’Pronk schopt mensen tegen de schenen’
Engbert Drenth, 28 jaar lang burgemeester van het Groningse Bellingwedde, is al 40 jaar lid van de PvdA. Als Jan Pronk voorzitter wordt, zegt hij zijn lidmaatschap op.
1
Wat is er mis met Jan Pronk?
„De goede man heeft mij zijn hele leven lang geërgerd. Eerst toen hij minister van ontwikkelingssamenwerking en vrom was, en daarna als VN-gezant. Hij heeft een grote dunk van zichzelf en weet te goed hoe het moet in de wereld. Overal ter wereld schopt hij mensen tegen de schenen.”
2
Kunt u daarvan een voorbeeld geven?
„In 1992 had Pronk het in Indonesië op een onbeschofte manier over de mensenrechten daar. Als reactie daarop weigerde Indonesië verdere Nederlandse ontwikkelingshulp. Natuurlijk moet je over de mensenrechten kunnen spreken, maar op de manier waarop Pronk dat doet sorteert het weinig effect. Als Indonesiër ben je dan wel gedwongen om tegen de oud-koloniale macht in actie te komen.”
3
Het is dus vooral zijn aanpak en niet zijn ideeën die u zo tegenstaan?
„Ja, dat klopt. De partij heeft een goede voorzitter nodig die rekening houdt met de verschillende stromingen binnen de partij. Diens politieke visie mag dan best wat naar links of rechts neigen. Maar je moet op een tactische manier de eenheid kunnen bewerkstelligen. Als de voorzitter op een nette manier kritiek heeft, is dat prima. Maar Pronk is nog niet gekozen of hij keert zich al, in woorden, tegen partijleider Bos.”
4
Wat is dan het profiel van uw ideale kandidaat?
„Bij voorkeur moet hij jong zijn. We hebben jonge mensen nodig met frisse ideeën. Ik ben zelf op mijn 24ste begonnen in de politiek. Voor het beeld van de partij is het goed als er jeugd op die plek zit. Nee, ik heb nog geen voorkeur bepaald voor een van de overige kandidaten. Het belangrijkste is dat de voorzitter mensen bij elkaar kan brengen.”
5
Lijkt een goede partijvoorzitter op een goede burgemeester?
„Als burgemeester sta je natuurlijk boven de politieke partijen, maar ook daar is het belangrijk om je mensen bij je te houden. Je moet je realiseren dat er niet alleen partijleden bestaan, maar ook goede contacten houden met de hele bevolking. Dat geldt ook voor een partijvoorzitter. Toen wij in Bellingwedde een asielzoekerscentrum kregen, waren de meeste mensen daar aanvankelijk tegen. Maar toen hebben we een vergadering belegd waarop ik betoogd heb waarom wij vonden dat het er wel moest komen. Na afloop waren de meeste mensen voor. Dat was een van de hoogtepunten van mijn loopbaan als burgemeester. Maar sinds een half jaar ben ik met pensioen. Ik trek me terug uit het gewoel.”