Nepnieuws bestrijden tijdens de verkiezingen: ‘Het komt uit ons eigen land’
Europa heeft flink ingezet op de bestrijding van online nepnieuws in de aanloop naar de verkiezingen. Een bijna onmogelijke missie. Nepnieuwsonderzoeker Peter Burger legt uit hoe het er voor staat.
“Het meeste nepnieuws dat Nederlanders online tegenkomen komt uit ons eigen land”, zegt Peter Burger, onderzoeker aan de Universiteit Leiden. Volgens hem gaat het vooral om video’s en foto’s waarvan de beschrijving niet klopt. “Ze zijn bijvoorbeeld veel ouder dan wordt vermeld of op een hele andere plaats gemaakt.” Volgens Burger zijn foto’s en video’s een populaire vorm van desinformatie omdat ze een appèl doen op onze emoties.
Ook blijkt dat de meeste desinformatie wordt verspreid door extreemrechtse activisten die zich op sociale media anders voordoen dan ze zijn, zegt hij.
Samen met studenten van de Universiteit Leiden is Burger in de periode voor de Europese verkiezingen een onafhankelijk factcheckingproject begonnen. “Factcheckers willen niet betaald worden door de Europese Unie, uit vrees hun onafhankelijkheid te verliezen. Wij hebben onze eigen organisatie en per mail spreek ik collega’s in Italië en Frankrijk. We kunnen niet alles controleren en kijken daarom vooral naar nieuws en uitspraken van politici”, zegt Burger.
Overdrijving
Veel politici vertellen niet alleen feitelijke onwaarheden, maar overdrijven ook. “Dirk-Jan Koch, de GroenLinks-kandidaat voor het Europees parlement twitterde op 10 april: ‘Amerika geeft 2 keer meer uit aan hun leger als Europa aan haar legers, maar toch kan Amerika 10 keer meer ermee. Europa moet beter samenwerken voor meer preventie en slagkracht’.”
Dat klopt niet, concludeert Burger na onderzoek. “Niemand weet hoeveel effectiever de Amerikaanse defensie-uitgaven zijn in vergelijking met Europa. Harde data over de inzetbare legertroepen en -materialen op beide continenten ontbreken namelijk.”
Ook nemen politici regelmatig onbetrouwbare bronnen over, zegt Burger. “Raymond de Roon van de PVV deelde laatst een fotocollage van een aantal brandende kerken via Twitter. Hij suggereerde dat de Franse kerken op de foto’s door moslims zouden zijn aangestoken. Dat klopte niet. Een van de kerken stond in Canada en van de andere was de oorzaak van brand bekend en die was niet aangestoken door moslims. Ik denk niet dat politici opzettelijk liegen, maar ze kunnen wel beter onderzoek doen naar de bronnen die ze raadplegen.”
Actieplan
De Europese Unie heeft een uitgebreid actieplan opgesteld voor het bestrijden van desinformatie. Het idee was dat lidstaten in de aanloop naar de verkiezingen zouden samenwerken en elkaar zouden informeren over nepnieuws. Dat is volgens Burger weinig georganiseerd gebeurd. “De EU heeft net een supergeavanceerd programma gelanceerd waarin Europese factcheckers met elkaar kunnen samenwerken, informatie kunnen delen en waarmee je binnen no-time een heel twitteraccount of de bron van een video kunt screenen. Alleen dat komt te laat voor de verkiezingen.”
In Nederland is de overheid een online bewustwordingscampagne begonnen. Ook zijn strengere eisen gesteld aan platformen als Facebook en Twitter. “Die moeten nu bijvoorbeeld openheid geven over politiek gerichte advertenties”, zegt Burger. Maar dat kan nog veel verbeteren. “Onlangs ontdekte ik met een Belgische collega oplichters uit Macedonië op Facebook. Het aantal accounts van hen was zo opvallend dat Facebook dat zelf had moeten detecteren.”
Verder waarschuwt Burger voor het algoritme van YouTube. “Dat zorgt er voor dat je, zonder dat je dat wilt, steeds extremere video’s te zien krijgt. Kijk je naar een hardloopfilmpje, dan kijk je drie video’s later naar een ultra-marathon. Dat is gevaarlijk als het over desinformatie gaat.” Ook nepnieuws dat wordt gedeeld via Whatsappgroepen is volgens hem bijna niet te controleren.
Lees ook:
Ik heb ook eens een misser gemaakt met nepnieuws
Columnist Steve Akkerman ging in 2016 de mist in met een citaat van Trump, toen bijna presidentskandidaat.
Kijk uit, nepnieuws!
Burgers krijgen door sociale media een kokervisie - de ‘filterbubbel’. Waarin ze ook nog eens bestookt worden met nepnieuws. Dit kan verkiezingen beïnvloeden. Marcel Becker en Bart Jacobs zien wel oplossingen.