Toeristische routes langs grafzerken in Friesland
Mag je er nu overheen of niet? Grafzerken in een kerk stellen de bezoeker vaak voor deze vraag. Koster A. de Graaff van de Martinikerk in Franeker ziet bezoekers soms voorzichtig over de randjes lopen. “Maar voor mensen van de gemeente zijn deze grafzerken gewoon. We kunnen eigenlijk ook niet anders dan eroverheen lopen, want de kerk ligt er bomvol mee.”
De Martinikerk in Franeker is opgenomen in een van de vijf Friese grafzerkenroutes die het Fries Museum heeft uitgezet in het kader van de landelijke manifestatie 'Beelden in Nederland'. Alle routes beginnen bij de kleine tentoonstelling in het Fries Museum waar negentiende-eeuwse tekeningen van de zerken te zien zijn en foto's. Vervolgens kan de bezoeker op pad met een 'struibriefje': een routebeschrijving. Daarin staan met de meest interessante kerken beschreven en wordt verteld waar de sleutels van de soms piepkleine kerkjes afgehaald kunnen worden. Op alle zaterdagen tot 11 september is het ook mogelijk om met een dagtocht mee te gaan, in een bus mét deskundige leiding wordt een route gevolgd.
Rik Vos, directeur van het Fries Museum, is overtuigd van het belang van de grafzerken. “Friesland is uitzonderlijk om zijn grafzerken. Hoogtepunt in die geschiedenis zijn de zestiende en zeventiende eeuw. In deze periode kwamen er betere ploegen en eggen, een beter systeem van bemesten, en de Friese boeren begonnen iets grootschaliger te werken. Door die moderne methoden ging het goed met de opbrengsten. Die kwamen natuurlijk vooral ten goede aan de toch al rijke, adellijke families. Om andere adellijke families de ogen uit te steken, lieten zij grafzerken beeldhouwen met het familiewapen, steeds groter en steeds rijker, er werd veel geld uitgegeven voor na de dood.”
FRANSE REVOLUTIE
Verbazingwekkend grote grafzerken zijn te vinden in de kleine terpkerk van Deinum, een dorp met nog geen duizend inwoners. Een handjevol zerken beslaat daar ongeveer de halve kerk. Sommige zijn opzettelijk beschadigd. Vos wijt dit aan de invloed van de Franse revolutie. “Toen in Frankrijk de revolutie woedde, heeft Nederland ook een mini-revolutie gehad. In die tijd zijn alle wapens en adellijke titels weggehakt. Bij sommige graven is dit maar gedeeltelijk gelukt, misschien uit respect voor de adellijke familie of uit luiheid van de steenhouwer.”
De Martinikerk in Franeker heeft ook bijzondere grafzerken. Volgens koster De Graaff heeft dit te maken met de invloed van de universiteit. “Franeker had in de bloeitijd van de grafzerken nog een universiteit. Die bracht veel status en aanzien. Niet alleen zijn in de kerk adellijke families begraven, er liggen ook burgers van aanzien. De rijkste burgers van de provincie hadden immers genoeg geld om een plaats in de kerk 'te kopen'. Zo ligt er bij het koor, de belangrijkste plaats van de kerk, een aantal burgers van aanzien. De rekenmeester van de provincie, bijvoorbeeld. Dat is toch op de eerste rang, daar kwam je niet zomaar te liggen.”
Een aantal van de 350 grafzerken uit de Martinikerk is van Hongaarse studenten. “In de renaissancetijd hebben zo'n 1200 Hongaarse studenten de universiteit bezocht. Er kwamen veel buitenlanders in Franeker, om theologie te studeren, protestantse theologie was de specialiteit van de universiteit van Franeker.” In vergelijking met andere zerken komen de studenten er maar bekaaid vanaf: kleine, eenvoudige zerken aan de rand van de kerk. “Net als nu hadden studenten toen ook maar weinig geld,” vertelt De Graaff.
Na de Franse tijd is het gebeurd met het begraven in de kerk. Vos meent dat dat ook maar goed is. “Op een gegeven moment begonnen die lijken natuurlijk ontzettend te stinken. Niet erg bevorderlijk voor de hygiëne. Daarnaast lieten ze de graven, met de lijken, uit een soort statusidee ook nog een tijd openstaan. Je hoeft je niet af te vragen waar de uitdrukking 'rijke stinkerd' dan vandaan komt. Rijk en arm werd toen naar buiten verbannen.”
Informatie over de zaterdagtrips: Fries Museum tel. 058-123001 of VVV-Leeuwarden 06-32024060. Het Fries Museum is di t/m za open van 10-5, zondag van 1-5. Toegang gratis.