OP VRIJDAGAVOND IS DE LOL ERAF
Trots als een pauw was Amstelveen vier jaar geleden op zijn fonkelnieuwe zwemparadijs De Meerkamp. Met golfslagbad, glijbaan, waterkreek, whirlpools, Turkse stoombaden, een buitenbad en een overdekt wedstrijdbad was De Meerkamp in één klap het grootste en mooiste recreatiebad in de Amsterdamse regio. Vanuit Aalsmeer en Uithoorn kwamen mensen er zwemmen. En dankzij de sneltram tussen Amsterdam en Amstelveen hadden ook Amsterdamse zwemmers De Meerkamp al snel ontdekt. Het liep storm aan de Van der Hooplaan.
Maar de wet dream werd een nachtmerrie. Het begon met het kraken van bagagekluisjes, fietsendiefstal en vandalisme. Na een jaar werd het nog vervelender, toen een dertienjarig meisje aangifte deed van aanranding. Twee jongens hadden haar in haar borsten en billen geknepen en tussen haar benen gegrepen. Het zou het begin worden van een eindeloze reeks incidenten. Vorig jaar zomer was de zwarte lijst van De Meerkamp aangegroeid tot 77 namen van jongens die het zwembad niet meer in mochten, omdat ze meisjes hadden betast in hun kruis of op hun borsten of agressief waren geweest. De meesten van hen kwamen uit Amsterdam en waren van Marokkaanse komaf.
Ook in andere zwembaden hebben Marokkaanse jongens intussen een bedenkelijke reputatie opgebouwd. “Over het algemeen zijn het Marokkaanse jongens die de meeste overlast veroorzaken”, zegt adjunct-directeur André Timmerman van Sportfondsen Nederland, de instelling die een honderdtal zwembaden exploiteert. Timmerman heeft jarenlange ervaring als interim-manager. Zwembaden roepen zo'n interim-manager te hulp zodra ze in een neerwaartse spiraal belanden waar ze niet meer uitkomen.
Vaak ontstaan ordeproblemen wanneer een wegkwijnend 25-meterbad voor vele miljoenen wordt verbouwd tot subtropisch zwemparadijs, zegt Timmerman. Zonder iemand die ervaring heeft met het leiden van het vernieuwingsproces gaat het gegarandeerd mis. Als je vergeet om met de nieuwbouw ook de organisatie aan te passen, kun je er zeker van zijn dat je prestigieuze hagelnieuwe zwembad geteisterd wordt door jongeren die vernielen, jatten en meisjes lastig vallen.
Dat die lastige jongens opvallend vaak van Marokkaanse komaf zijn, wijt Timmerman mede aan de preutse islamitische opvoeding, waarin vrouwen worden afgeschermd. “Als je dan als Marokkaanse jongen in het zwembad komt lijkt het vrij schieten, is het moeilijk om je te beheersen. Plus dat ze geen respect hebben voor westerse vrouwen.”
Timmerman schoot De Meerkamp twee jaar te hulp. Een interim-manager kijkt allereerst naar de organisatie, vertelt hij. Want organisatie en ordeproblemen hebben met elkaar te maken. “Op het moment dat het in het management rommelt, zal het personeel zich ook minder klantvriendelijk opstellen of in ieder geval gehandicapt zijn in de taakuitoefening. Je kunt er ook niet van uitgaan dat er goed wordt schoongemaakt als het schoonmaakrooster niet deugt. En zwembadpersoneel verkeerd inroosteren, is vragen om gedonder.”
Timmerman heeft in meerdere zwembaden meegemaakt dat op de drukke vrijdagavond rustig een meisje van achttien, een beginnende jongen en een ervaren badmeester samen werden ingeroosterd. Met alle gevolgen van dien. De vrijdagavond is net als de zondagmiddag in veel zwembaden berucht. Want juist dan nemen veel jongeren een duik en wordt er het meest geklierd.
Of stuur een badjuffrouw af op een groepje lastige Marokkaanse jongeren. Timmerman: “De kans dat het uit de hand loopt, is ongeveer honderd procent. In die cultuur laten mannen zich niet bevelen door vrouwen, zeker niet door westerse.”
Zwembadmedewerkers willen toch vaak de confrontatie aangaan. Zij vinden dat Marokkaanse jongens maar moeten leren dat vrouwen hier de orde handhaven. Op de trainingen voor ordehandhaving in het zwembad, die Onno Kloosterboer namens Sportfondsen Nederland in het hele land geeft, is het een heikel punt: “Wil je een maatschappelijk probleem oplossen of wil je een probleem in een zwembadje oplossen?”, houdt hij ze dan voor. “Twintig jaar opvoeding verander je niet eventjes in het zwembad.”
