Nieuw leven voor burcht De Bazel

De Bazel, een nors en knorrig gebouw in de Amsterdamse binnenstad, is geen gesloten bank meer, maar een archief waar iedereen gewoon naar binnen kan.

Fenneke Sysling

Ingeklemd tussen de Herengracht en Keizersgracht in Amsterdam herbergt De Bazel, de hermetische ’burcht’ van architect K.P.C. de Bazel, sinds deze maand het Stadsarchief van Amsterdam. Met het nieuwe pand heeft het archief ook nieuwe aspiraties: het wil meer op een museum gaan lijken.

Een nors en knorrig gebouw, zo noemen sommigen De Bazel, dat in 1926 voltooid werd als hoofdkantoor voor de Nederlandse Handel-Maatschappij. Het is ongebruikelijk lang en diep en ondanks De Bazels bedoeling om universele harmonie uit te stralen – hij was theosoof – doet het zwaar en massief aan. Die massiviteit wordt alleen verzacht doordat De Bazel baksteen afwisselde met natuursteen en de bovenste verdiepingen liet terugspringen. ’De spekkoek’ werd het oorspronkelijk genoemd.

In 2000 deed ABN/AMRO, waarvan de Handel-Maatschappij een van de voorlopers was, het gebouw over aan de gemeente. Het stadarchief wilde er dolgraag in en het ondergrondse kluizencomplex bleek prima geschikt voor de archiefstukken. Voor de veiligheid kregen de bovenste verdiepingen nog extra granaatbestendige muren die inslaande projectielen doen terugveren.

Van de statige, maar ook bedrukkende sfeer van het pand wilde het archief naar een gebouw met een meer open uitstraling. De glazen plafonds, die in de jaren vijftig werden opgeofferd voor meer kantoorruimte, werden daarom hersteld. Nu bereikt het licht van de twee lichthoven in het gebouw weer de begane grond.

Als je binnenkomt in de middenruimte is het licht en open. In de grote ruimte zitten mensen achter de computer, met uitzicht op de binnentuin. Ze bekijken online oude handschriften, misschien de doopaktes van hun voorouders. Ze kunnen er ook de originelen opvragen, een kopje koffie drinken en de tentoonstelling bekijken. Er klinkt gezellig geroezemoes.

In het pand zijn de stijlkamers van de directeuren van de bank bewaard gebleven. Het zijn besloten ruimtes, waar het gewone personeel niet mocht komen. De kamers zijn donker, met fijn bewerkte houten panelen. De muren zijn bedekt met zware groene stof: de directeur had het donkerste groen en naarmate je verder van hem af zat, werd het lichter.

„In het gebouw zit een strenge hiërarchie”, legt Ludger Smit, hoofd presentatie, uit. „Er zijn mensen die dat niet plezierig vinden. Maar nu hebben we ook het licht binnengehaald. En het contrast mag je zien.”

De uitstraling van het gebouw moet het archief tot een van de grotere publiekstrekkers van de stad maken. „Het gebouw heeft zoveel smoel”, zegt Smits, „nu kunnen we meedoen in de stad”.

Hij zou willen dat het gaat lijken op de Londense British Library, waar wetenschappers studeren, geïnteresseerden hun familiegeschiedenis napluizen, maar ook toeristen komen voor het gebouw en de topstukken.

Dankzij de machtspositie van Amsterdam in het verleden en de autonomie van de gemeente, is het Amsterdamse Stadsarchief het grootste van de wereld. Het heeft ruim veertig strekkende kilometer archief. Het tolprivilege van Amsterdam uit 1275 ligt er, en brieven van Darwin en Charlie Chaplin, de leerlingenkaart van Johan Cruijff en gegevens van de minder bekende inwoners van de stad.

„Het is leuker dan een museum”, zegt André Hirs, de voorlichter van het archief, vol vertrouwen. „In een museum mag je niet kiezen wat je wordt aangeboden. In het archief kom je met je eigen vraag.” Niet alleen mensen met Amsterdamse voorouders, maar ook bezoekers die iets willen weten over de etalages van de Bijenkorf, de geschiedenis van de VOC of het bedrijf Heineken kunnen er terecht.

Wordt het museum nu een concurrent van het Amsterdams Historisch Museum? Er blijven verschillen. De stukken uit het archief blijven van papier, tweedimensionaal, waar het Historisch Museum ook de derde dimensie kan presenteren. En, zoals Smit zegt, „een historisch museum vertelt het verhaal van de geschiedenis van de stad met een duidelijke grote lijn erin. Wij zijn juist sterk in de kleine geschiedenissen. Hier vind je je eigen verhaal.”

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden