Oude meester, nieuwe ster
Cornelis van Haarlem spaarde zijn kijkers niet. De schilder, ook wel de Hollandse Michelangelo genoemd, maakte de nodige doeken vol geweld. In het Frans Hals Museum is de eerste overzichtstentoonstelling van zijn werk te zien.
Tijdens zijn leven was Cornelis Cornelisz. van Haarlem (1562-1638) een beroemd schilder. Maar na zijn dood nam zijn faam af. Van Haarlem ging vooral gelden als een voorloper van de grote meester Frans Hals. Tot die 18de april 2008 in New York.
Christie's veilde toen Van Haarlems werk 'Hercules vecht met Achelous' (1590), waarop de Grieks-mythologische held Hercules een riviergod, die de gedaante van een stier heeft aangenomen, op de knieën dwingt. Het veilinghuis schatte vooraf de opbrengst op één tot anderhalf miljoen dollar, wat volgens kenners aan de hoge kant was.
Maar tot verbazing van velen werd het doek uiteindelijk op 8,1 miljoen afgehamerd, een absoluut record voor Van Haarlem én de groep Nederlandse schilders rondom hem. Cornelis Cornelisz. was plots opnieuw een ster. Zeker toen bekend werd dat de wereldberoemde en controversiële New Yorkse beeldend kunstenaar en verzamelaar Jeff Koons de koper was.
'Hercules vecht met Achelous' hangt niet op de tentoonstelling 'De Hollandse Michelangelo', die momenteel in het Frans Hals Museum te zien is. Koons heeft het grote doek intussen in bruikleen gegeven aan het New Yorkse Metropolitan Museum of Art, dat het niet wilde uitlenen. Toch heeft Koons indirect zeker geholpen om de expositie in Haarlem, het eerste overzicht ooit van werk van Cornelis Cornelisz., tot stand te brengen.
Wel is in Haarlem het doek 'De draak verslindt de gezellen van Cadmus' (1588) te zien, dat normaal in de Londense National Gallery hangt. Dat is qua thematiek nauw verwant aan de Hercules: ook 'De draak' behandelt een gewelddadig verhaal uit de Oudheid, waarin mens en dier vechten. De beide werken hingen ooit dicht bij elkaar, omdat Van Haarlem ze aan dezelfde mecenas verkocht.
In zijn 'draak' spaart Van Haarlem de kijkers niet. Hij gaat voluit voor het effect - en misschien trok dat Koons, 'Koning van de kitsch', aan in het ook stilistisch verwante Herculesdoek. Een gevleugeld monster zet zijn tanden in het gezicht van een naakte jongeling, die nog wanhopig probeert om het beest van zich af te duwen. Dat heeft zijn klauwen in het been en de zij van een andere naakte jongeman gezet, die bovenop zijn metgezel ligt en wiens al afgerukte hoofd op de voorgrond ligt.
Van Haarlem was een twintiger toen hij 'De draak' en 'Hercules' maakte. Hij wilde duidelijk tonen dat hij goed met het Italiaanse maniërisme bekend was, een kunstrichting die de natuurlijkheid en balans in Renaissancewerk wilde overtreffen. In navolging van Rafaël, en vooral van Michelangelo, legden maniëristen spanning in hun composities en beeldden naakten af in expressieve, heftige en vaak onnatuurlijke poses. Samen met stadsgenoten Karel van Mander en Hendrik Goltzius vormde Cornelis Cornelisz. een noordelijke maniëristische school, de Haarlemse Academie.
In de ruimste zaal van de expositie hangen de grote maniëristische historiestukken die hij na 1590 maakte. Zoals zijn twee versies van de 'De Kindermoord te Bethlehem'. Het zijn doeken vol geweld, waarin gespierde, naakte soldaten in gekunstelde houdingen in opdracht van koning Herodes jonge kinderen de nek afsnijden om aldus de komst van een nieuwe koning van de Joden te verijdelen. In massale scènes verbergen moeders hun kind, vluchten of krabben een soldaat de ogen uit.
De schilderijen waren opdrachten, bestemd voor (gasten)verblijven van de Prins van Oranje. Al dat gruwelijke geweld uit Bethlehem was een verwijzing naar de bloedige tirannie van de Spaanse vorst, waarvan Holland zich in die tijd onder zijn leiding bezig was te bevrijden. Tegelijkertijd werd de vorst zo aangespoord zelf een wijs leider te blijven.
Het is prachtig om te zien hoe de schilder geregeld dezelfde figuren, houdingen of lichaamsdelen in verschillende doeken terug laat komen. Zo gebruikt hij 'De klimmer', een bekende naakte figuur van Michelangelo, meermaals. De houding van een van de gezellen uit 'De draak' is samengesteld uit een klassiek en een Michelangelo-beeld. Elders citeert hij Rafaël. Van Haarlem baseerde zich daarvoor op gipsen afgietsels van klassieke beelden en prenten en schetsen.
Toch was Van Haarlem 'meer dan alleen spieren', wil de expositie met in totaal 45 werken duidelijk maken. Er zijn ook twee grote schuttersstukken van zijn hand te zien die op Frans Hals vooruitlopen, kleine genrestukken, devotionele Madonna's met kind en portretten.
Van Haarlem was duidelijk een veelzijdig meester, die voortdurend nieuwe richtingen in durfde te slaan. Toch blijft zijn 'spierenwerk' het meest experimenteel, het meest gedurfd en het interessantst. Het is moeilijk te bevatten dat iemand zulk extravagant werk maakte op slechts één generatie afstand van het ingehouden realisme van de Hollandse Gouden Eeuw.
Die werken zijn op zich al genoeg reden om naar Haarlem af te reizen. Nog mooier is het dat om de hoek van Van Haarlem bij de collega's van Teylers Museum momenteel een expositie van Rafaël is te zien. In Haarlem ontmoeten een Hollandse meester en zijn Italiaanse inspirator elkaar.
¿¿¿¿¿
'De Hollandse Michelangelo' - Cornelis van Haarlem (1562-1638), t/m 20 januari 2013, Frans Hals Museum Haarlem, info: www.franshalsmuseum.nl
undefined