Onder zweminstructeurs is de machocultuur wijdverbreid. Kloosterboer: “De gemiddelde zwembadmedewerker vindt: ik ben hier de baas en jij doet wat ik zeg. En dat op barse toon. Maar dat kan juist problemen oproepen. Een badmeester moet zich eens verplaatsen in de ander en een aardige toon aanslaan.” En in lichaamstaal valt er ook nog veel te winnen. Jongeren zien het gelijk als een zweminstructeur met loden schoenen aan op hen afstapt.
Doorgaans wordt Kloosterboer pas te hulp geroepen als er ordeproblemen zijn. Helaas, vindt hij. En zelfs dan gaan zwembaddirecteuren nog zuinig kijken als ze horen dat zo'n vijfdaagse training aan hun zwembadinstructeurs tenminste tienduizend gulden kost. Of hij de cursus niet kan beperken tot een dag of twee, vragen ze dan. Of het rollenspel met een toneelspeler als badmeester en de zweminstructeur als randgroepjongere wordt geschrapt.
Sportfondsen-directeur Timmerman ergert zich groen en blauw aan die misplaatste zuinigheid. “Er wordt te weinig geld gestoken in de opleiding van het personeel. Verdorie, het gaat om het imago van je tent en om de veiligheid van je bezoekers! De escalatie is erger dan vroeger, de problemen zijn groter, maar het personeel wordt in de meest extreme gevallen aan zijn lot overgelaten. En op z'n minst is er een gebrek aan begeleiding.”
Of het aantal incidenten is toegenomen in de vijftien jaar dat hij badpersoneel traint, weet Onno Kloosterboer niet. Wel zijn de incidenten zwaarder. Groepjes jongeren die een badmeester na sluitingstijd op de parkeerplaats opwachten om verhaal te halen en alvast maar zijn autobanden hebben lekgestoken, zijn geen uitzondering meer.
In De Meerkamp is het inmiddels al een jaar rustig. Het kraken van bagagekluisjes is ingedamd met het plaatsen van bewakingscamera's. En sinds er een eigen jongerenteam rondloopt, zijn er geen meisjes meer lastiggevallen, constateert manager Jolanda de Rover tevreden. “Het personeel vindt het ook heel prettig. Als er nu problemen zijn, worden die meteen overgedragen aan het preventieteam.”
Steeds meer zwembaden kiezen voor zo'n jongerenteam dat in herkenbare kleurige shirts en met portofoons aan de broekriem de jeugd in toom houdt. Maar Kloosterboer is niet enthousiast. Het kan nieuwe problemen geven. In Amsterdam-Noord ging het jeugdteam er met de stereo-installatie vandoor. In Amstelveen stonden enkele teamleden onlangs voor de rechter omdat ze een greep in de kassa hadden gedaan. En ergens vindt hij het ook een zwaktebod. “Het is weer de macho-oplossing: zet er maar een preventieteam neer. Terwijl ik denk dat de ordeproblemen ook in andere zaken kan zitten. Ik kom nog steeds badmeesters tegen die sinds hun opleiding nooit meer een opfriscursus hebben gedaan. Maak beter gebruik van de verschillende capaciteiten in het team. Besteed er meer aandacht aan in de opleiding tot zweminstructeur. En bespreek een incident in het zwembad eens met elkaar. Nu wordt nooit aan een badmeester gevraagd: hoe voel je je na die tijd. Neehee, we zijn toch allemaal mannen?! Dat machocultuurtje.”
ROTTERDAM
Een rustige zondagmidag in mei. A. van Straten zit ontspannen thuis als de telefoon gaat.
Zijn jongste dochter, huilend. Of hij meteen naar zwembad Charlois wil komen, waar zijn dochters (11 en 13) die middag zijn gaan zwemmen met een vriendin. “Voor de eerste keer gingen ze alleen. Daar waren ze nu oud genoeg voor, vonden we.” Hij treft zijn oudste dochter aan met een gapende wond in het hoofd, totaal overstuur, net als haar zusje.
Met horten en stoten komt het verhaal eruit. De meisjes waren in het zwembad achtervolgd door drie Turkse jongens van een jaar of dertien. Toen die handtastelijk begonnen te worden, waarschuwden de vriendinnen een badmeester, die de knullen het bad uit stuurde. Buiten het zwembad hadden ze vervolgens hun slachtoffers opgewacht. Van Straten: “Toen mijn dochters nietsvermoedend naar huis wilden gaan, stonden die knullen ineens voor hun neus. Mijn jongste kreeg een kopstoot, de oudste werd afgetuigd met een fietspomp. De wond in haar gezicht moest gehecht worden. Alles speelde zich af vlak voor een patatkraam, waar nogal wat mensen een frietje stonden te eten. Een aantal getuigen heeft de politie een nauwkeurige beschrijving kunnen geven van de daders. Maar niemand is mijn dochters te hulp geschoten.”
