Syrische leger en rebellen strijden om IS-stad al-Bab
Het Syrische regeringsleger heeft de laatste aanvoerroute van terreurorganisatie Islamitische Staat naar de stad al-Bab gisteren afgesloten. Het grootste IS-bolwerk in de provincie Aleppo is nu geheel omsingeld.
Het Syrisch Observatorium voor Mensenrechten meldde dat de troepen van president Assad met luchtsteun aanzienlijke vorderingen hebben geboekt ten zuidoosten van al-Bab. De verbindingsweg die IS-strijders nog hadden naar zielsverwanten in de provincies Raqqa en Deir Ezzor is nu onder controle. De Syrische militairen worden gesteund door Hezbollah.
Aan de noordkant van al-Bab maken door Turkije gesteunde opstandelingen, verenigd in het Vrije Syrische Leger (FSA), de dienst al enige tijd uit, al waren er afgelopen weekeinde hevige gevechten in en rond het dorp Bazaa. IS pleegde er twee zelfmoordaanslagen.
Bij de strijd om al-Bab, die nu al weken duurt, zijn tientallen Turkse militairen omgekomen. Zij steunen de rebellen. Syrië en Turkije proberen beide de stad in te nemen en coördineren hun acties nauwelijks.
Voor Turkije is verovering van de stad belangrijk omdat zo twee Koerdische gebieden van elkaar gescheiden blijven. Ankara vreest een sterke Koerdische aanwezigheid aan de grens met Syrië.
De FSA-rebellen willen niet alleen af van IS maar ook van Assad, die op zijn beurt geen grotere invloed van Turkije duldt in het noorden van Syrië.
undefined
