Nieuwe universitaire opleiding moet lerarentekort terugdringen
De Radboud Universiteit Nijmegen mag nieuwe juffen en meesters gaan opleiden. Tegen de zin van zes hogescholen en drie universiteiten heeft onderwijsminister Bussemaker toestemming gegeven voor de nieuwe opleiding ‘Pedagogische wetenschappen van primair onderwijs’.
De bacheloropleiding zal de eerste universitaire opleiding worden voor basisschoolleerkrachten. De academische pabo’s, die sinds 2008 bestaan, zijn in feite combinaties van twee opleidingen: studenten halen in vier jaar tijd een pabo-diploma en een diploma van een universitaire opleiding als onderwijskunde of pedagogische wetenschappen.
De nieuwe universitaire opleiding duurt met drie jaar korter dan de academische pabo en besteedt minder tijd aan vakken als taal, rekenen of aardrijkskunde. Kennis van schoolvakken wordt bekend verondersteld en studenten moeten daarover een toets maken voor ze aan de opleiding beginnen.
De Radboud Universiteit Nijmegen denkt jaarlijks zo’n 50 tot 100 juffen en meesters op te leiden. Maar de universiteiten en hogescholen die bij het cdho bezwaar hebben aangetekend, vrezen dat de nieuwe opleiding helemaal geen extra academische leraren oplevert. Zij denken dat de Radboud zal kannibaliseren op de al bestaande academische pabo’s en benadrukken de grote meerwaarde van samenwerking tussen de praktijkgerichte hogescholen en theoretische universiteiten. Met alleen boekenkennis kom je er niet, is het bezwaar. Op de universiteit is een half jaar ingeruimd voor stages, op de academische pabo staan studenten opgeteld een jaar lang voor de klas.
Lerarentekort
Het basisonderwijs is wel enthousiast over de nieuwe opleiding. De PO-raad, de koepelorganisatie van basisscholen, zit er volgens voorzitter Rinda den Besten ‘met smart’ te wachten. “De academische lerarenopleiding zorgt voor meer diversiteit in de lerarenteams en maakt het vak aantrekkelijker”, laat ze weten. Dat is niet alleen belangrijk voor de kwaliteit van het onderwijs, de scholen hopen ook het opdoemende lerarentekort te verzachten als meer vwo’ers voor het onderwijs kiezen.
In 2020 verwacht het ministerie van Onderwijs een tekort van vierduizend voltijdsbanen in het basisonderwijs. Als er niets gebeurt, is dat vijf jaar later opgelopen naar ruim tienduizend. Meer mannen, vwo’ers en mensen met een migrantenachtergrond moeten voor een lerarenopleiding kiezen, schreef minister Bussemaker vorige week nog aan de Tweede Kamer.
De vwo’ers die nu al kiezen voor het basisonderwijs gaan het tekort namelijk niet oplossen. Jaarlijks gaan zo’n vierhonderd studenten naar de academische pabo. Zo’n tien procent van hen stapt na een jaar helemaal over naar het universitaire deel van de opleiding en stopt met de pabo. Nog eens tien procent stopt helemaal met studeren, waardoor het aantal vwo’ers voor de klas gering is.
De Commissie doelmatigheid hoger onderwijs (cdho), die oordeelt of een nieuwe studie optuigen zinnig is, doet geen uitspraken over de kwaliteit van de plannen. Dat is aan onderwijskeurmeester NVAO. Die moet nu binnen een half jaar oordelen. De Radboud Universiteit hoopt in september van start te kunnen.
Lees ook: Meer geld en meer status voor juf en meester, dat helpt ook
