Taal
Een kind dat hij vraagde zegt, volgt een vervoeging die ooit als de beste beschouwd werd
Taalvragen van lezers:
1293 'Vragen', als werkwoord, is deels sterk ('vroeg') en deels zwak ('gevraagd'). Hoe kan dat?
Oorspronkelijk was ook de verleden tijd zwak. "Die coninc vraghede omme raet" (de koning vroeg advies) schreef iemand in de dertiende eeuw.
Het kind van nu dat hij vraagde zegt, bedient zich dus van de oudste vorm. Van Dale (2015) vermeldt die nog steeds, maar in onze tijd komt hij onder volwassenen alleen nog in dialecten voor, bij mijn weten.
De dichter Bredero (1585-1618) moet een van de eersten zijn geweest die zich op papier van de verleden tijd vroeg bediende. Hij liet het rijmen op loegh (dat de omgekeerde verandering heeft ondergaan; het is nu immers zwak: lachte).
Vroeg moet in zwang gekomen zijn onder invloed van de verleden tijd van werkwoorden als dragen, graven en varen, die al een /oe/ had.
Was dat nu gebeurd, het zou protesten geregend hebben. In de achttiende eeuw kwamen ze o.a. van de taal- en letterkundige Huydecooper, een invloedrijk man. In zijn voetspoor bleven vele schrijvers vraagde verkiezen. Multatuli verving het pas in de vijfde uitgave van de 'Max Havelaar' door vroeg. Maar zoals vaker werd de 'foute' vorm in de standaardtaal op den duur door iedereen geaccepteerd.
Hetzelfde lot heeft de verleden tijd van jagen ondergaan. Ook dat was oorspronkelijk zwak; vandaar het deelwoord gejaagd. Jaagde is niet uitgestorven; er zijn nog taalgebruikers die er de voorkeur aan geven als jagen 'op jacht zijn' betekent. Maar verder lijkt joeg, in de zestiende eeuw een nieuweling, het pleit te hebben gewonnen.
jdeberg@trouw.nl
undefined