Nieuwe steun Athene 'realistisch'
Dijsselbloem: Pas volgend jaar duidelijkheid over eventuele kwijtschelding van Griekse schulden en renteverlaging
BRUSSEL - Jeroen Dijsselbloem heeft nu wel erg vaak moeten zeggen dat een nieuw hulppakket voor Griekenland 'geen nieuws' is. Kennelijk weigeren politici en Europese burgers aan het idee te wennen. Gisteren mocht de PvdA-minister van financiën het in zijn rol als voorzitter van de eurogroep opnieuw uitleggen, aan kritische Europarlementariërs in Brussel.
"Ondanks recente vooruitgang is het duidelijk dat de problemen voor Griekenland in 2014 niet - ik herhaal: niet - helemaal zijn opgelost", zei Dijsselbloem, waarbij hij de aanwezige leden van de commissie economische en monetaire zaken doordringend aankeek. "Het is realistisch om aan te nemen dat aanvullende ondersteuning nodig zal zijn na het programma."
Met 'het programma' doelde Dijsselbloem op het tweede steunpakket voor Athene van de Europese Unie en het Internationaal Monetair Fonds, die Griekenland sinds 2010 financieel overeind houden. Samen met het eerste pakket gaat het om bijna 240 miljard euro aan noodleningen.
Deze zomer circuleerden berichten over een noodzakelijke derde fase van noodsteun voor Athene na 2014. Dat maakte de tongen vooral in Duitsland los vanwege de komende Bondsdagverkiezingen. Schattingen over het bedrag dat de Grieken straks nodig hebben, lopen uiteen van 4 tot 11 miljard euro.
Ook het omstreden begrip 'kwijtschelding van schulden' viel vaak in het zomerse geruchtencircuit, meestal in combinatie met het woord 'onvermijdelijk'.
Dijsselbloem probeerde gisteren duidelijkheid te scheppen. "Het eerstvolgende moment dat we weer kijken naar de houdbaarheid van de Griekse schulden, is in april volgend jaar. Dat tijdspad hebben we afgelopen december afgesproken. Nu daarover speculeren is niet erg nuttig."
Ook wilde hij niets zeggen over de mogelijke maatregelen die dan in de eurogroep ter sprake zullen komen, al noemde de minister wel een renteverlaging op de bestaande schulden als optie. Verder herhaalde hij zijn bezorgdheid over de trage voortgang van sommige hervormingen in Griekenland, vooral bij het ambtenarenapparaat en de belastinginning.
Maar, nogmaals: dat Athene voor zijn financieringsbehoeften volgend jaar nog niet terecht kan op de reguliere financiële markten, en dat Brussel in dat geval paraat staat om te helpen, dat is allemaal oud nieuws, aldus Dijsselbloem.
De Europarlementariërs toonden zich in hun vragen aan de Nederlander vooral bezorgd over de in aanbouw zijnde bankenunie en over de dramatische sociale gevolgen van de bezuinigingsprogramma's in de crisislanden.
Een echt Europees parlementsdebat over deze zwaarwichtige zaken kwam niet van de grond, doordat er steeds vijf minuten beschikbaar was voor vraag én antwoord samen. Veel parlementariërs namen uitgebreid de tijd voor politieke statements, zodat er voor Dijsselbloem weinig spreektijd overbleef.
De Nederlandse Europarlementariër Peter van Dalen (ChristenUnie) deed nog een poging zijn landgenoot in hun eigen taal te confronteren met zijn dubbelrol.
Als de voorzitter van de eurogroep zo streng is voor Griekenland, moet hij dan ook niet eens de Nederlandse minister van financiën op de vingers tikken wegens diens klaarblijkelijk desastreuze bezuinigingsbeleid, zo wilde Van Dalen weten.
Het weerwoord van die Nederlandse minister, die zich in Brussel inmiddels als een vis in het water lijkt te voelen, was ijzig kalm. "Inderdaad, er zullen bezuinigingen zijn in Nederland, en hervormingen", antwoordde Dijsselbloem in zijn vlekkeloze Engels, "simpelweg om de regels toe te passen die voor iedereen gelden."
undefined