'Rijke' gemeente rijker door bijstandswet
VVD-staatssecretaris Mark Rutte moet deze week alle zeilen bijzetten om de nieuwe wet Werk en Bijstand ongeschonden door de Tweede Kamer te krijgen. Vooral de verdeelsleutel voor het bijstandsgeld levert problemen op. 'Rijke' gemeenten dreigen meer te krijgen en 'arme' minder.
DEN HAAG - Staatssecretaris Rutte van sociale zaken heeft grote haast met de nieuwe wet Werk en Bijstand, omdat die al per 1 januari moet ingaan. Maar er is kritiek van gemeenten, vakbonden en belangenorganisaties van uitkeringsgerechtigden. De wet zou domweg zwakke groepen verder de armoede in duwen en gemeenten in grote financiële problemen brengen.
De VVD-bewindsman heeft de afgelopen maanden al zijn charme en overtuigingskracht gebruikt om vriend en vijand achter zijn wet te krijgen. Bovendien heeft hij in de zomer nog flink gesleuteld aan de technische en uitvoeringsaspecten ervan. Volgens Rutte moet de Kamer er vooral vertrouwen in hebben dat het goed komt. Maar dat is de Kamer vooralsnog niet genoeg. Er ligt een lange lijst met amendementen klaar om de wet op essentiële punten te wijzigen.
Met de nieuwe bijstandswet worden alle bijstandsgerechtigden verplicht weer betaald werk te zoeken. Dan is het afgelopen met de sollicitatievrijstelling voor alleenstaande ouders, arbeidsgehandicapten en ouderen vanaf 57,5 jaar.
Tegelijkertijd heeft het kabinet ook fors bezuinigd op de gesubsidieerde arbeid. Juist deze combinatie van maatregelen in de huidige economische recessie, met een toename van 13000 werklozen per maand, veroorzaakt veel angst en onrust. De Melketiers vrezen dat ze straks werkloos terugkeren in de bijstand en gemeenten klagen dat ze te weinig mogelijkheden hebben om de bijstandsklanten aan het werk te krijgen. Rutte moet de Kamer ervan overtuigen dat deze angst onterecht is.
CDA, ChristenUnie en SGP zijn er bovendien principieel op tegen bijstandsmoeders met de zorg voor kinderen onder de vijf jaar tot werken te verplichten. GroenLinks vindt een parttimebaan wel genoeg. En dus moet de staatssecretaris voor dit onderdeel steun krijgen van oppositiepartij de PvdA. Die vindt de sollicitatieplicht acceptabel, maar alleen op voorwaarde dat er feitelijk voldoende kinderopvang is. Bovendien moet de bijstandsmoeder dan zodanig worden bijgeschoold dat ze ook met een deeltijdbaan uit de bijstand kan komen.
Een ander omstreden punt in de wet is dat gemeenten geen bijzondere bijstand meer mogen geven aan de meest kwetsbare groepen uitkeringsgerechtigden. Dat betekent afschaffing van de eindejaarsuitkering, de wasmachinevergoeding of een extra bijdrage aan arme gezinnen met kinderen. In ruil daarvoor komt er een landelijke regeling voor mensen zonder perspectief op werk, die al langer dan vijf jaar op het minimum leven. De landelijke regeling is echter fors lager dan sommige gemeenten gaven. De oppositiepartijen vrezen dan ook toename van de armoede.
In de nieuwe wet staat niet de uitkering, maar werk centraal. Daarvoor worden gemeenten straks geheel verantwoordelijk gesteld en door het rijk financieel afgerekend. Gemeenten krijgen een bedrag om de uitkeringen van te betalen en een bedrag om begeleiding op zoek naar werk in te kopen. Als het lukt veel mensen uit de bijstand te krijgen, houden gemeenten geld over. Lukt het onvoldoende, dan stijgt de eigen bijdrage van gemeenten.
Voor dit uitgangspunt is alom bijval. Maar het technisch rekenmodel dat is ontwikkeld om te bepalen hoeveel geld elke gemeente voor de bijstand krijgt, functioneert niet. Het bijstandsgeld wordt plotseling oneerlijk over de gemeenten verdeeld, zonder dat iemand daar een afdoende verklaring voor heeft. Op dit punt zal staatssecretaris Rutte dan ook de hardste kritiek van de kamer kunnen verwachten. Volgens de rekenmethode krijgen bijvoorbeeld Gouda, Ede, Heerlen en Dordrecht in één klap miljoenen euro's minder om hun bijstandsuitkeringen van te betalen, terwijl Amstelveen, Almere en Den Haag miljoenen meer krijgen dan ze feitelijk nodig hebben.
Rutte weigert het model aan te passen. De Kamer neemt er evenwel geen genoegen mee dat gemeenten direct in financiële problemen komen, uitsluitend door een plat rekenmodel nog voor de nieuwe wet praktijk is.