Schouten / Noord-Koreaans Lingo
Prins Bernard had ongetwijfeld allang de telefoon gepakt en de omroep opgebeld, want hij was een groot liefhebber van Lingo. Of liever gezegd van Nance, de vorige presentatrice. Of hij ook in z’n eentje de ontbrekende letters voor zich uit zat te mompelen, weet ik niet. Doet er ook niet toe. Lingo is zo’n spelletje waarbij het niet echt om winnen gaat. Het is er zoals je gedachten er zijn, of mensen op straat, gewoon vanzelf. De deelnemers, de presentator, de cijfers en de ballen, alles straalt een soort prettig vertrouwen in het verloop van de wereld uit.
Behalve dat je woorden van zes letters moet maken, begrijp ik niks van die cijfers en ballen, maar dat hoeft ook niet. Hier wordt het schriftwoord vervuld van ’ ’k Stond er bij en ik keek ernaar’. Meer niet. Of de debilisering en dementering van Nederland zal toenemen nu Lingo van de buis wordt gehaald, is afwachten geblazen. Spelletjes schijnen de geest lenig te houden maar het moet natuurlijk wel een aardigheidje blijven, geen medicijn, anders verandert het precies in z’n tegendeel. Zelf speel ik ’Kies de kluis’, een online spelletje van de BankGiroloterij. Wat is het juiste antwoord, A of B? je krijg steeds maar één optie te zien en moet dan beslissen of het goed of fout is. Inmiddels heb ik het al zo vaak gespeeld dat het merendeel der vragen en antwoorden mij bekend is en ik zonder een tel na te denken weet dat Manneken Pis zijn pielemuisje in z’n linker- en niet in z’n rechterhand houdt, dat Sylvester Stallone een Oscar voor de film Rocky kreeg, en dat niet Sue Ellen maar Kristin in de serie Dallas JR doodschoot. Van beide dames had ik nog nooit gehoord, noch kende ik hun verhouding tot het slachtoffer; maar als je maar lang genoeg meespeelt weet je alles. Je wordt een routinier. Dat is ook precies de kracht van die spelletjes, je voelt je na een tijdje een specialist. Iemand die jou voor het eerst ziet spelen zou versteld staan over het gemak waarmee je al die vragen beantwoordt, alsof er voor jou geen geheimen op aarde bestaan. Het is goed dat de wereld ons, naast al het ontmoedigende dat ze te bieden heeft, ook dit geeft: het gevoel dat je ergens goed in bent. Met mijn spelletje kun je iets winnen, een lcd-televisie of een mp3-speler, dat soort spul, maar die laten me koud, ik wil foutloze rondjes. Aan het eind van het spel mag je, als je geen fout gemaakt hebt, uit twee kluizen kiezen waar de schat verborgen zit. Dat is me nog niet gelukt. Als ik op B druk zit-ie in A en druk ik op A dan zit ie in B. Probleem is natuurlijk dat er helemaal geen prijs in die virtuele kluisjes zit. Maar het zal me worst wezen dat ik belazerd word en keer op keer speel zonder ooit mijn verdiende beloning te krijgen. Spelletjes als Lingo en Kies de Kluis ressorteren onder wat Immanuel Kant noemde ’interesseloses Wohlgefallen’. Dat is een grondstof waarop je zuinig moet zijn. Culturen die het niet in voldoende mate bezitten, gaan op den duur ten onder aan zwaarte en efficiëntie. Het valt voor ze te hopen dat ook de Noord-Koreanen zulke spelletjes hebben.