reportage

Speuren naar de geur van de muskusrat

null Beeld Herman Engbers
Beeld Herman Engbers

Om te zien of de bestrijding van de graafgrage muskusrat diervriendelijker kan, kreeg het dier in Lelystad-West drie jaar lang vrij spel. Muskusrattenvanger Jacco Westendorp inventariseert het resultaat.

Melanie Zierse

Langzaam beweegt muskusrattenvanger Jacco Westendorp door het hoge groene riet. Vanwege zijn lieshoge laarzen voelt hij niets van de prikkende brandnetels langs de oever van de sloot in bosgebied Hollandse Hout. “Het zou kunnen dat ik zo in één keer ben verdwenen, hoor”, zegt hij onheilspellend. “Een verkeerde stap en ik zak zo een paar meter de diepte in.”

Na een paar stappen is het raak. Tot de rand van zijn laarzen is Westendorp in het water gezonken. Alleen wat plukjes bruin haar en een stuk donkerblauwe trui zijn nog te zien boven de rietkraag. Met handschoenen opgetrokken tot zijn schouders gaat hij op zoek naar sporen van de aanstichter van deze graafschade: de muskusrat.

Decennialang worden muskusratten in heel Nederland gevangen en gedood. De nesten die zij in dijken en oevers graven, zijn namelijk een gevaar voor de waterveiligheid. Jaarlijks tikken de waterschappen zo’n 34 miljoen euro af om de gravers te bestrijden. Dat leverde vorig jaar ruim 81.000 gevangen muskusratten op. In 2004 was de vangst nog 400.000.

Muskusgeur

Maar de afgelopen drie jaar mochten de knaagdieren in Lelystad-West en Dinteloord ongestoord hun gang gaan. Het is onderdeel van een landelijk veldonderzoek van de 21 waterschappen, waarin zij onderzoeken of de bestrijding van muskusratten gerichter, goedkoper en met minder dierenleed kan.

Om de muskusratten op te sporen gebruikt Westendorp vooral zijn ogen. In een kano vaart hij langs de oevers op zoek naar keutels of vraatsporen, zoals afgebeten rietstukjes of zwanenmosselen. Maar ook zijn neus komt goed van pas. “Och, die muskusgeur zegt al genoeg”, aldus de muskusrattenbestrijder. Heeft hij een nest opgespoord, dan plaatst hij vallen in de buurt. Als de vangmiddelen na een paar dagen niets meer doen, haalt hij ze weg.

Al zeventien jaar doet Westendorp zijn werk op dezelfde manier. Maar een paar jaar geleden rees de vraag of dit wel de juiste vangmethode is. “Van 2000 tot 2009 hebben wij veel bureauonderzoeken gedaan naar nut en noodzaak van onze toenmalige aanpak”, zegt Dolf Moerkens, beleidsadviseur van de Unie van Waterschappen.

In diezelfde periode ontstond de discussie of het doden van de muskusratten überhaupt wel essentieel is. De Dierenbescherming, de Faunabescherming en Bont voor Dieren publiceerden in 2011 gezamenlijk een rapport waarin zij stellen dat de noodzaak van het doden nooit wetenschappelijk is bewezen. Ondanks de huidige intensieve bestrijding, veroorzaken de overgebleven muskusratten namelijk alsnog schade aan de waterkeringen.

null Beeld Herman Engbers
Beeld Herman Engbers

Natuurlijke sterfte

Volgens de dierenwelzijnsorganisaties is er geen bewijs dat doding de populatie verlaagt. Ze verwijzen naar Zweden, waar ze de muskusratten niet bestrijden. Daar daalde het aantal dieren, na een explosieve toename, vanzelf. Predatie, ziekte en onderlinge concurrentie zorgden daarvoor. Het is volgens het rapport waarschijnlijk dat de muskusrattenbestrijders de beesten binnen de marges van deze natuurlijke sterfte doden. “Als dat zo is, dan zou stoppen met bestrijden geen effect hebben op de populatie en de omvang van de schade”, aldus het rapport.

