Stad van 'onze vrede' en rijk van koning Jan
Münster is een must. Voor Nederlanders vanwege de 'Vrede van' en voor iedereen door Jan van Leiden. En dan hebben we het nog niet eens over het bier, de ham...
In de Bijbel stond het al: er is niets nieuws onder de zon. Ook daarom bestuderen we de geschiedenis. Niet alleen om te weten wat is geweest, maar ook om te weten wat wellicht weer gaat komen. Op naar Münster.
Die plaats wordt wel ronkend gepresenteerd als een 'geheim over de grens', maar zo geheim is het niet. Sterker, al sinds 1648 weten de meeste Nederlanders misschien niet waar het ligt, maar wel dat Münster bestaat. Daar gaan ze er graag zelfs prat op dat ons land in hun stad werd 'geboren'. Dat is misschien wat overdreven, maar we kregen er wel ons geboortebewijs op papier, vastgelegd in die zo bekende 'Vrede van...' Daarmee was onze afscheiding van Spanje officieel en werden we een aparte staat, verenigd door een gemeenschappelijke vijand.
Maar al starend naar het gebouw waarin die historische gebeurtenis destijds werd gevierd, valt je iets merkwaardigs op. Het gebouw is nep. Het staat er wel, maar het is nieuw. Reden: het 'Stadhuis van de Vrede' werd verwoest. Niet door brand of een orkaan. Nee, tijdens een nieuwe oorlog, die van '40-'45. Boodschap: vrede is geen cadeau voor altijd. Het is een plant in een pot. Geen vrede zonder onderhoud.
Alsof dat nog geen reden genoeg is voor een tochtje, prijken op een pilaar van het gebouw een drietal mannenkoppen. En als je naar links kijkt, zie je aan de torenspits van de Lambertikerk een drietal kooien hangen. Daarin vonden die drie mannen een eeuwenlange rustplaats, ter lering en vermaak. Het waren wederdopers, die in hun leven een minstens even opmerkelijk hoge positie hadden verworven.
Ook het scenario van hún verhaal was niet nieuw. Althans, in principe. Veel mensen hebben nu eenmaal behoefte aan iemand die hen de weg wijst door het leven. Niet zelden dient zo'n gids zich aan in rebellie tegen de gevestigde orde. Sommigen wanen zich daarin uitverkoren door een hogere macht. En als het aantal van mede-verongelijkten maar groot genoeg is, kan zo'n leider in de dop het nog ver brengen. De geschiedenis kent tal van voorbeelden waarbij zulk leiderschap geënt werd op een bestaande religie. Meestal liep het daarbij slecht af. In de subcategorie 'Apocalyptisch Religieus Leiderschap' wordt de ranglijst met afstand aangevoerd door Hong Xiuquan, de Chinees die meende een broer van Jezus te zijn. Zijn Taiping-rebellie bracht de machtige Qing-dynastie op de rand van de afgrond.
Maar ook wij hadden iemand die het in die categorie ver bracht. Het was Jan van Leiden, die het schopte van kleermaker-kroegbaas tot koning van het Nieuwe Jeruzalem. Locatie: Münster. De schaal van Jans 'reli-koninkrijk' mag dan veel kleiner zijn geweest dan dat van Hong, de avonturen van de man uit Leiden waren wel vergelijkbaar. Even spectaculair als fascinerend. En leerzaam. Ook daarom is Münster een must. Een goed glas Altbier en wat Westfaalse ham erbij: succes gegarandeerd.
Goed, we zijn er. Een van de eerste Münstenaren die we ontmoeten is geen echte. Ze is import, uit Bremen, maar wel een van de opvallend velen hier die wat Nederlands spreekt. Ze omschrijft de echte lokale bewoners als 'niet-grappig'. Twee vrouwen uit Düsseldorf hebben er daarentegen een Duitse uitdrukking voor. Münstenaren zijn trocken.
De Münstenaren zelf, daarentegen, omschrijven zichzelf als nett, aardig. Maar ze slaan wel terug. Eén van hen typeert op snedige wijze degenen met wie zij als Westfalers hun bondsland delen: "Rijnlanders praten meer, maar zeggen minder."
Ondertussen vergapen we ons aan wat in Münster zo opvallend is: vrijwel de hele binnenstad bestaat uit replica's, exacte kopieën van wat er voor de oorlogsbombardementen nog overeind stond. Was dat een goed idee?
Het is een bekend dilemma: Wat te doen met cultureel erfgoed dat vrijwel onherstelbaar is vernield? Recentelijk was dat ook in ons land actueel door de verminking van het beeld De Denker, van Rodin. Zwaar toegetakeld door de dieven ervan, was het van een prachtige sculptuur geworden tot een even afgrijselijk als aangrijpend monument. Iets dat deed denken. Een driedimensionale uitdrukking van misschien wel de meest roerende zin in onze taal: 'Alles van waarde is weerloos'.
Men koos voor restauratie. Begrijpelijk, maar eeuwig zonde.
In een verwoeste stad is het zo laten uiteraard geen optie. Ook in Münster was de wil om alles precies zo terug te zien als het was maar al te menselijk. Alsof je daarmee de geschiedenis door zou kunnen strepen. Het resultaat zou je kunnen karakteriseren als 'aardig onecht'.
Het verminkte beeld van Rodin was bovendien een tastbaar bewijs van hoe verschillend mensen naar hetzelfde kunnen kijken. De één ziet het als een onbetaalbaar kunstwerk, de ander als een onhandige vorm van koper.
Net zo ging het met de opinie over Jan van Leiden: profeet-koning-ketter-charlatan-revolutionair-vergeten. En net zo gaat het met woorden, met taal. Voorzover nog bekend: ook 'je ergens met een Jantje-van-Leiden vanaf maken' is gaandeweg veranderd van betekenis, ondermeer omdat bijna niemand meer weet wie Jan(tje) was. Precies zoals de woorden in boeken steeds weer anders worden gelezen, de heilige inclusief.
Zo leidde Jans exegese van de bijbelse tekst dat het hoge moet worden verlaagd tot het afbreken van hoge (kerk)torens. Nog niet wetend dat hij zelf even laag als torenhoog zou eindigen. Daar in die kooi.
undefined