Manager R. van Ginkel van zwembad Charlois: “We hebben in het zwembad juist gehandeld door die jongens weg te sturen. Achteraf vraag je je af of we die meisjes niet hadden moeten begeleiden, maar het zou wel erg ver gaan als wij ook buiten het zwembad toezicht moet gaan houden.”
In zwembad Charlois doen zich normaal weinig problemen voor. Van Ginkel: “We hebben niet zoals andere zwembaden regelmatig de politie over de vloer. Ook hebben we nog geen speciale bewakingsdienst hoeven inhuren om groepen jongeren in bedwang te houden. Er zijn wel eens vechtpartijtjes in het bad, waarbij zowel allochtone als autochtone jongeren zijn betrokken, maar die weten we meestal zelf op te lossen. Ik beschouw dit als een incident, hoe akelig ook voor de slachtoffers.”
Vader Van Straten weigert van incidenten te spreken, volgens hem gaat het hier om een structureel probleem. “Het is niet de eerste keer dat ik geconfronteerd word met geweld in zwembaden. Ook in mijn werkkring als onderwijzer op een basisschool in Rotterdam-West heb ik een aantal negatieve zwembadervaringen opgedaan. En altijd met allochtonen als daders. Dat mag best eens hardop gezegd worden, vind ik. Sommige allochtone jongeren blijken moeite te hebben met zwemkleding.”
Nee, hij is geen racist, anders zou hij niet al twintig jaar werken op een basisschool die 'voor 98 procent' bestaat uit allochtone leerlingen. Zijn jongste dochter, die in groep 8 zit, is één van de weinige witte leerlingen op de school. “Vorig jaar gingen we ter gelegenheid van het afscheid van groep 8 zwemmen in Duinrell in Wassenaar. Toen hebben een paar van mijn allochtone leerlingen daar ook meisjes lastig gevallen. Ik heb van half 3 tot 7 uur op het politiebureau van Wassenaar gezeten en die zaak loopt nog steeds. Wat een feestdag had moeten worden voor de school, werd een rotdag. En dat was niet de eerste keer. Daarvoor hadden we ook al een paar keer zoiets meegemaakt, eveneens tijdens zwempartijtjes van groep 8. Ook toen betrof het allochtone jongens. De school heeft het zwemmen inmiddels afgeschaft.”
TILBURG
Mishandeling, aanranding, verkrachting in het buitenbad (door gebrek aan juridisch bewijs geseponeerd), vechtpartijen en bedreigingen.
Sinds zwembad Stappegoor in Tilburg in het najaar van 1995 voor het eerst de deuren opende, was er geregeld iets loos. Tot ver in de omgeving heeft het bad de naam dat je er vooral op vrijdagavond maar beter niet kunt gaan zwemmen.
Al voordat de eerste paal werd geslagen, was het zwembad omstreden. 'Veel te klein', vinden veel Tilburgers het gecombineerde binnen- en buitenbad. Groot genoeg voor de stad Tilburg, zegt de gemeente. Het lijkt nu een 'buurtbad' en ligt uitgerekend in een wijk die als problematisch te boek staat. Allochtone jeugd en tattoo-boys vechten er hun conflicten uit, op straat en in het zwembad.
Manager van Stappegoor is P. Bax. De laatste tijd valt het reuze mee met de incidenten, zegt hij, maar hij wil niets verhullen: overlast in de weekends valt, ondanks een permanente bezetting van zeven badmeesters op nog geen driehonderd bezoekers, niet te voorkomen. “Sinds de opening van het bad hebben we 150 jongeren de toegang ontzegd. De meesten voor drie maanden, anderen voor een half jaar of een jaar. Ze mogen dan in geen enkel zwembad komen en straks ook niet in de nieuwe ijsbaan die hier vlakbij wordt gebouwd. Hun ouders sturen we een brief, met een kopie aan de politie. Gaan ze toch ergens naar binnen, dan kunnen ze worden opgepakt wegens huisvredebreuk.” Een zware jongen aan de deur zetten, kan niet in een openbaar gebouw, vindt Bax. Feit is dat het personeelsverloop intussen aanzienlijk is. Vijf mensen zijn naar een ander zwembad overgeplaatst, twee zochten en vonden een compleet andere werkomgeving. Het overgebleven personeel wordt getraind in het omgaan met agressie en conflictbeheersing. Overal in zwembad Stappegoor hangen bewakingscamera's.
APPELSCHA
“Een van de mooiste zwembaden van Nederland”, zegt bedrijfsleider E. Veltman van Zwembad Appelscha. “Er is een glooiende weide, een grote speeltuin en een speeltuin in het water. Vlak naast het zwembad is een gezinscamping. Op het veld liggen vaak groepjes jongeren, vooral 14- en 15-jarigen, die softdrugs gebruiken. Dat tolereren we.”
