Turkse provocatie viel niet te tolereren
Het is de grote vraag hoe de onverkwikkelijke diplomatieke ruzie tussen Turkije en Nederland van Nederlandse zijde voorkomen had kunnen worden. Het antwoord dient helaas te zijn, dat het Nederlandse kabinet daar niets tegen kon doen.
Het is inderdaad, zoals CDA-voorman Sybrand van Haersma Buma gisteren zei, een crisis die er moest komen.
De Nederlandse regering kon aanvankelijk de komst van de Turkse minister van buitenlandse zaken alleen voorkomen met een verwijzing naar het verbod dat de Rotterdamse burgemeester Aboutaleb had opgelegd voor de bijeenkomst die de bewindsman had willen toespreken. Critici wezen erop dat dat standpunt niet deugde, gezien het niet te ontkennen feit dat Turkije afglijdt naar een autocratisch systeem en ook journalisten vervolgt. Desondanks diende er een wettelijke basis te zijn voor een weigering de minister toe te laten.
Toen de minister toch naar Nederland wilde komen, kon de Nederlandse regering niet anders dan een landingsverbod uitvaardigen. Dat vervolgens de Turkse minister van familiezaken via list en bedrog zich in Rotterdam meldde en zich beriep op de niet-bestaande diplomatieke immuniteit, is te schandelijk voor woorden.
Turkije provoceerde Nederland bewust. Geen land zou het in zijn hoofd halen een minister een land binnen te laten gaan als is aangegeven dat die minister ongewenst is. Dit kon het kabinet niet over zijn kant laten gaan. De beschuldigingen van fascisme en nazisme zijn te belachelijk om van een antwoord te voorzien.
Landgenoten
Het fundamentele probleem in de hele onverkwikkelijke geschiedenis is de totaal verschillende visie die de Turkse en de Nederlandse regering hebben op in Nederland wonende mensen van Turkse afkomst. De Turkse regering heeft het over landgenoten, de Nederlandse nationaliteit die deze mensen ook hebben, wordt volstrekt genegeerd. President Erdogan denkt op die grond alles te kunnen doen wat hem goeddunkt, ook al gebeurt dat op andermans grondgebied. Het wordt de hoogste tijd dat Nederland en andere Europese landen gaan nadenken hoe om te gaan met dit feit dat tot steeds heftiger problemen leidt.
Een Nederlandse Turk met twee paspoorten kan daar geen probleem mee hebben en een goede burger zijn in Nederland. Er wringt echter vaak iets. Zie de gebeurtenissen dit weekeinde en afgelopen zomer in Rotterdam, na de couppoging. Het is in elk geval wel een probleem voor regeringen en voor hun onderlinge verhoudingen. Turkije moet ophouden Turken in het buitenland als zijn exclusieve onderdanen te zien. En landen als Nederland moeten meer doen om de Turkse bemoeienis met Turken in eigen land zo veel mogelijk te frustreren.
De mening van de krant, verwoord door leden van de hoofdredactie en senior redacteuren.