Ondanks Lili en Howick blijft het kinderpardon zoals het is
De zaak van Lili en Howick blijft uniek, stelt staatssecretaris Harbers. Maar de Kamer vraagt zich af of er toch geen precedent is geschapen.
Het CDA vraagt zich af of de beslissing om de Armeense kinderen Lili en Howick te laten blijven misschien tóch gevolgen heeft voor andere kinderen. “Er zijn veel ergere gevallen uitgezet”, zei CDA-Kamerlid Madeleine van Toorenburg woensdag tijdens een debat over het asielbeleid van staatssecretaris Mark Harbers (VVD). “Schept deze situatie niet toch een precedent?”
Toch is het CDA, net als de VVD, binnen de coalitie geen voorstander van een ruimere toepassing van het kinderpardon. ChristenUnie en D66 waren tijdens de formatie voor. Dus is er afgesproken niets te veranderen aan deze regeling, die sinds 2013 bestaat. Daar bracht het debat geen verandering in, ondanks pleidooien voor een ruimer pardon van de linkse oppositie.
ChristenUnie en D66 kleurden binnen de coalitielijntjes en willen dat de bestaande regels ruim worden toegepast. Slechts 5 procent van de aanvragen voor het kinderpardon wordt de laatste jaren toegekend. Volgens kinderrechtenorganisatie Defence for Children is dat zo weinig dat asiel-advocaten hun cliënten zelfs afraden een beroep op deze regeling te doen.
Vliegtickets
Het is niet waarschijnlijk dat de staatssecretaris nu vaker een uitzondering zal maken. Harbers gebruikte deze discretionaire bevoegdheid op het laatste moment bij Lili en Howick, terwijl hun vliegtickets naar Armenië al klaarlagen. “Ik heb gekeken naar alle feiten en omstandigheden in het dossier. Dit was een unieke situatie en een beslissing die ik niet lichtvaardig heb genomen”, aldus Harbers.
Politieke druk en media-aandacht speelden volgens hem geen rol. Wel de ‘actuele ontwikkelingen, zoals rond de veiligheid van de kinderen’ afgelopen zaterdag. Harbers gebruikte zijn bevoegdheid tot nu toe 26 keer.
Een andere dreigende uitzetting van een Afghaans gezin werd woensdag stilgezet. Sinds deze week geldt voor gezinnen met kinderen dat ze niet zomaar naar Afghanistan worden uitgezet, naar een willekeurig gebied daar, als het in het gebied waar ze oorspronkelijk vandaan komen niet veilig is.
Harbers laat onderzoeken of de asielprocedure beter en sneller kan. Hoe precies, en wanneer dat onderzoek klaar is, kon hij de Kamer niet zeggen.
Klopt het dat er nog vierhonderd ‘Lili en Howicks’ zijn?
Er zijn nóg vierhonderd ‘Lili en Howicks’. Kamerleden gebruikten dit getal woensdag in het debat van. Dat aantal komt van Defence for Children. Volgens Martine Goeman van deze kinderrechtenorganisatie hebben 590 kinderen vergeefs een beroep gedaan op het kinderpardon, dat sinds 2013 geldt. “Van hen kennen we tweehonderd kinderen heel goed. Veertig van hen zijn al gered op andere gronden, zoals een medische noodzaak. En er zijn kinderen uitgezet. We schatten dus dat er vierhonderd kinderen zijn voor wie een ruimer toegepast pardon zou helpen.”
Het ministerie van justitie en veiligheid herkent dit getal niet. Maar het is lastig andere cijfers te noemen, zegt de woordvoerder van Harbers. Van het oorspronkelijke (tijdelijke) kinderpardon van het kabinet-Rutte II uit 2012/2013 maakten volgens cijfers van de Immigratie- en Naturalisatiedienst 675 kinderen gebruik. In hun kielzog mochten ook 775 gezinsleden blijven.
Onder de permanente regeling die erop volgde, werden van mei 2013 tot half 2016 slechts 120 van de 1360 aanvragen ingewilligd en in 2017 nog eens tien op honderd aanvragen. Ruim de helft van de 120 blijvers is minderjarig, de rest gezinslid. Een derde van de ruim 1200 afgewezen mensen is volgens het ministerie vertrokken. Dat betekent – een schatting, geen officieel cijfer – dat er zo’n achthonderd kinderen en hun gezinsleden zijn als Lili en Howick. Maar zij kunnen ook nog in beroep zijn tegen hun afwijzing, bezig met uitzetting of met een aanvraag op andere gronden.
Lees ook:
Lili en Howick zetten het asieldebat op scherp
Kan de asielprocedure niet korter?
Lili en Howick mogen blijven. Hoe rechtvaardig is dat voor al die anderen?
'Een unieke beslissing in een unieke zaak', zei Mark Rutte gisteren over de verblijfsvergunning voor Lili en Howick. Van de premier hoeven we geen uitbreiding van het kinderpardon te verwachten. Is het besluit wel te verdedigen dat juist deze twee kinderen uit Armenië mogen blijven?
Rutte pokert met de dividendbelasting, laat D66 en CU ook eens pokeren met het kinderpardon
“Soms moet je hard zijn”, zei Mark Rutte, en dat is natuurlijk zo, schrijft Stevo Akkerman. Maar soms ook niet, en het is belangrijk dat verschil op waarde te schatten. Twee partijen in de coalitie beseften dat: D66 en ChristenUnie.