Op Spa vind je de ziel van de autosport
formule 1 | De Grand Prix van België wordt morgen op Spa-Francorchamps verreden. Het beroemde circuit begeestert de coureurs.
Veel Formule 1-circuits liggen tegenwoordig plompverloren ergens aan de rand van een stad. Je rijdt ernaartoe en daar ligt het: een kale vlakte, met een lint asfalt, erlangs vangrail en omringd met tribunes. Het zijn klinische locaties, naar sfeer happend als een vis op het droge.
Dan Spa-Francorchamps. Je rijdt de Ardennen binnen en via slingerweggetjes en landerijen bereik je de naaldbossen en na een paar bochten doemt het voor je op: het puurste racelandschap, met glooiend asfalt over de heuvels. "Elke keer als ik er kom, ervaar ik het weer zo", zegt coureur Tom Coronel. "Spa is een circuit waar je naar uitkijkt. Daar ligt het! Verscholen in de bossen."
Coronel, morgen race-analist bij Ziggo Sport, is razend enthousiast over de in 1983 aangepaste baan. De coureur is al jaren actief in het WK voor tourwagens en reed talloze races 'op Spa'. Hij gruwelt van circuits zo glad als een biljartlaken.
Coronel plaatst Spa op gelijke hoogte met het stratencircuit van Monaco of de beroemde baan van de 24-uursrace van Le Mans. "Maakt niet uit aan welke coureur je vraagt zijn topvijf van circuits op te stellen; Spa staat er bij iedereen bij."
Christijan Albers reed in 2005 de Grand Prix van België voor het Italiaanse team van Minardi. Hij streed in de achterhoede en finishte als twaalfde. "Er is in Spa de historie en de nostalgie", zegt Albers. "Het is niet zomaar een circuit. Het is een kick voor een coureur, die mooie bochten. Het is ook nog steeds een gevaarlijk circuit."
Spa-Francorchamps - genoemd naar twee dorpen die min of meer aan het traject liggen - was aanvankelijk een circuit over de openbare weg over een lengte van veertien kilometer. In de jaren zestig, de gouden eeuw van de Formule 1, moesten coureurs het doen met strobalen ter bescherming tegen onverbiddelijke telefoonpalen. Hier flirtten de racers met de dood.
Begin jaren zeventig verdween de Formule 1 uit de Ardennen: te gevaarlijk en te veel doden. Pas dertien jaar later keerde de snelste racewagens er terug, op een ingekorte en veiligere baan.
undefined
Roemrucht verleden
Spa is voor de Formule 1 ondertussen een van de spaarzame plekken geworden die het klinische heden verbindt met het roemruchte verleden. Spa belichaamt, met de Italiaanse baan van Monza en het Engelse Silverstone, de ziel van de autosport.
Coronel onderschrijft die visie. "Deze baan raakt je. Door het zicht vanuit de cockpit, de natuur, de historie, de variaties aan bochten. En dan kan het ook nog voorkomen dat het op de ene helft regent en het verderop gewoon droog is. Spa is echt een méga uitdaging."
Coronel noemt Spa een 'ballen-circuit'. Hij zegt: "Elke keer als je de bocht Eau Rouge nadert houd je toch even de adem in. Je rijdt heuvel af, je accelereert en je twijfelt. Neem ik hem vol gas of moet ik even de voet van de pedaal halen? En dan bam! Door de compressie wordt je in je stoel gedrukt en daarna rijd je tegen de heuvel op en als je voor je kijkt zie je alleen maar de lucht."
Volgens Coronel is Spa een plek waar de coureurs het grote verschil nog kunnen maken. "Hier ben je of een coureur of een jongen die racet. Toen Max Verstappen vorig jaar die inhaalactie in de bocht Blanchimont maakte die hem die prijs opleverde, zag je dat Felipe Nasr een jongen is die racet en dat Max een coureur is. Max heeft hier dingen laten zien die anderen niet kunnen."
Christijan Albers rende in de aanloop van de Grand Prix van België voor een reportage in het Nederlandse magazine Formule 1 een rondje over het circuit. Over de bocht Blanchimont zei hij toen: "In een topteam? Lekker sturen. In een Minardi? Kruisje slaan en gaan (...) Plankgas en hopen dat het goed gaat."
undefined
Mooiste inhaalactie
Ook de mooiste inhaalactie uit de recente geschiedenis vond in de Ardennen plaats. In 2000 passeerde McLaren-coureur Mika Hakkinen de Ferrari van Michael Schumacher op onorthodoxe wijze toen de twee strijdend om de leiding achterligger Ricardo Zonta op een ronde zetten. Toen Schumacher - die op kop reed - de Braziliaan aan diens linkerzijde passeerde snelde Hakkinen ze allebei op volle snelheid (dik 300 kilometer per uur) aan de andere kant voorbij. Vlak voor het aanremmen van de chicane had de Fin de leiding te pakken en hij won de race. Na afloop kwam Schumacher vragen om uitleg. Hij was vol bewondering over de actie van zijn rivaal.
"Spa is veel spannender met een slechte auto", zegt Albers ruim tien jaar later. "Het is daar dan alles of niets. Het komt aan op zelfvertrouwen en lef. Daarmee kun je wat voor elkaar krijgen. Je moet iets speciaals doen. Dat gaat goed, of het is een enkeltje ziekenhuis."
Je wint er niet zomaar
Op het circuit van Spa-Francorchamps win je niet zomaar. Vanaf het moment dat de ingekorte baan in 1983 weer op de Formule 1-kalender verscheen, wonnen er slechts drie coureurs die nooit wereldkampioen zijn geworden (of nog niet zijn). David Coulthard (1999), Felipe Massa (2008) en de teamgenoot van Max Verstappen, Daniel Ricciardo (2014).
Michael Schumacher won er zes keer, Ayrton Senna was vijf keer de beste en Kimi Raikkonen werd vier keer als eerste afgevlagd.
undefined