Bovendien vinden de organisaties de huidige dodingsmethoden wreed. De meest gebruikte klem doodt de muskusratten vrijwel direct, maar bij de verdrinkingsvallen kan het minuten duren. Doordat de klemmen niet diersoort-specifiek zijn, vinden volgens het rapport jaarlijks ook duizenden waterhoentjes, eenden en vissen de dood. Bij de verdrinkingsvallen zijn wel speciale gaten gemaakt, zodat andere dieren levend kunnen ontsnappen.

Na alle bureauonderzoeken was het in 2013 tijd voor een veldonderzoek. Voor de proef zijn door het hele land 117 onderzoeksgebieden ingericht. In een derde daarvan hebben de muskusrattenbestrijders dertig procent meer tijd besteed aan het vangen, in een derde dertig procent minder tijd en in een derde evenveel tijd als gebruikelijk. Dit om te kijken wat het verband is tussen het aantal velduren en de schade die de muskusratten aanrichten. In Lelystad-West en Dinteloord hadden de gravers vrij spel. Daar werden ze alleen rond de dijken weggevangen.

Volgens het tussentijdse rapport laat het landelijk veldonderzoek geen verband zien tussen de mate van bestrijding en populatieomvang. Dertig procent meer of minder intensief bestrijden leverde dus niet meer of minder gevangen muskusratten op.

Schade

In Lelystad-West, waar ze als onderdeel van het onderzoek voor een andere aanpak hebben gekozen, ziet muskusrattenvanger Westendorp wel duidelijke verschillen. In dit gebied hebben de muskusratten vrij spel gekregen. “Overal waar we vallen zetten, is het raak.” Voor de start van de proef vingen ze in dat gebied gemiddeld 85 muskusratten per jaar. Nu zitten ze al op 580.

Ook de schade is volgens Westendorp flink toegenomen. Voorheen meldden de bewoners incidenteel schade, maar inmiddels zijn al ongeveer 250 schademeldingen binnengekomen. In totaal zijn er meer dan duizend graafschades in Lelystad-West. Deze aantallen kunnen verder oplopen, aangezien schade ook pas over enkele jaren zichtbaar kan worden. “De schade zit voornamelijk in de achtertuin van mensen. Daar is de grond of beschoeiing verzakt. De meeste schade heeft het waterschap al hersteld”, aldus Westendorp.

Wat deze voorlopige resultaten precies voor gevolgen hebben voor het toekomstige beleid, weet beleidsmedewerker Moerkens nog niet. “De eindconclusie komt rond september 2018. Op dit moment zetten we de kosten en baten op een rijtje.” Maar of we de muskusratten zomaar moeten laten zitten? “Dan hebben we een steeds groter waterveiligheidsprobleem. Ik weet niet of bewoners daarop zitten te wachten”, aldus Moerkens.

Dat muskusratten schade aanrichten staat inderdaad niet ter discussie, zegt een woordvoerder van de Dierenbescherming. “De vraag is wat we met dat probleem gaan doen. Tientallen jaren hebben ze de dieren gedood, maar de schade is er nog steeds. Nu is het tijd te kijken hoe we het op een andere manier kunnen doen.”

Maar die alternatieven zijn volgens de Dierenbescherming in het veldonderzoek niet voldoende onderzocht. Met gaas, steenmatrassen of stortsteen kunnen de dijken ‘muskusrattenproof’ worden gemaakt. Volgens Moerkens kost dat echter miljarden en de muskusratten kunnen daar makkelijk doorheen. De Dierenbescherming is niet overtuigd: “Dat kan je eigenlijk niet zeggen, want daar is nog niet genoeg onderzoek naar gedaan.”

Zolang de Waterschappen en Dierenbescherming het niet eens zijn, blijft muskusrattenvanger Westendorp met zijn kano langs de oevers varen. Neus in de lucht op zoek naar de geur van muskus. Stoppen met bestrijden lijkt hem geen goed idee. “Als je die beesten hun gang laat gaan, piekt het als een malle. Het klopt dat de aantallen misschien stabiliseren, maar de natuur heeft altijd pieken en dalen. We weten niet hoe hoog die piek gaat zijn. En de vraag is of we dat wel willen weten.”

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden