stemmen? Ik?
Door de strak geregisseerde optredens in praatprogramma’s en shows zijn politici tegenwoordig acteurs in een realityverhaal, zo hoorde ik laatst. Dat heeft zijn effect op de mate waarin wij tegen onze volksvertegenwoordigers aankijken. Zij leven in een andere wereld, hebben het contact met gewone mensen verloren. Waarom zouden we hen nog vertrouwen?
Omdat we dankzij sociale media weten hoe ijdel, rancuneus en emotioneel zij zijn. Op Twitter en Hyves zien we hun onhebbelijkheden en zwaktes. Juist dát maakt hen authentiek. Dát maakt hen herkenbaar als één van ons, wat de geloofwaardigheid van een politicus ten goede komt.
Zelf schrijf ik nooit een kattebelletje naar Halsema. Enkel door haar tweets te volgen weet ik dat ze baalde van een ontembaar plukje haar tijdens een uitzending van ’Buitenhof’ en dat ze voor het slapengaan in The Vanity Fair een verhaal over Tiger Woods en zijn minnaressen verorbert. Minder triviaal zijn de vragen die zij heeft over de ’Zembla’-documentaire over Geert Wilders. Over de ruzies tussen D66 en SP die een progressief kabinet lastig maken.
De tweets en krabbels op Hyves zijn een nachtmerrie voor de politieke propagandamachines. Door al die ongeleide reacties dreigen zij de regie te verliezen. Dat kan voor sommige politici desastreus uitpakken, zoals vorige week in Engeland bleek toen de Conservatieve Partij kandidaat Philip Lardner schorste wegens homofobe uitlatingen op een blog. Wie te veel donkere kanten heeft, moet een beetje voorzichtig zijn met authenticiteit.
Ook het campagneteam van Barack Obama erkent het belang van spontaniteit. Op fotosite Flickr gunt de Amerikaanse president iedereen een blik achter de deuren van het Witte Huis. We zien hem met de schoenen op tafel telefoneren met de Russische president Medvedev, spelend met een gelukskettinkje als hij het nieuwe zorgstelsel door het congres moet loodsen, de ontlading nadat het zorgplan is aangenomen.
De beelden zijn weliswaar onderdeel van een constante pr-campagne, dat neemt niet weg dat ze, jawel, authentiek zijn. De nervositeit, vreugde en opluchting zijn niet gespeeld, niet geregisseerd.
Juist dat geeft Amerikanen het gevoel dat Obama een van hen is. De abstractie ’president van de VS’ wordt een man in wie de gewone Amerikaan zich kan verplaatsen.
Hetzelfde gebeurt met Femke Halsema, Boris van der Ham, Jan Kees de Jager en vele andere politici. Zij transformeren tot mensen die je beter leert kennen, van wie je een afkeer van kunt krijgen of met wie je juist Hyvesvrienden kunt worden.
Sociale media kunnen ook Geert Wilders helpen, de man die zich wentelt in de zure ragout van oud links. De man die mij aankijkt alsof ik zelf elke maand een importbruidje uit het Rif smokkel.
Als hij nou eens aardig, attent, voorkomend en grappig bleek, zou ik dan PVV stemmen?