Nederlanders zijn weer optimistisch
Sinds het uitbreken van de economische crisis, eind 2008, is het aantal Nederlanders dat positief is over hun land niet meer zo hoog geweest als nu. Op dit moment zijn vier van de tien Nederlanders optimistisch, tegenover 29 procent drie maanden geleden. "De stemming is dat we economisch gezien het ergste achter de rug hebben", aldus onderzoeker Paul Dekker van het Sociaal Cultureel Planbureau.
De cijfers komen uit de SCP-publicatie 'Continu onderzoek burgerperspectieven' en betreffen de eerste drie maanden van 2014. Onderzoekers kijken steeds naar het vertrouwen van ruim 1100 Nederlanders in elkaar, in de politiek en in Europa.
Het opgeklaarde humeur is grotendeels te verklaren door de aantrekkende economie. Van de ondervraagden verwacht 73 procent dat de economische situatie het komend jaar stabiel blijft of verbetert. Een jaar geleden was dat nog 40 procent, vorig kwartaal 45 procent. Vooral de gemoedstoestand van hoger opgeleiden en Nederlanders met een bovenmodaal gezinsinkomen is verbeterd. 58 procent is tevreden met zijn eigen portemonnee.
'Historisch laag'
Hoewel Nederland door de bank genomen positiever is geworden, vindt nog altijd een meerderheid (54 procent) van de Nederlanders dat hun land de verkeerde koers vaart. "Historisch laag", noemt Dekker dat aantal somberaars. "Het is ook wel eens twee derde geweest." De groep pessimisten kan de rooskleurigere economische berichten niet rijmen met wat zij in hun eigen omgeving zien aan werkeloosheid, tijdelijke contracten en stijgende kosten voor zorg en levensonderhoud.
Negatieve gevoelens over immigratie zijn een terugkerend thema, zo blijkt eveneens uit de nieuwste SCP-publicatie. Nog voor Wilders' 'minder, minder'-uitlatingen, gaven vier van de tien ondervraagden aan dat Nederland een prettiger land zou zijn als er minder immigranten zouden wonen. Het aantal personen met deze mening is sinds 2008 stabiel.
Europa
Het vertrouwen van de Nederlandse burger in de politieke instituties blijft gering. Bijna 45 procent heeft voldoende vertrouwen in de regering en bijna de helft in de Tweede Kamer. "De politiek wordt vaak een gebrek aan daadkracht verweten. Nu, met het slagen van de nucleaire top in Den Haag, zal dat percentage waarschijnlijk hoger liggen", verwacht Dekker.
De groep pessimisten kan de rooskleurigere economische berichten niet rijmen met wat zij in hun eigen omgeving zien aan werkeloosheid
Met de Europese verkiezingen van 22 mei in aantocht, blijkt dat Nederland negatiever is gaan denken over Europa. Zo neemt de steun voor lidmaatschap aan de Europese Unie licht af sinds 2009. Was toen nog 45 procent blij met de euro in crisistijd, vijf jaar later is de sympathie voor de munt gedaald naar 31 procent. De stelling dat politici te veel macht hebben overgeheveld naar de Europese Unie, wordt door 57 procent van de respondenten bevestigend beantwoord, ten opzichte van 44 procent begin 2012.
Onfatsoenlijk
Van de ondervraagden vindt 43 procent dat politici vaak onfatsoenlijk met elkaar omgaan. Vorig jaar was dat 48 procent. "Die piek is toen vooral veroorzaakt door de 'Doe eens normaal man'-uitspraak van Geert Wilders", weet SCP-onderzoeker Paul Dekker, die de respondenten sprak vóór Wilders' uitspraken over minder Marokkanen.
Politiek machteloos
Het gevoel van politieke machteloosheid in Nederland is groot. Bijna twee derde van de ondervraagden vindt dat men de werkzaamheden van de regering niet kan beïnvloeden.
Compromissen
52 procent vindt het goed dat politici compromissen sluiten. Dat percentage is lager dan in voorgaande jaren en kwartalen.
Krachtige leider
De steun voor een krachtige leider is de afgelopen drie maanden afgenomen naar 35 procent. Dat percentage is lager dan vorig kwartaal, maar hoger dan drie tot zes jaar geleden.
De stelling dat politici te veel macht hebben overgeheveld naar de Europese Unie, wordt door 57 procent van de respondenten bevestigend beantwoord