De agressie onder jongeren heeft Appelscha tot nu toe in de hand kunnen houden, zegt Veltman. Maar hij merkt dat die agressie toeneemt: “In het verleden waren er ook wel problemen, met jongens uit rivaliserende omliggende dorpen. En af en toe krijgen we moeilijk opvoedbare jongens uit een internaat, dan moet je ook extra opletten. Nu neemt vooral het verbale geweld tegen badmeesters toe. Vervelende uitlatingen moet je aan je laars lappen. En het is niet zo erg als de verhalen die ik hoor van collega's uit het westen van het land. Op een bijscholingscursus over agressie in zwembaden is me weleens verteld dat in Rotterdam banden van badmeesters worden lekgestoken.” Raddraaiers in Appelscha pikt Veltman er zo nodig eigenhandig uit: “Ik voer dan een gesprekje boven in de toren. Je moet niet in de groep met hen gaan discussiëren. In het ergste geval ontzeggen we iemand voor bepaalde tijd de toegang. Dat komt een keer of tien per seizoen voor.”
Utrecht
Peter ziet eruit zoals een badmeester eruit hoort te zien: gespierd, gebruind, het haar kort geknipt. Relaxed maakt hij zijn ronde door aquacenter Den Hommel aan de rand van Utrecht. Ten dele is die ontspannen houding schijn, want af en toe is Peter bang. Voor Marokkaanse jochies. “Een paar jaar geleden heeft iemand geprobeerd me dood te steken. Hij bedreigde me met een mes. Het bleek een knul van veertien jaar te zijn”, vertelt hij.
Deze vrijdagavond is het betrekkelijk rustig in Den Hommel. De zes medewerkers hoeven maar af en toe in te grijpen. Als een paar jongens proberen zonder te betalen binnen te komen, omdat ze “alleen maar even komen kijken”, verschijnt de beveiligingsbeambte in uniform op het toneel. Hij is sinds twee weken weer de hele avond in Den Hommel vanwege de problemen die Marokkaanse jongeren er veroorzaakten. Geen kwajongensstreken, maar het zware werk: bedreiging, mishandeling en aanranding en verkrachting van meisjes in het zwembad.
Den Hommel leek geen bewaker meer nodig te hebben. Maar dit voorjaar liep het op de vrijdagavonden weer danig uit de hand. Zo erg dat manager Menno Schermer met de gedachte heeft gespeeld om het zwembad op die avond maar te sluiten. Verantwoordelijk wethouder Van Leijenhorst weigerde daarvoor toestemming te geven.
Schermer: “Bij alle problemen moeten we niet uit het oog verliezen dat het om hooguit vier, vijf uur gaat van de honderd uur die we per week open zijn. Maar wat je op vrijdagavond meemaakte, was soms met geen pen te beschrijven. Je vraagt je af hoe het mogelijk is dat kleine jochies zo'n grote bek opzetten.”
Nu de particuliere bewaker toezicht houdt, zijn de jongeren weer wat bedaard. Den Hommel heeft op aandringen van de politie eerder al hekken in de hal geplaatst, camera's in de - gemengde - kleedkamers, en de parkeerplaats beter verlicht. Als het gluren in de kleedkamers niet ophoudt, zal de politie aandringen op een verbouwing om de situatie overzichtelijker te maken.
De medewerkers krijgen een tweedaagse cursus in het omgaan met conflicten en het opvangen van slachtoffers van zedenmisdrijven. De politie wil dat de medewerkers zelf ook aangifte doen als ze worden bedreigd. “De badmeesters zijn gewoon bang”, zegt wijkagent Hans Slagter. De medewerkers van Den Hommel willen alleen hun voornaam op de nieuwe badges en in de krant.
Dit jaar is al aan twintig jongeren wegens wangedrag de toegang tot het zwembad voor zes maanden ontzegd. Zo'n ontzegging komt flink aan, weet wijkagent Slagter. “Ze verscheuren dat papier hier heel demonstratief voor je neus, maar ik ga ermee naar hun ouders. Dat werkt goed.” Den Hommel en de twee andere gemeentelijke zwembaden gaan intern foto's verspreiden van jongeren met een ontzegging, om te voorkomen dat probleemgevallen zich alleen maar verplaatsen. Dat is de repressieve kant. Het zwembad zelf, zegt Menno Schermer, moet spannender worden voor de jongeren “die de glijbaan en het bubbelbad wel hebben gezien”. Hij denkt aan aangepaste muziek, opblaasbare apparaten en iets als touwzwaaien. En misschien moet de vrijdagavond wel een aparte avond voor de Marokkaanse jeugd worden, zoals het op zondagmiddag gezinszwemmen is.