NieuwsLeesplezier
Nederlandse jongeren lezen veel te weinig, dat heeft op termijn vervelende gevolgen
Jongeren lezen heel weinig boeken. Het kabinet moet veel meer doen om het leesplezier te bevorderen, adviseren de Onderwijsraad en de Raad voor Cultuur.
Een op de drie jongeren vindt lezen niet leuk en de helft van de scholieren leest nooit een roman of een langer verhaal. Wereldwijd gaat het leesplezier onder jongeren omlaag. Nederland bungelt met deze cijfers onderaan de internationale ranglijst.
Dat moet veranderen, vinden Edith Hooge, voorzitter van de Onderwijsraad en Marijke van Hees, voorzitter van de Raad voor Cultuur. In hun gezamenlijk advies ‘Lees!’ roepen ze het kabinet op structureel meer aandacht en geld te investeren in het leesplezier onder jongeren, door bijvoorbeeld de samenwerking tussen bibliotheken en scholen te bevorderen. “Vanaf groep 3 staan leesvaardigheid en het technisch lezen op de voorgrond en dat ontneemt veel kinderen het plezier in lezen”, zegt Hooge.
Als je het leesplezier vergroot, pak je meerdere problemen aan, zeggen ze. Zo werd onlangs bekend dat een op de vijf veertienjarigen een taalachterstand heeft. Daar hebben de voorzitters veel zorgen over. “Als jongeren weer plezier krijgen in het lezen van een boek, dan gaan ze meer lezen, dan gaan ze diep lezen en dan worden ze er beter in. Het vergroot de woordenschat en de inzichten. Zo pak je automatisch de laaggeletterdheid aan”, zegt Hooge. Doe je dat niet, dan heb je kans dat mensen later minder goed functioneren in de samenleving. Dan begrijpen ze brieven van verzekeraars of banken niet goed.
Smartphone
Dat diepe lezen is waar het volgens de voorzitters om gaat. Want jongeren lezen aan de lopende band korte tekstjes op hun smartphone. “Daar zijn ze heel druk mee, maar rustig zitten met een boek is minder vanzelfsprekend in deze maatschappij”, zegt Van Hees. Met diep lezen wordt er een ander soort concentratie gevraagd van je brein. “Dit betekent dat je in verschillende lagen denkt, je legt verbanden, en diep lezen geeft je bepaalde inzichten.”
Hooge vult aan: “Het draagt ook bij aan de democratie. Mensen die lezen, kunnen echt nieuws van nepnieuws onderscheiden, het bevordert de nieuwsgierigheid en het leert je argumenteren. Met andere woorden: je doet mee aan de samenleving, en dan niet alleen in economisch opzicht.”
Het is niet voor het eerst dat er zorgen worden geuit over de taalontwikkeling onder jongeren. Naast de laaggeletterdheid verliest het vak Nederlands aan populariteit. De Vrije Universiteit stopte onlangs met de studie Nederlands.
Hooge en Van Hees zijn van mening dat ‘de aandacht voor taal en cultuur echt in de verdrukking komt’. Hooge: “Er is veel aandacht voor ICT, techniek- en bètavakken. Jongeren worden ook aangemoedigd dat profiel te kiezen. Maar dat gaat ten koste van taal en cultuur.”
Koffertje
Het is niet toevallig dat de Raad voor Cultuur en de Onderwijsraad in dit advies samenwerken. Op het gebied van lezen gebeurt al het een en ander. Zo geven sommige bibliotheken kleine kinderen een koffertje met boekjes als ze lid worden. Ook zijn er voorleesweken op kinderdagverblijven en hebben veel scholen een eigen bibliotheek. Hooge: “Maar de initiatieven zijn versnipperd. Taal is een kerntaak van het onderwijs, maar ook van bibliotheken.”
Het aanbod in de schoolbibliotheken is vaak verouderd. Dat geldt met name op het mbo en vmbo. Van Hees: “Scholen hebben vaak wel een biblio- of mediatheek, maar in sommige gevallen is dat enkel een lokaal met een boekenkast en computers zonder professionele begeleiding van een bibliothecaris.”
Leesoffensief
Juist op het vmbo en mbo moet naast het technische lezen ook de leesmotivatie centraal staan, stellen de voorzitters. Door het leesplezier daar te bevorderen, bereik je volgens hen veel meer. Het helpt niet dat ook het contact tussen school en de plaatselijke bibliotheek de laatste jaren is afgenomen. Hooge: “De bibliotheken bereiken 25 procent van de vmbo-leerlingen, terwijl ze de helft van de havo- en vwo-scholen bedienen.”
Op de plaatselijke bibliotheken is de afgelopen jaren flink bezuinigd: 15 procent van de medewerkers die leestips aan jongeren kunnen geven, is weg. Vestigingen zijn verdwenen, of het aanbod is uitgekleed. Van Hees: “Dat geldt gelukkig niet overal. In grote steden zijn bibliotheken omgebouwd tot geweldige plekken.”
De twee bepleiten een leesoffensief waarin scholen en de lokale bibliotheken veel intensiever met elkaar samenwerken. Ook zouden er leesspecialisten op scholen moeten komen die kinderen advies kunnen geven dat aansluit bij hun interesse. Hooge: “Ik las laatst een verhaal over een jongen van vijftien die lezen stom vond, maar hij hield wel van karate. Met zijn moeder ging hij naar de bibliotheek, waar een leesbevorderaar een boek bestelde over karate. Hij las het in één keer uit.”
Het zijn dit soort voorbeelden die volgens hen het leesplezier bevorderen. Sluit aan bij het interessegebied van de jongeren is het devies. Dus niet telkens een boek als ‘Terug naar Oegstgeest’ van Jan Wolkers. Hooge: “Dat boek past in een bepaalde tijdgeest. Jongeren van nu hebben een andere belevingswereld. Een voorbeeld is Harry Potter. Dat bracht ouders én kinderen aan het lezen.”
Lees ook:
Ser: kabinet doet te weinig om laaggeletterdheid tegen te gaan
Er leven in Nederland pakweg 2,5 miljoen laaggeletterden, maar het kabinet ziet de urgentie van dit probleem niet in. Dat stelde de Sociaal-Economische Raad (Ser) in een advies aan de regering dat afgelopen april verscheen.