Talkpoeder wordt onderzocht op aanwezigheid van asbest

Inspecteurs hebben in India monsters van talkpoeder meegenomen uit een fabriek van het medische bedrijf Johnson & Johnson (J&J). Er staan nog meer fabrieksbezoeken op de planning.

De inspecteurs kwamen in actie na onderzoek van persbureau Reuters. Dat meldde vorige week dat J&J minstens vanaf de jaren zeventig tot het begin van deze eeuw wist dat er soms asbestdeeltjes in het talkpoeder van het bedrijf zaten. Interne communicatie in handen van Reuters zou bewijzen dat de managers van het bedrijf hier al jaren van op de hoogte waren. Ook zou J&J controleurs om de tuin leiden.

J&J ontkent alles. Het concern noemt de berichtgeving van Reuters eenzijdig, onwaar en opruiend. “Al decennia is door onderzoekers, laboratoria en academici aangetoond dat ons talkpoeder geen asbest bevat”, meldt het bedrijf in een uitgebreide online verklaring. J&J benadrukt dat het federale medicijnagentschap (FDA) in de Verenigde Staten het talkpoeder heeft goedgekeurd. “De media negeren wetenschappelijk studies en gebruiken enkel onderzoek van advocaten die tegenover ons in de rechtbank staan.” Het bedrijf heeft een speciale website gelanceerd waarop allerlei onderzoeken verzameld zijn waaruit blijkt dat er niets mis is met het talkpoeder van J&J.

Ook met paginagrote advertenties in Amerikaanse kranten probeert het bedrijf het imago hoog te houden. Dat is geen overbodige luxe: na de berichtgeving van Reuters nam het aandeel van J&J een flinke duik op de beurs.

Ook in Nederland

Het poeder van Johnson & Johnson is ook in Nederland te koop. Een woordvoerder van de Consumentenbond laat weten dat zij geen onderzoek doen naar het talkpoeder. “Het is geen onderwerp waar we ons mee bezighouden. Mocht er onomstotelijk vast komen te staan dat er asbest in het poeder zit en dat het verband houdt met de kankergevallen, dan zou dat een aanleiding kunnen zijn om dit in heroverweging te nemen.”

Asbest komt van nature voor in de buurt van die talklagen en kan zo onbedoeld meekomen bij het winnen van talk. In Nederland zijn fabrikanten verplicht talk te zuiveren van eventuele asbest. Dat dit niet altijd goed gaat bleek dit voorjaar: de Voedsel- en Warenautoriteit onderzocht 296 talkhoudende producten en trof in twee cosmeticaproducten asbest aan. Hoewel de concentratie ongevaarlijk laag was, werden de twee producten onmiddellijk uit de handel gehaald.

Eerdere veroordeling

De onrust is niet nieuw voor J&J. Deze zomer werd het bedrijf veroordeeld tot het betalen van miljarden dollars schadevergoeding aan 22 vrouwen die zeggen dat ze eierstokkanker hebben gekregen door het asbest in het talkpoeder, dat zij gebruikten voor persoonlijke hygiëne. Zes van die vrouwen zijn inmiddels overleden.

Volgens de advocaten van de vrouwen zijn er asbestdeeltjes gevonden in hun eierstokken en wist J&J al zeker veertig jaar dat er asbest in het poeder zat. J&J noemde die zaak vooringenomen en oneerlijk. Er zouden zomaar nog veel meer boetes en veroordelingen bij kunnen komen: er lopen nog zo’n 9000 claims tegen het concern.

Het concern produceert nog veel meer bekende artikelen en merken zoals OB-tampons, Compeed-pleisters en Listerine. Daarnaast handelt het bedrijf ook in medicijnen voor de farmaceutische markt. Commotie is het bedrijf ook in die tak niet vreemd: in 2013 trof het bedrijf een schikking ter waarde van 1,6 miljard euro met het Amerikaanse ministerie van justitie, destijds een van de grootste schikkingen in de sector. J&J werd ervan beschuldigd medicijnen tegen hartkwalen te hebben aanbevolen die niet als effectief en veilig zijn beoordeeld door het FDA. Ook zou er smeergeld betaald zijn aan artsen om dit te verhullen. Het bedrijf werd onder verscherpt toezicht gesteld om misbruik en fraude in de toekomst te voorkomen.

Lees ook:

Eierstokkanker door asbest in talkpoeder: schadevergoeding van 4,7 miljard dollar

Een jury in het Amerikaanse St. Louis heeft in juli een schadevergoeding van bijna 4,7 miljard dollar (zo’n 4,4 miljard euro) toegewezen aan 22 vrouwen en hun families.