Onderwaterrijk vol schijnarcheologie

Amstelveen toont hoe beeldend kunstenares Gerti Bierenbroodspot naar de verzonken pigmenten van de verdronken stad Atlantis zoekt.

Arend Evenhuis

Is er weer ergens een pilaar ’met een waanzinnig kapiteel’ opgegraven, dan gaat beeldend kunstenares Gerti Bierenbroodspot er geheid op een holletje op af. Maakt niet uit of die onderaardse pilaar nou gevonden is in Mexico, op Bali of in de buurt van haar atelier in de rotsstad Petra in Jordanië.

Om daar vervolgens over te schetsen, schilderen of te beeldhouwen. Steevast blootsvoets allicht, want schilderen met schoenen aan, dat is voor Bierenbroodspot even onmogelijk als belachelijk.

In plaats van een handtekening signeert zij haar werk met een ’stempeltje’. Ze is trots op haar eigennaam, maar aangezien die zo lang is, vindt zij, dissoneert die op de voorkant van een schilderij. „Dan is het magisch veld weg.” Het ’stempeltje’ lijkt op een opengewerkt wafeltje of zonnewieltje, maar is de afdruk van een paardenbit.

Met haar tentoonstelling ’Atlantis Rising’, nu in het Amstelveense museum Jan van der Togt, openbaart zich een onderwaterwereld met steeds een spiegelende gloed van oppervlaktewater, ook al is nergens water te zien: haar schilderijen ogen zo glashelder alsóf je door water kijkt naar een verzonken stad met half vergane paleizen, theaters, fonteinen, bronzen maskers, met goudbatik bestikte dolken, albasten torso’s of theatrale schimmen.

Wel weerklinkt water; uit de mond van een gevleugelde leeuw, die ooit ook de poorten van het ongekende eiland Atlantis bewaakte.

Gerti Bierenbroodspot deelt haar vier elementen in met water, vuur, brons en verf. Haar particuliere curator Judith Weingarten formuleert dat aldus: „Atlantis betekent voor de kunstenaar: alchemie en toverkunst. Zij reikt met intuïtie naar deze onderwaterwereld in ruïne en doet het herrijzen in een nieuwe, verlichte, creatieve ruimte. Bierenbroodspot laat de vulkanen uit de diepte van de oceanen opnieuw uitbarsten in kleuren en elementen, rijk van licht en damp. Haar bronzen hoofden en gezichten zijn bijna door midden gespleten, fragmentarisch en met een geheimzinnige glimlach. Ze zijn als door elkaar geschud, maar onverwoestbaar hard in hun mooie materiaalbewerking. Om vormen en figuren semi-abstract en zwevend in een zeegroen licht neer te zetten, voegt zij goud, lijm, zand en mica aan olieverf toe.”

Bierenbroodspot werkt in kloek en klein, in ontilbaar zwaar en parelend licht. Het uit afvalmateriaal bestaande, nog geen meter hoge vuurtorentje op z’n sokkeltje mocht nergens vastgeplakt of geschroefd, maar moest demonteerbaar zijn. Alles moet kunnen draaien, tot en met de vuistgrote kristal die de kunstenares ooit op de rommelmarkt van Tongeren kocht. Onder de kristal van deze ’Vuurtoren van Alexandrië’ plaatste zij listig een ledlampje dat fel zijn lichtbaan tot aan het plafond werpt. Als herinnering aan het collectief geheugen, als knipoog naar schilderij ’De verloren bibliotheek’.

Geridderd in de Orde van de Nederlandse Leeuw, weet Bierenbroodspot dat zij ’plichten’ ten aanzien van de samenleving heeft. „Maar waar zijn mijn rechten?” Kennelijk moeten alle Nederlandse ambassades ter wereld geridderden ten dienste zijn. En die zijn dat ook, zij het soms in aanvankelijke schrik, als er weer een lading kratten met graafmateriaal van de luchthaven moet worden gehaald en bij de ambassade moet worden gestald, of juist meteen begeleid moet worden naar de plek van opgraving waar Bierenbroodspot wil schetsen en schilderen.

Amper een etmaal was ze in Libië aangeland, of ze kreeg voor elkaar dat ze op de Libische televisie kon uitleggen wat ze waar wilde doen: opgravingen volgen waarover Kadafi strikte geheimhouding had afgekondigd. Ook diplomaten mochten het opgravingsterrein met het topgeheime halfedelgesteente lapis magma niet betreden. Bierenbroodspot na haar Libische televisieoptreden kennelijk wel.

„Ik ben militair noch diplomaat, maar kunstenaar. En dan ben je ook de nar, hè. Die is ongevaarlijk en mag meer dan de anderen.” Ze neemt doorgaans rijstpapier mee op reis. „Daar kun je alles mee doen: oprollen, opvouwen, strijken, in je rugzak proppen.” De meeste ambassades vinden het juist aangenaam om voor de beeldende kunstenares te bemiddelen. In Libië maakte ze rubbings, een eigen en geheime techniek die verwant is met het Britse brassing: papier over een (graf)steen met reliëf draperen, en daar met houtskool voorzichtig overheen schetsen zodat het papier het reliëf overneemt.

Ze koos voor de aanwijzingen op de cirkelvormige basementen die werklui eeuwen geleden aangaven op de plek waar een volgende steunpilaar van een paleis of huis moest komen te staan. „Dat zijn oud-Fenicische schetsen! Je moet voorzichtig te werk gaan: vaak waait het, en heb je last van zandkorrels.”

Het bewerkte rijstpapier gaat in rollen mee naar het atelier, waar Bierenbroodspot ’er wat omheen danst’. „Ik moet er dan omheen lopen als een tijger, elegische muziek opzetten, nog ’s rondlopen en dan opeens, nog steeds als een tijger, toeslaan.”

Dat toeslaan luistert allicht nauw: want wat valt er nog te wijzigen of toe te voegen aan die oeroude tekens? Een vertikaal geplante rode stok kan al voldoende zijn: het internationale teken dat archeologen in de grond steken als ze aan het opgraven zijn. Verder niet veel meer aan veranderen.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden