NSB'er had primeur met aangifte tegen mede-Kamerlid

Mensen doen aangifte tegen Geert Wilders bij een politiebureau in Amsterdam. Beeld anp
Mensen doen aangifte tegen Geert Wilders bij een politiebureau in Amsterdam.Beeld anp

Twee volksvertegewoordigers van de PVV, Kamerlid Fleur Agema en lijsttrekker bij de Europese verkiezingen Marcel de Graaff, stonden gisteren op het politiebureau. Ze deden aangifte tegen twee PvdA'ers: fractievoorzitter Diederik Samsom en partijvoorzitter Hans Spekman. Dat kwam maar één keer eerder voor.

Marno de Boer

Nadat duizenden mensen aangifte deden tegen Geert Wilders vanwege zijn 'minder Marokkanen'-uitspraak, deed de PVV een oproep om de PvdA-leiders aan te klagen.

Samsom had immers gezegd dat Marokkaanse jongens een "etnisch monopolie" hebben op sommige soorten overlast. En Spekman vond eerder: "Marokkanen die niet willen deugen, moet je vernederen, voor de ogen van hun eigen mensen." Het is onbekend of buiten de PVV-politici ook anderen aangifte hebben gedaan tegen de PvdA-ers.

25 gulden boete
Het is niet gebruikelijk dat Kamerleden elkaar aanklagen. Bert van den Braak, onderzoeker bij het Parlementair Documentatiecentrum, kent maar één eerder geval. Het NSB-Kamerlid Marinus Rost van Tonningen deed aangifte tegen Henricus Ruyter van de Roomsch-Katholieke Staatspartij wegens belediging. Ruyter had hem op 1 maart 1939 een landverrader genoemd. In oktober 1939 veroordeelde de rechtbank in Den Haag Ruyter tot een boete van 25 gulden.

Aanleiding voor deze rechtszaak was een debat over seksueel misbruik door katholieke priesters. De regering wilde de marechaussee, die de zaak onderzocht, hun civiele opsporingsbevoegdheid ontnemen. De NSB probeerde hiervan een rel te maken.

Het Kamerdebat liep zo hoog op dat de voorzitter Rost van Tonningen het woord ontnam. Hij en enkele Kamerleden zetten de discussie voort, waarbij het bijna tot een handgemeen kwam. De voorzitter beëindigde de vergadering en liet Rost van Tonningen de zaal uitzetten. Ruyter riep hem nog na dat hij een landverrader was. Omdat de vergadering op dat moment al gesloten was, kon Ruyter zich niet beroepen op zijn parlementaire onschendbaarheid.

Waardering
Er was, volgens onderzoeker Van den Braak, destijds veel minder ophef over de zaak dan nu het geval is met Wilders, Samsom en Spekman. Vroeger werden scherpe uitlatingen veel eerder als strafbare belediging gezien.

De veroordeelde Ruyter kreeg na de Tweede Wereldoorlog wel waardering als iemand die stelling had genomen tegen de NSB. Lang heeft hij daar niet van kunnen profiteren. In 1946 werd hij gekozen als Kamerlid voor de Katholieke Volkspartij. Hetzelfde jaar, nog voor de beëdiging, overleed hij.

null Beeld Marinus Rost van Tonningen
Beeld Marinus Rost van Tonningen

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden