Schouten / Gewoon geen trek in ketterij

Wat een misselijke opportunisten, was het eerste wat ik dacht toen ik hoorde over de Turkse Tweede-Kamerleden-in-spe Ayhan Donca, Osman Elmaci en Erdinc Sacan, die hun standpunt inzake de Turkse genocide op de Armeniërs net zo makkelijk opgaven als ze het eerst vurig verbreidden. Louter en alleen om op het pluche terecht te kunnen komen.

door Rob Schouten

Nou lijkt de Armeense kwestie zowel in ruimte als in tijd een ver-van-m’n-bed-show en heeft waarschijnlijk geen enkele Nederlander er echt veel verstandige gedachten over. Maar de zaak krijgt toch een andere status als je weet dat men overweegt ontkenning van de genocide in kwestie strafbaar te stellen. Zou een nette partij in Nederland ook maar even overwegen om een holocaust-ontkenner in haar gelederen op te nemen? Maar even later begin ik het allemaal iets beter te snappen. Zo werken die dingen gewoon, of je het nou wilt of niet. Ik heb eens in een (Vlaamse) literatuurjury gezeten, waarvan wij de genomineerden op de tv bekend maakten en prezen. Een van de juryleden liet toen duidelijk merken dat een bepaalde genomineerde hem helemaal niet zo beviel. Dat hij het eigenlijk niks vond en zich maar had neergelegd bij de meerderheid. Hoe eerlijk ook, wij vonden dát weer niks: de jury spreekt met één mond. Het kabinet doet het al net zo. Balkenende wil niet dat allerlei ministers op persoonlijke titel van alles in de pers gaan roepen, dat mogelijk tegen het gezamenlijke standpunt ingaat. Dat lijkt weliswaar een beknotting van de individuele vrijheid van meningsuiting maar het is in feite een praktisch maniertje gebaseerd op ervaring: als iedereen van alles door elkaar blijft roepen schiet je niet op. Eén formeel standpunt is dus in zekere zin ook een kwestie van opportunisme, nuttig opportunisme. Grote instituten doen het graag zo. Je moet de grote lijnen onderschrijven, een beetje afwijken hier en daar mag soms wel, op onbelangrijke punten, maar als je te zeer dissideert moet je er maar uit. Ds. Paauwe werd de hervormde kerk uit gezet, toen hij zich niet meer in de beginselen kon vinden. Als kinderen een spel spelen en een loopt er voortdurend te klieren, wordt ie eruit geknikkerd. In onze jeugd leren we al hoe die dingen werken. Eigenlijk ontwaar je bij al die geïnstitutionaliseerde koekoek-eenzangen steeds iets van de oude rooms-katholieke kerk ‘extra quam nec salus est’, waarbuiten geen heil is, en van ketters die het er niet mee eens waren. Zo misselijk is het bij nader inzien dus niet dat die Turkse kamerleden formeel de standpunten van hun partijen onderschrijven, terwijl ze er in hun hart heel anders over denken. Als ze het werkelijk niet voor zichzelf kunnen verantwoorden lopen ze vanzelf de partij wel weer uit. Maar het sop is ze de kool kennelijk niet waard. Ze hebben andere, lekkerder groente die ze daarin willen koken, integratie, allochtone mondigheid, weet ik veel. Geen trek in ketterij. Dat we opeens verbaasd doen over hun weloverwogen opportunisme laat zien dat de collectieve ‘ja-en-amen’-cultuur van onze voorvaderen niet langer vanzelf spreekt.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden